V3 LS U5 herhaling voor toets werkwoorden en vergelijking

V3 LS U5 Herhaling voor de toets
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 25 min

Onderdelen in deze les

V3 LS U5 Herhaling voor de toets

Slide 1 - Tekstslide

Choisis la traduction correcte:
zij kennen (présent)
A
ils connaissent
B
ils reconnaissent
C
ils connaitront
D
ils connaissaient

Slide 2 - Quizvraag

Choisis la traduction correcte:
ik zal kunnen
A
je voulais
B
je voudrai
C
je pourrai
D
je pourrais

Slide 3 - Quizvraag

Donne la forme correcte:
wij kennen (présent)

Slide 4 - Open vraag

Donne la forme correcte:
zij heeft herkend (p.c.)

Slide 5 - Open vraag

Donne la forme correcte:
ik zal erkennen (fut.)

Slide 6 - Open vraag

Donne la forme correcte:
zij (mnl mv) zijn verdwenen (p.c.)

Slide 7 - Open vraag

Donne la forme correcte:
zij zouden kennen (ils, fut.du pas.)

Slide 8 - Open vraag

Donne la forme correcte:
wij (nous) willen (présent)

Slide 9 - Open vraag

Donne la forme correcte:
zij (vrl mv) willen (présent)

Slide 10 - Open vraag

Donne la forme correcte:
ik zou willen (conditionnel)

Slide 11 - Open vraag

Donne la forme correcte:
jij kunt (présent)

Slide 12 - Open vraag

Donne la forme correcte:
jij hebt gekund (p.c.)

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Tekstslide

Choisis la traduction correcte:
Melle is minder slim dan Mo
A
Melle est très malin
B
Melle est plus malin que Mo
C
Melle est aussi malin que Mo
D
Melle est moins malin que Mo

Slide 15 - Quizvraag

Choisis la traduction correcte:
Marit is de sportiefste
A
Marit est plus sportive
B
Marit est la plus sportive
C
Marit est le plus sportif
D
Marit est la sportive plus

Slide 16 - Quizvraag

Choisis la traduction correcte:
het beste boek
A
le plus bon livre
B
le livre le plus bon
C
le meilleur livre
D
le mieux livre

Slide 17 - Quizvraag

Complète - noteer de Franse woorden die ontbreken:

Jeanne d'Arc est _____ le roi. (moediger dan)
moedig = courageux (m), courageu _ _ (v).

Slide 18 - Open vraag

Complète - noteer de Franse woorden die ontbreken:

Mon livre est _____ ton livre. (minder interessant dan)

Slide 19 - Open vraag

Complète - noteer de Franse woorden die ontbreken:

Ma maison est _____ (het grootste huis)

Slide 20 - Open vraag

Complète - noteer de Franse woorden die ontbreken:

Iris est _____ (het sportiefste meisje; meisje = fille)

Slide 21 - Open vraag

Complète - noteer de Franse woorden die ontbreken:

Luc répond _____ son frère (net zo rustig als)
(let op: rustig = calme en RUSTIG is hier een BIJWOORD!)

Slide 22 - Open vraag

Complète - noteer de Franse woorden die ontbreken:

Paul travaille bien, mais moi je travaille _____ (beter)

Slide 23 - Open vraag

Bon courage demain!

Slide 24 - Tekstslide