5.4 (2)

5.4 Productie
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

5.4 Productie

Slide 1 - Tekstslide

doel
je weet het verschil tussen bruto primaire prodctie en netto primaire productie

Slide 2 - Tekstslide

primaire productie
Primaire productie is de aanmaak van organische verbindingen door autotrofe organismen (producenten), middels fotosynthese of chemosynthese. (assimilatie)

Slide 3 - Tekstslide

secundaire productie
Via de secundaire productie worden alle door de planten geproduceerde voedingsstoffen doorgegeven aan organismen die niet tot primaire productie in staat zijn en zo bouwen dieren hun biomassa op. 

Slide 4 - Tekstslide

Door autotrofe organismen wordt een gedeelte van de bruto primaire productie zelf opnieuw verbruikt voor hun eigen ademhaling en stofwisseling.  

Slide 5 - Tekstslide

DUS
netto primaire productie = bruto primaire productie - verlies door ademhaling van de planten (autotroof organisme)

Slide 6 - Tekstslide

Wat overblijft stapelt het organisme op in de vorm van biomassa, wat zich uit in groei en ontwikkeling. De toename in biomassa is de netto primaire productie (NPP)

Slide 7 - Tekstslide

Wat is de biomassa?
A
het gewicht zonder water
B
energie
C
spiermassa
D
het gehele organisme

Slide 8 - Quizvraag

Door fotosynthese ontstaat biomassa
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quizvraag

Productie
  • Bruto primaire productie (BPP)
  • Netto primaire productie (NPP)
  • NPP = BPP - dissimilatie
  • Secundaire productie (door consumenten)

Slide 10 - Tekstslide

totale productie glucose door bladgroenkorrels
= bruto primaire productie
BPP
min energie nodig voor verbranding D, nodig voor "onderhoud"
over = organische stoffen waar het organisme uit bestaat 
= biomassa (gram)
over =  "groei"

over = netto primaire productie.  NPP= BPP - D

Slide 11 - Tekstslide

Overdag: fotosynthese + dissimilatie
's Nachts: dissimilatie

Slide 12 - Tekstslide

Planten
Overdag: leggen licht energie vast in glucose
ATP die vrijkomt bij de verbranding van glucose wordt gebruikt voor actief transport (worteldruk, huidmondjes, glucose (zetmeel) transport in bastvaten

Slide 13 - Tekstslide

reactievergelijking aerobe dissimilatie

Slide 14 - Tekstslide

stofwisseling bij planten
fotosynthese:
6CO2 + 6H2O + lichtenergie ► C6H12O6 + 6O2

verbranding:
C6H12O6 + 6O2 ► 6CO2 + 6H2O + energie (ATP)


Het compensatiepunt = netto evenveel O2 verbruik (dissimilatie) als productie (fotosynthese).

Slide 15 - Tekstslide

zuurstofopname bij de plant vindt plaats tijdens
A
fotosynthese overdag
B
fotosynthese overdag en 's nachts
C
dissimilatie overdag
D
dissimilatie overdag en 's nachts

Slide 16 - Quizvraag

koolstofdioxide opname vindt plaats bij de plant bij
A
fotosynthese overdag
B
fotosynthese overdag en 's nachts
C
dissimilatie overdag
D
dissimilatie overdag en 's nachts

Slide 17 - Quizvraag

zuurstofafgifte vindt plaats bij de plant tijdens
A
dissimilatie overdag
B
dissimilatie overdag en 's nachts
C
fotosynthese overdag
D
fotosynthese overdag en 's nachts

Slide 18 - Quizvraag

koolstofdioxide afgifte vindt plaats bij de plant tijdens
A
dissimilatie overdag
B
dissimilatie overdag en 's nachts
C
fotosynthese overdag
D
fotosynthese overdag en 's nachts

Slide 19 - Quizvraag

zuurstofverbruik bij de plant vindt plaats tijdens
A
nooit
B
bij de fotosynthese en dissimilatie
C
bij de fotosynthese overdag
D
bij de dissimilatie overdag

Slide 20 - Quizvraag

koolstofdioxide verbruik bij de plant vindt plaats tijdens
A
nooit
B
de fotosynthese en dissimilatie
C
de dissimilatie overdag
D
de fotosynthese overdag

Slide 21 - Quizvraag