In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Schrijven
1.2 Uitvoeren
Slide 1 - Tekstslide
Vandaag:
9.00 -10.00 uur:
Hoe was stage??
Start met 15 minuten ww spelling oefenen via trainers Taalverzorging
Start les 1.2 Schrijven: Uitvoeren
pauze tot 10.30 uur
10.30 - 11.30 uur
Vervolg les 1.2
BPV opdracht uitleg
timer
15:00
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Lesdoel
Je werkt je ideeën van het schrijfplan, dat je in de vorige les hebt gemaakt,uit tot een samenhangende tekst.
Slide 4 - Tekstslide
Een lange tekst schrijven, hoe pak je dat aan of waar loop je tegen aan?
Slide 5 - Open vraag
Betrouwbare bron
Feiten;
Meningen;
Slide 6 - Tekstslide
Hoe kom je aan je informatie? Waar vind je (betrouwbare) bronnen?
Slide 7 - Open vraag
Antwoord
Betrouwbare bronnen kun je vinden via het internet, de bibliotheek/mediatheek, in radio- en/of tv-programma’s en interviews of enquêtes met deskundigen.
Slide 8 - Tekstslide
Parafraseren
Gebruik je in je tekst informatie uit bronnen? Dan kun je die het best in eigen woorden weergeven: parafraseren. Als dat duidelijker is – of voor de afwisseling – kun je een kort stuk tekst (1-3 zinnen) ook een keer letterlijk overnemen: citeren. Zet die tekst tussen aanhalingstekens en geef duidelijk aan wie het gezegd heeft of uit welke bron je tekst hebt overgenomen.
Slide 9 - Tekstslide
Samen oefenen (opdr. 1, blz. 154)
Wat is het doel van de poster?
Voor welk publiek is de poster bedoeld?
Op de poster worden drie woorden
gebruikt die hetzelfde betekenen. Welke?
Welk van die drie woorden is het meest neutraal en
zou je dus kunnen gebruiken in een tekst voor
een breed publiek?
Slide 10 - Tekstslide
Bedenk een andere tekst voor de poster. Je mag parafraseren, heel andere woorden gebruiken, de volgorde omgooien enzovoort. Zorg ervoor dat de boodschap duidelijk is en dat de toon past bij het publiek.
Slide 11 - Open vraag
BPV-opdrachten en de les Nederlands
Pak het schrijfplan van de vorige les.
Wat kun je in de inleiding schrijven? Noteer dit in steekwoorden op het schrijfplan.
Wat kun je in het slot schrijven? Noteer dit ook.
Je schrijft de eerste versie van je tekst
Volgende les gaan we het hebben over het controleren en verbeteren van je tekst.
timer
20:00
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Wat is het belangrijkste wat je deze les geleerd hebt?