Herhaling Proefwerk H3

Aujourd'hui
Répéter:  
- Je kent de onregelmatige ww. pouvoir & vouloir
- Je weet hoe je het aanwijzend voornaamwoord in het NL en in het FR moet gebruiken
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Aujourd'hui
Répéter:  
- Je kent de onregelmatige ww. pouvoir & vouloir
- Je weet hoe je het aanwijzend voornaamwoord in het NL en in het FR moet gebruiken

Slide 1 - Tekstslide

Welke aanwijzende voornaamwoorden ken je in het Frans?

Slide 2 - Woordweb

J'habite dans......maison (V)
A
ce
B
cet
C
cette
D
ces

Slide 3 - Quizvraag

Tu aimes....sport (M)
A
ce
B
cette
C
cet
D
ces

Slide 4 - Quizvraag

C'est un homme sympa. Tu connais.....homme?
A
ce
B
cette
C
ces
D
cet

Slide 5 - Quizvraag

J'aime les chiens.
.............chiens sont de mon frère.
A
ce
B
cet
C
cette
D
ces

Slide 6 - Quizvraag

il n'aime pas l'école. Il déteste.............école
A
ce
B
cet
C
cette
D
ces

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Video

Quand je veux je peux betekent:
A
Als ik het kan dan wil ik het
B
Als ik het wil dan kan ik het

Slide 9 - Quizvraag

Sleep de vervoeging naar het juiste werkwoord
Vouloir
Pouvoir
Veux
Voulons
Peux
Pouvez
Peuvent
Veut
Veulent
Pouvons

Slide 10 - Sleepvraag

Zet het werkwoord in de juiste vorm.
Elle (pouvoir)
A
peux
B
veux
C
peut
D
veut

Slide 11 - Quizvraag

Zet het werkwoord in de juiste vorm.
Vous (vouloir)
A
pouvons
B
pouvez
C
peuvent
D
voulez

Slide 12 - Quizvraag

Stel hier je vraag over de stof van hoofdstuk 3

Slide 13 - Woordweb

Wat betekend de zin:
Madame de Wit est enceinte
A
Mevrouw de Wit is docent Frans
B
Mevrouw de Wit is mentor
C
Mevrouw de Wit is zwanger
D
Mevrouw de Wit wilt 100 jaar worden

Slide 14 - Quizvraag

Vouz pensez que le bébé est un garcon où une fille?
une fille
un garcon

Slide 15 - Poll

Les devoirs
Wil je oefenen met de onregelmatige ww ? Maak dan blz 150 + 151 opdr. 16 
Wil je oefenen met de aanwijzende voornaamwoorden? Maak dan blz 151 + 152 opdr 17

Slide 16 - Tekstslide