Weer en klimaat temperatuur - 1.2

1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1-6

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen weer en klimaat?

Slide 15 - Open vraag

Wat zien we hier?

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Tekstslide

Wat zou er gebeuren met de seizoenen als de aarde recht stond t.o.v. de zon?

Slide 19 - Open vraag

Op welk deel is het warmer
A
Nummer 1
B
Nummer 2

Slide 20 - Quizvraag

In dit geval heeft het verschil in temperatuur te maken met:
A
De hoogteligging
B
Met het seizoen te maken
C
Met de stand van de zon
D
De breedteligging

Slide 21 - Quizvraag

Hoge breedte
Lage breedte
korte afstand tot de zon
Lage zonnestand
Kleine schaduw
Groot oppervlak verwarmen

Slide 22 - Sleepvraag

Hoe lager de breedteligging van een plaats, hoe kouder het is
A
Waar
B
Niet waar

Slide 23 - Quizvraag


Hoe                          de breedtegraad, hoe  


Hoe                          op de berg, hoe



Kleiner
Kouder
Hoger
Warmer

Slide 24 - Sleepvraag


Wat is de algemene regel die hoort bij de hoogteligging?
hoe..... hoe... (+ hoeveel graden celsius?)
A
hoger...kouder. 0,6 graden per kilometer
B
hoger...kouder. 6 graden per kilometer
C
hoger...warmer. 0,6 graden per kilometer
D
hoger...warmer, 6 graden per kilometer

Slide 25 - Quizvraag

Wat warmt sneller op: land of zee/water?
A
Land
B
Zee/water

Slide 26 - Quizvraag

In welk seizoen is de temperatuur in de Noordzee prettiger om in te zwemmen?
A
Lente
B
Herfst

Slide 27 - Quizvraag

In welk seizoen is het waarschijnlijk de temperatuur op het strand het meest prettig om te zonnen ?
A
Lente
B
Herfst

Slide 28 - Quizvraag

Slide 29 - Tekstslide

Waarom is de stand van de aarde belangrijk?
Gebruik in je antwoord zoninvalshoek

Slide 30 - Open vraag

lesdoelen
Je weet dat de aarde schuin staat richting de zon.
Je weet waarom wij seizoenen hebben op de aarde.
Je kunt dankzij de zonsinvalshoek uitleggen waarom het kouder is op de Noordpool en warmer is op de evenaar.

Slide 31 - Tekstslide

Opdracht
Plannen
Aan het eind van je keuzedeel moet het portfolio klaar zijn. Daarom is het nodig om een planning te maken. We onderscheiden een grote planning waarin je plant wanneer je aan je thema’s wilt werken. 
In de kleine planning plan je per thema wanneer en hoe je de bewijsstukken gaat verzamelen.

Stappenplan
Stap 1: Kies per vak met welke thema’s je aan de slag gaat en wanneer je dit gaat doen.
Stap 2: Vul de grote planning in.
Stap 3: Bedenk welke bewijsstukken je wilt verzamelen.
Stap 4: Bedenk per bewijsstuk welke vaardigheden je oefent. Per thema behandel je minimaal één vakgebonden vaardigheid.
Stap 5: Vul de kleine planning in.

Slide 32 - Tekstslide

Daarnaast: Schrijf de inleiding van het thema

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide