Corona Freek

1 / 17
volgende
Slide 1: Interactive video met 16 slides
Mens & NatuurMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en 1 video.

Onderdelen in deze les

16

Slide 1 - Video

00:50
Zijn virussen altijd zo gevaarlijk?
A
Ja
B
Nee

Slide 2 - Quizvraag

01:46
Schrijf op hoeveel 30 triljoen is.
(schrijf 1 op met het juiste aantal nullen erachter)

Slide 3 - Open vraag

03:01
Sleep in de goede volgorde
Kleinst
Groter
Grootst
Bacterie
Virus
Dier

Slide 4 - Sleepvraag

03:59
Leeft een virus
A
Ja, want hij kan je ziek maken
B
Nee, want hij is te klein
C
Ja, want het is een organisme
D
Nee, want hij kan niet voorplanten

Slide 5 - Quizvraag

05:00
Waarom zijn virussen net kleine piraatjes?
A
Omdat ze een ooglapje dragen
B
Omdat ze alleen voorkomen op boten
C
Omdat ze je gevangen nemen
D
Omdat ze een cel kapen

Slide 6 - Quizvraag

05:31
Waarvoor heeft een virus een cel (de gastheer) nodig?

Slide 7 - Open vraag

08:05
Wat betekent: je bent immuun
A
Je kan de ziekte niet krijgen
B
Je hebt "politie"bloedcellen
C
Je hebt de ziekte gehad: je lichaam herkent de ziekte en kan er tegen vechten
D
Je hebt de ziekte gehad: je lichaam heeft speciale cellen die de ziekte herkennen en er tegen kunnen vechten

Slide 8 - Quizvraag

08:28
Waarom kan je toch ziek worden als je immuun bent voor een ziekte
A
Het virus is veranderd
B
Je wordt ziek van een ander virus
C
allebei de antwoorden is goed

Slide 9 - Quizvraag

10:30
Waarom kan je meestal niet ziek worden van een virus dat in een ander soort dier voorkomt?
A
Omdat het virus niet in de cel kan komen
B
Omdat ons lichaam beter tegen het virus kan vechten

Slide 10 - Quizvraag

12:24
Welk dier is vaak de eerste verspreider van een virus??

Slide 11 - Open vraag

13:17
Waarom kunnen vleermuizen zo goed tegen virussen?
A
Hun immuunsysteem is beter
B
Als er een virus in een cel komt, gaan de andere cellen op slot
C
A en B zijn allebei goed

Slide 12 - Quizvraag

14:02
Waarom zijn virussen die uit vleermuizen komen zo dodelijk voor de mens
A
Omdat ze van een ander dier komen
B
Omdat de virussen de tijd krijgen om sterk te worden in de vleermuis

Slide 13 - Quizvraag

15:04
Wat is vaccineren
A
Een prikje zodat het virus doodgaat
B
Een prikje zodat je het virus niet kunt krijgen
C
Een prikje met nepvirus, zodat je niet ziek kunt worden
D
een prikje met nagemaakt virus zodat je lichaam "politie"bloedcellen het echte virus kunnen herkennen

Slide 14 - Quizvraag

16:04
Waarom verspreid het virus zich zo snel?
A
Het is nog nieuw: er is nog niemand immuun
B
Het verspreid makkelijk, zelfs door de lucht
C
Er is nog geen vaccin
D
Alle drie de antwoorden zijn goed

Slide 15 - Quizvraag

18:30
Waarom moet je binnen blijven?
A
Zodat niet iedereen tegelijkertijd ziek wordt
B
Zodat jij niet ziek wordt

Slide 16 - Quizvraag

18:59
Snap jij nu waarom jij je handen vaak moet wassen, binnen moet blijven en op 1,5 meter afstand moet blijven?
A
Ja
B
Nee

Slide 17 - Quizvraag