V3 week 14: § 4.5_II fosforklok

V3, online les, week 14
§4.5 vraag 3 en 5 bespreken
HW opdracht 4 bespreken
Fosforklok

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

V3, online les, week 14
§4.5 vraag 3 en 5 bespreken
HW opdracht 4 bespreken
Fosforklok

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Geef je eindantwoord van HW opdracht 4b

Slide 4 - Open vraag

HW opdracht 4 bespreken
Via antwoorden in word

Slide 5 - Tekstslide

§ 4.5 fosforklok (vraag 6 tm 13)

Slide 6 - Tekstslide

bekijk de demo in de volgende slide
Beantwoord daarna de vragen

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Wat is de formule van fosfor?
A
F
B
Fo
C
P
D
Ph

Slide 9 - Quizvraag

De witte rook is difosforpentaoxide wat is de formule die hoort bij de witte rook?
A
2P5O
B
P2O5
C
P2O4
D
2PO4

Slide 10 - Quizvraag

Wat gebeurd er met de witte rook?
A
Zakt naar beneden op het water
B
Ontsnapt via de bovenkant
C
Reageert met aanwezige zuurstof
D
Lost op in het water

Slide 11 - Quizvraag

Wat gebeurd er met het waterniveau in de kolf? Leg uit waarom dit gebeurd

Slide 12 - Open vraag

Fosforklok
Na 10 minuten:
Alle zuurstof is verdwenen
Alle rook is opgelost

Slide 13 - Tekstslide

Maken§ 4.5 vraag 6 tm 13
(tekening maken voor vraag 10 tm 13)

Slide 14 - Tekstslide

HW / tijdens de les
Nu inleveren: 
foto van je schrift van wat je deze les hebt opgeschreven.
maken vraag § 4.5 vraag 6 tm 13
maken huiswerkopdracht 1 (massaverhouding dichtheid_2)

Vanmiddag van 13 tot 14 uur kan ik je helpen met het huiswerk!
Geef je op!

Slide 15 - Tekstslide


Koperoxide kan gemaakt worden door het juist mengen van zuurstof en koper. We kunnen 28,75 gram koperoxide maken uit 23,0 gram koper.  
VRAAG:  Hoeveel gram zuurstof was er dan nodig

A
51,75 g
B
5,75
C
1,25
D
Je mist een gegeven

Slide 16 - Quizvraag


indien geen antw bij vorige opg ga dan uit van massaverhouding Cu : O2  = 46 : 11,5. we mengen in de verhouding 15,6:  5,3 Welke stof is in overmaat en met hoeveel.
A
zuurstof in overmaat met 3,9 g
B
zuurstof in overmaat met 1,4 g
C
Koper in overmaat met 1,4 g
D
koper in overmaat met 5,6 g

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

HW / tijdens de les
Nu inleveren: 
foto van je schrift van wat je deze les hebt opgeschreven.
maken vraag § 4.4 vraag 1, 2, 3 & 5
maken huiswerkopdracht 4

Vanmiddag van 13 tot 14 uur kan ik je helpen met het huiswerk!
Geef je op!

Slide 21 - Tekstslide