W35 to be

1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Today...
Lesson goals
  • Je leert wat het werkwoord 'to be' betekent
  • Je kent de verschillende vormen van 'to be' en kan deze gebruiken
  • Je gaat aan de slag met je eerste woordenlijst!

Slide 2 - Tekstslide

What does the verb 'to be' mean?
Wat betekent het werkwoord 'to be'?

Slide 3 - Open vraag

Which forms of 'to be' do you already know?
Welke vormen van 'to be' ken je al?

Slide 4 - Open vraag

Slide 5 - Tekstslide

Vul bij de komende zinnen de juiste onverkorte vorm van to be in.

Voorbeeld:
(to be)
He.............playing football.
He is playing football.

Slide 6 - Tekstslide

(to be)
I.........happy to be here.

Slide 7 - Open vraag

(to be)
She..........always helping in the kitchen.

Slide 8 - Open vraag

(to be)
They........very good at catching Pokémon!

Slide 9 - Open vraag

(to be)
He........a hacker, so watch out for your laptop!

Slide 10 - Open vraag

(to be)
They.........huge fans of FC Utrecht.

Slide 11 - Open vraag

(to be)
That lady.......... a famous writer.

Slide 12 - Open vraag

(to be)
I..........going to continue this lesson.

Slide 13 - Open vraag

(to be)
...........you okay with that?

Slide 14 - Open vraag

Slide 15 - Tekstslide

Vul bij de komende zinnen de juiste verkorte vorm van to be in.

Voorbeeld:
(to be)
He.............playing football. > He's playing football.

In de voorbeeldzinnen staan elke keer namen, gebruik in de invulzinnen de juiste Engelse voornaamwoorden!
(I, you, he, she, it, we, they, you)

Slide 16 - Tekstslide

(verkorte vorm van to be)
Jim likes Japanese cartoons.
...........watching tv right now.
A
He is
B
He's
C
He're
D
He are

Slide 17 - Quizvraag

(verkorte vorm van to be)
Emma is a nice person.
We are happy that............here!
A
he's
B
I'm
C
she is
D
she's

Slide 18 - Quizvraag

(verkorte vorm van to be)
I forgot my lunch again.
Now.........really hungry.
A
I'm
B
I am
C
I are
D
I is

Slide 19 - Quizvraag

(verkorte vorm van to be)
Linda likes dogs and Jim likes cats.
We could say........in love with their pets!
A
they are
B
she are
C
they're
D
you're

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Vul bij de komende zinnen de juiste ontkennende vorm van to be in.

Voorbeeld:
(to be)
He.............playing football.
He is not playing football.

Slide 23 - Tekstslide

Evielou always rides her bike to school.
That's why she........happy when it rains.
A
is not
B
are not
C
am not
D
isn't

Slide 24 - Quizvraag

Today I forgot to bring my jacket.
That's why I...........happy that we are going outside.
A
am
B
amn't
C
is not
D
am not

Slide 25 - Quizvraag

(ontkennende vorm van to be)
Marijn is always happy! Now we miss him because he...............at school right now.
A
isn't
B
aren't
C
is not
D
am not

Slide 26 - Quizvraag

I'm really proud of you!
You............having any trouble doing this.
A
are not
B
aren't
C
is not
D
am not

Slide 27 - Quizvraag

Vul bij de komende zinnen de juiste ontkennende vorm van 'to be' zo kort mogelijk in.

Voorbeeld:
(to be)
He.............playing football. > He isn't playing football.

In plaats van he is not voeg je dit samen.
He is not-------He isn't
Je ziet dat de ' in plaats van de letter komt die je weghaalt. 

Slide 28 - Tekstslide

(verkorte ontkennende vorm to be)
We..............finished with this lesson.

Slide 29 - Open vraag

(verkorte ontkennende vorm to be)
(gebruik de Engelse vorm van ik)
...................having any fun today.

Slide 30 - Open vraag

(verkorte ontkennende vorm to be)
Why......................she at work?

Slide 31 - Open vraag

I am out!
I'm out!

Slide 32 - Tekstslide

Vocabulary time
Go to Learnbeat > 5.1 B
Download and save the word list

Slide 33 - Tekstslide

Vocabulary list
Discuss in pairs:
  • Which words do you already know?
  • Which words are new to you? > mark them yellow/red/green

Slide 34 - Tekstslide

Lesson goals:
Je leert wat het werkwoord 'to be' betekent
Je kent de verschillende vormen van 'to be' en kan deze gebruiken
😒🙁😐🙂😃

Slide 35 - Poll