H1 PV TT en VT 2

Nederlands 8-2
Wat gaan we doen deze les?
  1. Spullen op tafel en telefoons weg
  2. Lezen in leesboek
  3. Herhaling: PV in TT
  4. Nieuw: PV in VT 
  5. Zelfstandig werken
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Nederlands 8-2
Wat gaan we doen deze les?
  1. Spullen op tafel en telefoons weg
  2. Lezen in leesboek
  3. Herhaling: PV in TT
  4. Nieuw: PV in VT 
  5. Zelfstandig werken

Slide 1 - Tekstslide

De vorige les
In de vorige les heb je geleerd hoe je de stam van een werkwoord maakt én hoe je de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd schrijft.

Slide 2 - Tekstslide

PV in de TT
Bij het schrijven van de persoonsvorm in de TT heb je drie mogelijkheden.

  1. Ik-vorm
  2. Ik-vorm+t
  3. hele werkwoord

Slide 3 - Tekstslide

Drie mogelijkheden
  • ik-vorm
    Ik fiets iedere dag naar school
  • ik-vorm+t
    Jij fietst iedere dag naar school
  • Hele werkwoorden
    Wij fietsen iedere dag naar school 

Slide 4 - Tekstslide

Schrijf de persoonsvorm tt
Ik ....... (worden) hier wel een beetje moe van.

Slide 5 - Open vraag

Schrijf de persoonsvorm tt
Wat .... (appen) je klasgenoten daarover?

Slide 6 - Open vraag

Noteer de persoonsvorm tt

Hij ....(glijden) nooit uit.

Slide 7 - Open vraag

Aan het einde van deze les

.... heb je geleerd hoe je de persoonsvorm in de verleden tijd schrijft.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Sterke werkwoorden
Sterke werkwoorden veranderen in de verleden tijd van klank.

TT: Hij vangt de bal tijdens een potje trefballen.
VT: Hij ving de bal tijdens een potje trefballen
Vangen --> Vingen


Slide 10 - Tekstslide

Oefening VT
Verander het werkwoord tussen haakjes zodat het past in de zin:
  • .... (gaan) jij gisteren naar de McDonalds?
  • Ging jij gisteren naar de McDonalds?
  • Ik .... (zwemmen) een wereldrecord op de 50 meter!
  • Ik zwom een wereldrecord op de 50 meter!
  • In december vorig jaar .... (ontvangen) ik mijn nieuwe bed.
  • In december vorig jaar ontving ik mijn nieuwe bed. 

Slide 11 - Tekstslide

Schrijf het werkwoord in de VT:
'.... (gaan) jij gisteren naar de McDonalds?'

Slide 12 - Open vraag

Schrijf het werkwoord in de VT:
'Ik .... (zwemmen) een wereldrecord op de 50meter!'

Slide 13 - Open vraag

Schrijf het werkwoord in de VT:
'Gisteren .... (ontvangen) ik mijn nieuwe bed.'

Slide 14 - Open vraag

Zwakke werkwoorden in de verleden tijd
s





Laatste letter van de stam in 't kofschip x?
Ja       -->    ik-vorm + te(n)
Nee   -->    ik-vorm + de(n)

Slide 15 - Tekstslide

Zwakke werkwoorden in de VT
Voorbeeld: Judith .... (maken) alle opdrachten in de les.

Stappenplan:
  1. Maak van maken de stam --> mak
  2. Zit de laatste letter in 't ex kofschip? --> Ja, dus +te of +ten
  3. Vul in de zin de ik-vorm in--> maak
  4. Kijk wie het werkwoord uitvoert. Enkelvoud of meervoud? --> Enkelvoud, dus +te
  5. Judith maakte alle opdrachten in de les.
 

Slide 16 - Tekstslide

Zwakke werkwoorden in de VT
Voorbeeld: Gisteren .... (raden) Mees en Mo alle hints die de docent gaf.

Stappenplan:
  1. Maak van raden de stam --> rad
  2. Zit de laatste letter in 't ex kofschip? --> Nee, dus +de of +den
  3. Vul in de zin de ik-vorm in--> raad
  4. Kijk wie het werkwoord uitvoert. Enkelvoud of meervoud? --> Meervoud, dus +den
  5. Gisteren raadden Mees en Mo alle hints die de docent gaf.
 

Slide 17 - Tekstslide

Oefening VT
Verander het werkwoord tussen haakjes zodat het past in de zin:
  • Het weer .... (klaren) gelukkig snel op.
  • Het weer klaarde gelukkig snel op.
  • Een week geleden .... (typen) de leerlingen een heel verhaal.
  • Een week geleden typten de leerlingen een heel verhaal.
  • Ik ... (arriveren) altijd netjes op tijd in de les.
  • Ik arriveerde altijd netjes op tijd in de les. 

Slide 18 - Tekstslide

Schrijf het werkwoord in de VT op.
'Het weer .... (klaren) gelukkig snel op.'

Slide 19 - Open vraag

Schrijf het werkwoord in de VT op.
'Een week geleden .... (typen) de leerlingen een heel verhaal.'

Slide 20 - Open vraag

Schrijf het werkwoord in de VT op.
'Ik ... (arriveren) altijd netjes op tijd in de les.'

Slide 21 - Open vraag

Zelfstandig werken
Je doet het volgende:
  1. Ga via Magister naar de online leeromgeving 
  2. Ga naar Hoofdstuk 1 --> Taalverzorging - Tegenwoordige en Verleden tijd
  3. Maak opdracht 3, 4, 5 en 6 

Slide 22 - Tekstslide