TH 3 Stofwisseling in de cel B 3 Koolstofassimilatie
Thema 3 Stofwisseling
B3
Fotosynthse
1 / 46
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5
In deze les zitten 46 slides, met tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Thema 3 Stofwisseling
B3
Fotosynthse
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kunt de fotosynthese en de chemosynthese beschrijven.
Slide 2 - Tekstslide
Een paar vragen:
Wat is een ander woord voor koolstofassimilatie?
Waar of niet waar? Voor assimilatie is energie nodig!
Wat wordt omgezet bij koolstofassimilatie? Geef een reactievergelijking!
Slide 3 - Tekstslide
Koolstofassimilatie (fotosynthese)
Vindt plaats in planten en in sommige bacteriën
Netto reactievergelijking: 6 H20+6 CO2 --> C6H12O6+ 6 O2
Energie voor de assimilatie wordt in eerste instantie geleverd in de vorm van lichtenergie.
De lichtenergie wordt in het chlorofyl geabsorbeerd.
Slide 4 - Tekstslide
Onderdelen voor fotosynthese
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Video
Waarom is een blaadje groen?
Slide 7 - Tekstslide
licht
Niet alle kleuren uit het zonlicht worden gebruikt.
NIET - groen (en daarom zien wij de plant als groen)
WEL - blauw/ paars en oranje/ rood
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Fotosynthese verloopt via twee processen
Slide 10 - Tekstslide
Lichtreactie:
Lichtenergie wordt vastgelegd in energierijke stoffen (ATP en NADPH).
Watermoleculen splitsen hierbij in waterstof en zuurstof
In chlorofylmoleculen worden energierijke elektronen gevormd
Op membranen van thylakoïd
Donkerreactie:
Uit CO2 moleculen worden glucose moleculen gebouwd.
Voor de donkerreactie is geen licht nodig
Energie die hiervoor nodig is wordt geleverd door ATP en NADPH (uit de lichtreactie)
In stroma van het chloroplast
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
Lichtreactie:
Lichtenergie wordt vastgelegd in energierijke stoffen (ATP en NADPH).
Watermoleculen splitsen hierbij in waterstof en zuurstof
In chlorofylmoleculen worden energierijke elektronen gevormd
Op membranen van thylakoïd
Donkerreactie (Calvincyclus):
Uit CO2 moleculen worden glucose moleculen gebouwd.
Energie die hiervoor nodig is wordt geleverd door ATP en NADPH, H+ --> uit de lichtreactie
Voor de donkerreactie is geen licht nodig
In stroma van het chloroplast
Slide 13 - Tekstslide
Bij de lichtreactie ontstaat:
1. ATP --> dit gaat naar calvincyclus
2. NADPH --> dit gaat naar calvincyclus
3. O2 -->dit wordt gebruikt voor dissimilatie en wordt afgegeven aan milieu
Slide 14 - Tekstslide
Fotosynthese
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
* Exciteren is het verhuizen van een elektron naar een andere schil van een atoom, die hoger op het energiespectrum ligt.
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
= indirect
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Lichtreactie
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
Binas 69B - 2
Slide 25 - Tekstslide
Lichtreactie
BiNaS 69B 1&2
Niet-cyclisch (Bij voldoende zonlicht en CO2)
2 typen chlorofyl
Elektronentransportketen.
Splitsing H2O in H+ (lumen), O2 (stroma -> huidmondjes of verbranding mitochondria) en e- (energierijk door licht)
Er wordt een H+ gradiënt opgebouwd in het lumen van het thylakoïd (zuur).
Er ontstaat NADPH en door diffusie en het enzym ATP-synthetase ontstaat ATP in het stroma.
Slide 26 - Tekstslide
Cyclische Fotofosforylering
BiNaS 69 B3
Bij een tekort aan co-factor NADP+ of overschot aan electronen en bij bacteriële fotosynthese onder anaerobe omstandigheden. (1 type chlorofyl)
Door diffusie stromen H+ ionen in het lumen en komen 2e- vrij door het enzym plastocyanine. Verrijkt door fotonen in FS1 worden deze elektronen door ferredoxine weer teruggegeven aan cytochroom-bf.
Ingestroomde H+ ionen worden door ATPsynthease omgezet in ATP.
Slide 27 - Tekstslide
lichtreacties
Niet-cyclisch - zowel fotosysteem II als I
Vorming van ATP, NADPH, H+ en zuurstof
Cyclisch - alleen fotosysteem I
Vorming van ATP
Voor de Calvinreactie is meer ATP nodig dan NADPH, H+ --> dus compenseren met extra cyclische fosforylering.
Slide 28 - Tekstslide
Een paar vragen:
Wat wordt er gebruikt/geproduceerd bij de lichtreactie?
Waar vindt de lichtreactie plaats?
Waar wordt water gesplitst?
Waar gaat O2 naar toe?
Waar wordt ATP gevormd?
Slide 29 - Tekstslide
Slide 30 - Tekstslide
Lichtreactie:
Lichtenergie wordt vastgelegd in energierijke stoffen (ATP en NADPH).
Watermoleculen splitsen hierbij in waterstof en zuurstof
In chlorofylmoleculen worden energierijke elektronen gevormd
Op membranen van thylakoïd
Donkerreactie (Calvincyclus):
Uit CO2 moleculen worden glucose moleculen gebouwd.
Energie die hiervoor nodig is wordt geleverd door ATP en NADPH --> uit de lichtreactie
Voor de donkerreactie is geen licht nodig
In stroma van het chloroplast
Slide 31 - Tekstslide
Welke stoffen zijn nodig voor de donkerreactie of Calvincyclus?
1. CO2 -->afkomstig van buiten
2. NADPH--> afkomstig van de lichtreactie
3. ATP --> afkomstig van de lichtreactie
Slide 32 - Tekstslide
Donkerreactie
Slide 33 - Tekstslide
Slide 34 - Tekstslide
Een paar vragen:
Hoeveel NADPH is nodig om de Calvincyclus te doorlopen?
Hoeveel ATP is nodig om de Calvincyclus te doorlopen?
Hoeveel lichtreacties zijn er nodig voor 1 donkerreactie?