Beschouwing HAVO 4 2020/2021

SCHRIJFVAARDIGHEID
HAVO 4
BESCHOUWING
2020/2021
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 34 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

SCHRIJFVAARDIGHEID
HAVO 4
BESCHOUWING
2020/2021

Slide 1 - Tekstslide

HET DOEL VAN DE LESSENSERIE

  • Jullie leren hoe een goede beschouwende tekst is opgebouwd;
  • Jullie leren wat een beschouwing is;
  • Jullie leren een goed schrijfplan te maken;
  • Jullie kunnen het geleerde toepassen en zelf een beschouwing schrijven.

Slide 2 - Tekstslide

OPDRACHT
  • Zoek in je lesboek of op internet op wat de verschillen zijn tussen een betoog en een beschouwing.

  • Nabespreking klassikaal

 

Slide 3 - Tekstslide

Wat is een beschouwing?
Een beschouwing is een tekst waarin een onderwerp van verschillende kanten besproken wordt. De schrijver geeft zelf geen mening over het onderwerp.
Het doel is de lezers ZELF een mening over het onderwerp te laten vormen. Dat noemen we een opiniërende tekst.

Slide 4 - Tekstslide

OPDRACHTEN
  • Je gaat de komende lessen opdrachten uit Talent maken.
  • Deze opdrachten laten je alvast kennismaken met een beschouwing.
  • Je maakt de opdrachten digitaal.
  • LES 1: Maken: § 4.2 (tekst 1) vraag 1 t/m 6
  • LES 2: Maken: § 4.2 (tekst 3) vraag 9 t/m 17
  • LES 3: Maken: § 4.3 (tekst 4) vraag 1 t/m 5

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

De werkwijze
  • Jullie gaan in tweetallen een beschouwing schrijven;
  • Je haalt de informatie uit artikelen;
  • Eerst schrijven jullie een proefbeschouwing;
  • Daarvoor krijg je de artikelen van je docent;
  • Voor de echte beschouwing van de toets moeten jullie zelf artikelen zoeken op internet;
  • Jullie kiezen samen een onderwerp uit een lijst met onderwerpen.

Slide 7 - Tekstslide

ONDERWERPEN (1)
Jullie kunnen alvast na gaan denken over het onderwerp waarover jullie een beschouwing gaan schrijven. Ga daar de komende tijd ook artikelen bij zoeken!
  • Moet Nederland uit de euro/EU, ja of nee?
  • Onze overheid moet drugs/ XTC wel/niet vrijgeven.
  • Leeftijdsgrens alcohol: 18 is goed of verhogen/verlagen?
  • Moet de overheid inentingen voor kinderen verplichten, ja of nee? ​
  • Is een coronavaccin belangrijk of niet?
  • Heeft de Nederlandse regering het coronabeleid goed aangepakt? Waarom wel/niet?
  • Is een diploma zonder centraal eindexamen volwaardig, ja/nee?
  • Afvalscheiding, is het nuttig of niet?
  • Netflix moet films en series met discriminerende en stereotyperende ideeën verwijderen, ook als dat oude films zijn. Terecht idee of niet? (N.a.v. Black Lives Matter)
  • Mag de overheid zich bemoeien met ons eetgedrag, ja of nee? 

Slide 8 - Tekstslide

ONDERWERPEN (2)
  • Als jullie een onderwerp hebben gekozen, geef je dat door aan de docent;
  • Ga minimaal 5 artikelen over je onderwerp zoeken;
  • Kijk ook eens in de krantenbank van onze mediatheek.

  • https://academic.lexisnexis.nl/krantenbank/advancedsearch-form/

LET OP:
Jullie moeten VOOR WOENSDAG 30 SEPTEMBER het onderwerp doorgeven + de artikelen hebben!  Jullie mogen zelf weten of je de artikelen print of (digitaal) opslaat op jullie computer. NOTEER DEZE DATUM EN ZORG DAT JE DE ATIKELEN OP TIJD HEBT VERZAMELD.

Slide 9 - Tekstslide

NU NOG WAT THEORIE...

Slide 10 - Tekstslide

TEKSTDOEL
  • Het tekstdoel van een beschouwing is dus opiniëren;
  • Je leest bijvoorbeeld voor- en nadelen van een onderwerp;
  • De lezer kan zelf een mening vormen over het onderwerp;
  • Beschouwingen kunnen op verschillende manieren opgebouwd worden;
  • Jullie MOETEN het op de volgende manier doen:
  • In jullie beschouwing laten jullie verschillende meningen over een onderwerp aan bod laten komen.

