1M - cursus 7 - paragraaf 2 - spelling - bijvoeglijk naamwoord

Spelling bijvoeglijk naamwoord
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Spelling bijvoeglijk naamwoord

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen

Na deze les kan je bijvoeglijke naamwoorden op een goede manier spellen. 

Slide 2 - Tekstslide

Bijvoeglijk naamwoord

Slide 3 - Tekstslide

meestal
eindigt het op een -e 

de blauwe trui                                   het dikke boek                      de kale kop 

Slide 4 - Tekstslide

Materiaal
Als het bijvoeglijk naamwoord aangeeft van welk materiaal het is gemaakt, dan schrijf je er altijd -en achter. 

de houten stoel                     de gouden ring                               de wollen trui. 

Slide 5 - Tekstslide

modern materiaal
als het van een modern materiaal is gemaakt komt er niets achter. 
de plastic tas                    de aluminium trap         de polyester boot

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

2 BK Blok 4 Spelling
Even oefenen


Slide 8 - Tekstslide

de … (lekker) maaltijd
Regel
Is het een materiaal waarmee het gemaakt is ? Dan met -EN
A
lekker
B
lekkeren
C
lekkere

Slide 9 - Quizvraag

de … (zilver) armband
Regel
Is het een materiaal waarmee het gemaakt is ? Dan met -EN
A
zilver
B
zilveren
C
zilvere

Slide 10 - Quizvraag

de … (zijde) das
Regel
Is het een materiaal waarmee het gemaakt is ? Dan met -EN
A
zijden
B
zijde
C
zijdene

Slide 11 - Quizvraag

een … (aardig) meisje
Regel
Is het een materiaal waarmee het gemaakt is ? Dan met -EN
A
aardig
B
aardige
C
aardigen

Slide 12 - Quizvraag

de … (breed) straat

Slide 13 - Open vraag

het … (riet) dak

Slide 14 - Open vraag

het … (scherp) mes

Slide 15 - Open vraag

de … (wol) trui

Slide 16 - Open vraag

de … (geel) vlag

Slide 17 - Open vraag

2 BK Blok 4 Spelling
Klik op de link in de volgende slide.

Maak de oefening.

Maak een printscreen van je resultaat en plak dit in de volgende slide.

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Link

Plak hier je printscreen van je resultaat van de vorige oefening.

Slide 20 - Open vraag

Ik kan de bijvoeglijke naamwoorden goed spellen.
A
ja
B
met hulp
C
soms
D
snap er niks van

Slide 21 - Quizvraag

Deze vragen heb ik nog.

Slide 22 - Open vraag

Evaluatie lesdoelen

Na deze les kan je bijvoeglijke naamwoorden op een goede manier spellen. 

Slide 23 - Tekstslide

Goed bezig!

Slide 24 - Tekstslide