spelling

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Getallen

Maar erg weinig leerlingen hebben de opdrachten digitaal gemaakt, dus de komende opdrachten zijn opdracht 1 t/m 6 uit het boek, blz 103-104

Opdracht 1

501

1. goed
2. fout

tienduizend

1. goed
2. fout

acht april

1. goed
2. fout

verbeter acht april

tweeënhalf

1. goed
2. fout

verbeter twee-enhalf

achttien procent

1. goed
2. fout

verbeter achttien procent

eenenveertig miljoen

1. goed
2. fout

verbeter eenenveertig miljoen

zes tiende

1. goed
2. fout

wanneer is zes tiende goed?

wanneer is zes tiende fout?

negen duizend

1. goed
2. fout

verbeter negen duizend

opdracht 2

9 / negen januari

1. 9
2. negen

19 / negentien nieuwjaarskaarten

1. 19
2. negentien

3 / drie / 15.00 uur

1. 3
2. drie
3. 15.00

op nummer 8 / acht

1. 8
2. acht

15 / vijftien euro

1. 15
2. vijftien

4 / vier goede flessen wijn

1. 4
2. vier

3 / drie broertjes

1. 3
2. drie

2 / twee zusjes

1. 2
2. twee

18 / achttien kilometer

1. 18
2. achttien

5 / vijf uur

1. 5
2. vijf

van 15 / vijftien naar 24 / vierentwintig leerling

1. 15 - 24
2. vijftien - vierentwintig

opdracht 3

opdracht 4

wat is het verkleinwoord van baby?

wat is het verkleinwoord van bonbon?

wat is het verkleinwoord van cake?

wat is het verkleinwoord van colbert?

wat is het verkleinwoord van horloge?

wat is het verkleinwoord van karbonade?

wat is het verkleinwoord van pizza?

wat is het verkleinwoord van pudding?

wat is het verkleinwoord van trolley?

wat is het verkleinwoord van wc?

opdracht 6

Huiswerk

maken de opdrachten in de digitale omgeving van Nieuw Nederlands

Let op: de meeste opdrachten kunnen alleen digitaal gemaakt worden. Als ik zie dat je ze niet gemaakt hebt, zet ik in SOM hw niet in orde.