K: Watching

Welcome

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 27 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welcome

Slide 1 - Tekstslide

Toetsplanning
Vrijdag 25 mei: Inhaalmoment (vanaf 8e uur)

Vrijdag 1 juni: Leestoets (oefenen via oefenprogrammaengels.nl)

Vrijdag 8 juni:
Schriftelijke overhoring Theme 5 (woordjes en stones)

Vrijdag 15 juni:
Proefwerk Theme 5 (woordjes, stones en grammar)

Toetsweek:
Taaldorp (info volgt)


Slide 2 - Tekstslide

What do you need?
- iPad

- binder

- pen




 


Slide 3 - Tekstslide

Today's special
- Absenten controle
- Nakijken exercise 21
- Today's goals
- H: Reading, exercise 20-21
- Past simple vs. present perfect game
- Homework


 


Slide 4 - Tekstslide

Quiz

Exercise 21


Slide 5 - Tekstslide

Exercise 21: Answers
1. niet waar (ze verkocht andere kaarsen voor het goede doel)



Slide 6 - Tekstslide

Exercise 21: Answers
1. niet waar (ze verkocht andere kaarsen voor het goede doel)
2. niet waar (hij wilde juist een fiets kopen van het geld wat hij
    ermee verdiende)

   


Slide 7 - Tekstslide

Exercise 21: Answers
1. niet waar (ze verkocht andere kaarsen voor het goede doel)
2. niet waar (hij wilde juist een fiets kopen van het geld wat hij
    ermee verdiende)
3. waar (regel 24 + 25

Slide 8 - Tekstslide

Exercise 21: Answers
1. niet waar (ze verkocht andere kaarsen voor het goede doel)
2. niet waar (hij wilde juist een fiets kopen van het geld wat hij
    ermee verdiende)
3. waar (regel 24 + 25)
4. niet waar (a few local stores, as well as 60 others)
   


Slide 9 - Tekstslide

Exercise 21: Answers
5. waar (regel 52)



Slide 10 - Tekstslide

Exercise 21: Answers
5. waar (regel 52)
6. niet waar (hij kocht ze zelf en gaf de inhoud aan de
     gaarkeuken)


Slide 11 - Tekstslide

Exercise 21: Answers
5. waar (regel 52)
6. niet waar (hij kocht ze zelf en gaf de inhoud aan de
     gaarkeuken)
7. waar (regel 62 + 63)

Slide 12 - Tekstslide

Exercise 21: Answers
5. waar (regel 52)
6. niet waar (hij kocht ze zelf en gaf de inhoud aan de
     gaarkeuken)
7. waar (regel 62 + 63)
8. waar (regel 66 t/m 68)


Slide 13 - Tekstslide

Exercise
Workbook B
Page 22
Exercise 33

Slide 14 - Tekstslide

Exercise
1 A

Slide 15 - Tekstslide

Exercise
1 A
2 A

Slide 16 - Tekstslide

Exercise
1 A
2 A
3 B

Slide 17 - Tekstslide

Exercise
1 A
2 A
3 B
4 A

Slide 18 - Tekstslide

Exercise
1 A
2 A
3 B
4 A
5 B

Slide 19 - Tekstslide

Exercise
1 A
2 A
3 B
4 A
5 B
6 A

Slide 20 - Tekstslide

Today's goals
- Video 'describe this!' kijken
- Begrijpen waar de video over gaat
- Oefenen met past simple en present perfect

 


Slide 21 - Tekstslide

Quiz

Past simple or present perfect?


Slide 22 - Tekstslide



past simple:
- voorbij
- je weet wanneer
- WALDY

- w.w. + ed
- 2e rijtje


present perfect:
- nog bezig / merkbaar
- nu nog belangrijk
- FYNE JAS

- have/has + w.w. + ed
- have/has + 3e rijtje
past simple vs present perfect

Slide 23 - Tekstslide

Quiz
Zet de werkwoorden tussen haakjes in de juiste vorm: past simple of present perfect.
   


Slide 24 - Tekstslide

Gametime
Go to: Quiznetic

Slide 25 - Tekstslide

Homework
- Study Vocab A t/m I
- Stone 12 + 13
- Past simple
- Present perfect

Slide 26 - Tekstslide

Thanks for your attention









Slide 27 - Tekstslide