In de zestiende en zeventiende eeuw vonden veel kunstenaars in Europa de kunst uit de Klassieke Oudheid, de kunst van de Grieken en de Romeinen, het beste voorbeeld van goede kunst. Daarom deden ze die voorbeelden na: in de beeldhouwkunst, in de bouwkunst, in de schilderkunst, in de literatuur. De zestiende en zeventiende eeuw worden dan ook de Renaissance, de Wedergeboorte, van de Klassieke Oudheid genoemd.