Slide 11 - Tekstslide

HOOFDGEDACHTE
  • Bepaal eerst de hoofdgedachte: Het belangrijkste wat jullie willen vertellen in één zin.
 
  • Enkele voorbeelden:

* De meningen over het toelaten van vluchtelingen lopen nogal uiteen.
* Zouden we vluchtelingen moeten opnemen in ons land?

Slide 12 - Tekstslide

SCHRIJFPLAN (1)

  • De informatie voor de beschouwing wordt uit artikelen gehaald;
  • Jullie gaan 2 argumenten voor en 2 argumenten tegen zoeken;
  • Schrijf goed op van wie het argument is;
  • Vervolgens wordt er een schrijfplan ingevuld;
  • Jullie krijgen van de docent een blanco schrijfplan op papier;
  • In het schrijfplan 'bouw' je de basis van de tekst;
  • De informatie per alinea wordt beknopt opgeschreven.

Slide 13 - Tekstslide

SCHRIJFPLAN (2)
NOTEER:

  • ... jullie namen
  • ... het onderwerp van de tekst;
  • ... het schrijfdoel: opiniëren;
  • ... het publiek: voor wie is de tekst bedoeld
  • ... de hoofdgedachte
  • ... de tekststructuur (argumentatiestructuur)

  • Daarna ga je het bouwplan per alinea invullen. De docent legt het uit aan de hand van de volgende voorbeelden:

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

OPBOUW BESCHOUWING
  • INLEIDING
  • MIDDENSTUK
  • SLOT

Slide 16 - Tekstslide

INLEIDING
INLEIDING:
A: aandacht van de lezer trekken; 

  • voorbeeld / anekdote;
  • geschiedenis;
  • actualiteit;

B: onderwerp introduceren;

  • een vraag stellen.


Slide 17 - Tekstslide

THEORIE (VOORBEELD INLEIDING)
Dag Zwarte Piet of blijf je 

Anniek is zes jaar en zit in groep drie van de basisschool. Elk jaar in december wordt het Sinterklaasfeest gevierd op school en thuis. Anniek vindt het een geweldig feest. Ze zingt sinterklaasliedjes, mag haar schoen zetten en maakt mooie tekeningen voor Sinterklaas. Haar moeder geeft haar chocolademelk met speculaas en Anniek geniet ervan.
Sinterklaas komt al eeuwen met zijn Zwarte Pieten naar Nederland en vele kinderen vinden dat leuk. Toch zijn er elk jaar weer felle discussies of de traditie van Zwarte Piet, als knecht van de blanke Sinterklaas, zou moeten worden afgeschaft. Het is inmiddels niet alleen meer een nationale, maar zelfs een internationale discussie geworden. Moet Nederland de traditie van Zwarte Piet stoppen?

Slide 18 - Tekstslide

MIDDENSTUK
  • In het middenstuk gaan jullie het onderwerp bespreken;
  • In deze beschouwing gaan jullie 2 argumenten voor en 2 argumenten tegen geven;
  •  In een beschouwing is je doel NIET om de lezer van je eigen mening te overtuigen;

  • ALINEA'S
  • Per alinea bespreek je één deelonderwerp: de mening van een deskundige (of deskundige instantie). 
  • Een alinea heeft een kernzin (de mening);
  • Geef uitleg/toelichting bij deze kernzin.
  • Jullie bespreken 2 meningen VOOR het onderwerp en 2 meningen TEGEN het onderwerp.

Slide 19 - Tekstslide

MIDDENSTUK (VOORBEELD)
  • HOOFDGEDACHTE: Zouden jongens en meisjes op middelbare scholen in gescheiden klassen moeten zitten?

  • ARGUMENTEN MIDDENSTUK:
  • Argument 1 (tegen) Dhr. Nep (directeur Streek Lyceum Ede) -> Geen goed idee, jongens en meisjes leren van elkaar.  
  • Dit argument gaan jullie in de alinea vervolgens verder uitwerken;

  • Argument 2 (voor) Mevrouw Janssen (pedagoge Amsterdam) -> Wel een goed idee, leerlingen zullen zich beter kunnen concentreren in gescheiden klassen.
  • Ook dit argument verder uitwerken. Liefst met onderzoeksresultaten. 

Slide 20 - Tekstslide

HET SLOT
  • De hoofdgedachte komt natuurlijk terug in het slot;
  • Geef een samenvatting of conclusie;

  • TIPS :-)

  • