H4. Statistiek en procenten. 2 - Procentuele verandering & vermenigvuldigingsfactor
4.2 Procentuele verandering
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3
In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
4.2 Procentuele verandering
Slide 1 - Tekstslide
Planning
Huiswerkcontrole
Terugblik vorige les
Leerdoelen
Uitleg
Zelfstandig werken
Leerdoelcheck
Afsluiten
Slide 2 - Tekstslide
Huiswerkcontrole
- Voorkennis opg. 1, 2, 3, 4, 5
- §4.1 opg. 1, 2, 3
+ nakijken
Slide 3 - Tekstslide
(Leerdoelcheck) Op het Maya college zitten 150 vwo-leerlingen en 200 havo-leerlingen. Er zitten dus minder leerlingen op het vwo dan op de havo. Hoeveel procent minder leerlingen zitten er op het vwo dan op de havo?
Slide 4 - Open vraag
Slide 5 - Tekstslide
Leerdoelen
Ik kan de procentuele toename opschrijven met een vermenigvuldigingsfactor. (§4.1)
Ik kan OUD berekenen bij procentuele toe- of afname. (§4.1)
Slide 6 - Tekstslide
Door de inflatie is alles in de supermarkt duurder geworden. Tomaten kostten voorheen €1,80 per kilo. Hoe duur zijn tomaten tegenwoordig per kilo?
Slide 7 - Open vraag
Slide 8 - Tekstslide
toename = (100 + percentage) : 100
(100 + 8) : 100 =
108 : 100 = 1,08
Slide 9 - Tekstslide
Door de inflatie is alles in de supermarkt duurder geworden. Toch zijn sommige soorten fruit in prijs verlaagd. Een mango kostte voorheen €2,75. Hoe duur is een mango tegenwoordig?
Slide 10 - Open vraag
toename = (100 + percentage) : 100
(100 + 8) : 100 =
108 : 100 = 1,08
afname: (100 - percentage) : 100
(100-3) : 100 =
97 : 100 = 0,97
Slide 11 - Tekstslide
Geef de vermenigvuldigingsfactor bij toename van 11%
Slide 12 - Open vraag
Geef de vermenigvuldigingsfactor bij afname van 11%
Slide 13 - Open vraag
Geef de vermenigvuldigingsfactor bij toename van 200%
Slide 14 - Open vraag
Geef de vermenigvuldigingsfactor bij afname van 0,25%
Slide 15 - Open vraag
Leerdoelen
Ik kan de procentuele toename opschrijven met een vermenigvuldigingsfactor. (§4.1)
Ik kan OUD berekenen bij procentuele toe- of afname. (§4.1)
Slide 16 - Tekstslide
La Souris heeft tijdens Black Friday 30% korting op hun fatbikes. Het type op de afbeelding kort daardoor nog maar €699,-. Wat was de oude prijs?
Slide 17 - Open vraag
In 2016 gingen Nederlanders 35,5 miljoen keer op vakantie. Dat is een toename van 16,4 procent vergeleken met het jaar 2000. In 2000 werd er 16,6 miljoen keer een vakantie in eigen land doorgebracht. In de periode 2000-2016 nam het aantal vakanties in eigen land met 6,0% toe. -> Hoeveel keer gingen Nederlanders in het jaar 2000 in totaal op vakantie?
Slide 18 - Open vraag
Zelfstandig werken
Wat? - opg. 7, 9, 10, 12, 15, 16 + nakijken
Hoe? - zelfstandig, in je schrift
Vragen? - fluisterend overleggen met degene naast je
Klaar? - De rest van de module!
Slide 19 - Tekstslide
(Leerdoelcheck) In de periode 2017-2020 is het aantal keer dat Nederlanders op vakantie gingen met 19,4% gedaald tot 28,7 miljoen. Bereken het aantal keer dat Nederlanders op vakantie gingen in 2017.