6.1
Hoe noem je het opzoeken van de naam van een organisme?
1 / 11
Onderdelen in deze les
Hoe noem je het opzoeken van de naam van een organisme?
Slide 1 - Open vraag
Een piramide van aantallen is altijd in een perfecte piramide vorm
A
waar
B
niet waar
C
biotoop
D
individu
Slide 2 - Quizvraag
Biotisch
Abiotisch
timer
1:00
Wind
Lucht
Zuurstof
Water
Grond
Roofvijanden
Soort
genoten
Plant
Bacterie
Voedsel
Slide 3 - Sleepvraag
Welke twee stoffen werden er gemaakt door reducenten?
A
Water en glucose
B
Koolstofdioxide en glucose
C
Glucose en mineralen
D
Water en mineralen
Slide 4 - Quizvraag
Ijsberen hebben een dikke vacht,
is dit een aanpassing aan een
biotische of abiotische factor?
is dit een aanpassing aan een
biotische of abiotische factor?
A
Abiotische
B
Biotische
Slide 5 - Quizvraag
Aanpassing aan een biotische factor
Aanpassing aan een abiotische factor
Dikke vacht
Dunne vacht
Snavel voor soort voedsel
Gifstoffen zodat de plant niet wordt opgegeten
Zwemvoeten
Aanpassing aan weinig licht
Slide 6 - Sleepvraag
Een grote boom groeit naar de zon toe, hierdoor hebben de bodemplanten minder zon.
Wat is de grote boom voor de bodemplanten?
Wat is de grote boom voor de bodemplanten?
A
Een abiotische factor
B
Een biotische factor
Slide 7 - Quizvraag
Een plant heeft stekels in plaats van bladeren, waar is dit een aanpassing voor?
A
Weinig water
B
Veel water
C
Weinig mineralen
D
Veel voedsel
Slide 8 - Quizvraag
Wanneer doet een plant aan fotosynthese?
A
In het donker
B
In het licht
C
Altijd
Slide 9 - Quizvraag
Een klimop groeit omhoog, over andere planten heen. Waar is dit een aanpassing voor?
A
Voedsel
B
Mineralen
C
Water
D
Licht
Slide 10 - Quizvraag
Welke stof heeft een plant NIET nodig voor fotosynthese?
A
Water
B
Mineralen
C
Koolstofdioxide
D
Licht
