klas 3 . Hoofdwaarden : Vrijheid

Hoofdwaarden binnen onze samenleving
Paragraaf 4. 1

Vrijheid.
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
LevensbeschouwingMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hoofdwaarden binnen onze samenleving
Paragraaf 4. 1

Vrijheid.

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Je kunt uitleggen dat er aan vrijheid twee kanten zitten 
  • Je hebt inzicht waarin de grenzen van vrijheid liggen binnen de samenleving en kunt eigen voorbeelden noemen.
  • Je hebt inzicht waar het juiste midden ligt tussen Dikke-ik gedrag en onverschilligheid.
  • Je kunt een je mening geven over de vraag tot hoever jouw verantwoordelijkheid reikt.

Slide 2 - Tekstslide

Negatieve vrijheid

  • Je bent vrij van onderdrukking
  • Het gaat erom dat je vrij bent van invloed van anderen
  • Deze vrijheid houdt jou niet tegen.
Positieve vrijheid

  • Je bent vrij om je eigen keuzes te maken
  • Het gaat erom wat je wél kan en jouw vermogen om je mogelijkheden te gebruiken
  • Deze vrijheid zet je in beweging

Slide 3 - Tekstslide

Wat mag je wel en wat mag je niet in onze samenleving? ( 2 voorbeelden)

Slide 4 - Open vraag

vrijheid van onderdrukking
Je kunt positieve vrijheid en negatieve vrijheid niet los van elkaar zien. 
Toch is in Nederland het beginsel dat we vrij zijn van onderdrukking. Dat is de voorwaarde voor positieve vrijheid.
Samenleven met andere vrije mensen levert echter beperkingen op. 
Je wordt beperkt door elkaars vrijheid, óm elkaar zo vrij mogelijk te laten. 
Om dat te reguleren maken we gezamenlijke afspraken. 
Je gaat akkoord met ( redelijke) beperkingen om de vrijheid te behouden. 

Slide 5 - Tekstslide

Noem voorbeelden van redelijke afspraken
die de vrijheid beperken in jouw leven

Slide 6 - Woordweb

Is verplichting van een vaccin gerechtvaardigd voor meer vrijheid?

Slide 7 - Open vraag

Recht op vrijheid
Een mens is geen ding. Een mens mag je niet gebruiken voor je eigen voordeel.
Je hebt zelf recht op vrijheid , maar ook anderen kunnen eisen dat je ze vrij laat. 
 Een persoon die zijn vrijheid aan je opdringt maakt misbruik van zijn vrijheid. De filosoof Harry Kunneman noemt deze persoon: Dikke Ik

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Dikke Ik

  • of Narcisme is een groeiend probleem
  • Deze personen hebben (bijna) geen empathie
  • Ze vinden zichzelf belangrijk
  • Ze kennen alleen rechten toe aan zichzelf.
  • Ze gebruiken anderen als instrument voor eigen voordeel
  • Ze manipuleren en zijn lastig te betrappen
  • Vaak zijn deze personen onzeker. 
  • Ze gaan over grenzen van vrijheid heen.
  • Je vind ze overal, maar vaak krijgen ze machtige posities door hun manier van werken.
Onverschilligheid

  • Omgaan met het recht op vrijheid is een actieve keuze
  • Onverschilligheid geeft misschien wel vrijheid, maar je neemt niet je verantwoordelijkheid:
  • Iemand laten verpieteren omdat deze persoon vrij is, is juist schadelijk voor de waarde : vrijheid. Waarom?

Slide 10 - Tekstslide

Het juiste midden
In de Oude Griekse Filosofie gaat het vooral om het juiste midden: 
TE is nooit goed. 
Te egocentrisch of Te onverschillig omgaan met vrijheid is onverantwoordelijk. 
Waar ligt dan het juiste midden? 
Als je kan uitleggen hoe jij je vrijheid op de passende manier hebt gebruikt. 

voorbeelden:

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeelden van verantwoordelijkheid nemen. 
Denk na: Wat zijn de uitersten van dit juiste midden? 
Ik geef enkele leerlingen een voorbeeld.
Ik mail de docent dat ik ervoor kies om mijn huiswerk niet te maken, omdat ik de zorg voor mijn zieke moeder op dit moment belangrijker vind. 

Ik kies ervoor om onderzoek te doen naar welke producten wel duurzaam zijn geproduceerd en ik koop deze zoveel mogelijk. 

Ik kies ervoor om mijn docent na de les aan te spreken , omdat ik geloof dat wat zij beslist  onrechtvaardig is. 

Ik kies ervoor om,  in overleg met mijn ouders en docenten,  af te stromen , omdat ik mijn tijd en energie wil investeren in topsport. 

Slide 12 - Tekstslide

Huiswerk opdracht 1:
1a. Denk na over de voorbeelden die aangeven hoe je verantwoordelijk met vrijheid omgaan. Bedenk bij elk voorbeeld hoe je onverantwoordelijk met die vrijheid zou kunnen omgaan: dus het juiste midden verlaat. 
Of naar de Dikke Ik, of juist naar onverschilligheid. 

1b : Schrijf een kort stukje van 100 woorden in hoeverre jij je verantwoordelijk voelt voor anderen. Herken jij jezelf in de Dikke Ik? Of en je juist onverschillig. Leg het uit met 1 of meer voorbeelden


Slide 13 - Tekstslide

Einde les. 
Kijk nog eens naar de Lesdoelen
  • Je kunt uitleggen dat er aan vrijheid twee kanten zitten 
  • Je hebt inzicht waarin de grenzen van vrijheid liggen binnen de samenleving en kunt eigen voorbeelden noemen.
  • Je hebt inzicht waar het juiste midden ligt tussen Dikke-ik gedrag en onverschilligheid.
  • Je kunt een je mening geven over de vraag tot hoever jouw verantwoordelijkheid reikt.

Slide 14 - Tekstslide