5/2, fictie en werkwoordspelling I

fictie en werkwoordspelling I
Nederlands
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

fictie en werkwoordspelling I
Nederlands

Slide 1 - Tekstslide

planning week 6
- maandag: spelling en fictie
- dinsdag/woensdag: taalverzorging
- donderdag: spreekvaardigheid

Slide 2 - Tekstslide

Deze les:

1. lezen -- 15 min
2. begrippen fictie + opdracht  -- 20 min
3. herhalen wwspelling + opdracht -- 20 min
4. huiswerk 12/2: opdracht fictie en opdracht spelling af

Slide 3 - Tekstslide

                    LEER
1. Ik ken de begrippen fictie;
2. Ik kan de begrippen fictie toepassen op de boeken die ik lees;
3. Ik weet hoe ik de regels van wwspelling moet toepassen.

Slide 4 - Tekstslide

lezen
timer
15:00

Slide 5 - Tekstslide

begrippen fictie
1. hoofdpersoon
2. bijpersoon
3. ruimte
4. tijdsprong
5. verteltijd
6. vertelde tijd

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

opdracht
- uitdelen formulier
- invullen voor het boek dat je nu leest of gelezen hebt

Slide 12 - Tekstslide

wwspelling
1. pv tt
2. pv vt
3. vd
4. inf

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

                    LEER
1. Ik ken de begrippen fictie;
2. Ik kan de begrippen fictie toepassen op de boeken die ik lees;
3. Ik weet hoe ik de regels van wwspelling moet toepassen.

Slide 15 - Tekstslide

huiswerk 12/2
1. formulier fictie ingevuld
2. stencil wwspelling af (uitgedeeld)
3. lezen boek I

Slide 16 - Tekstslide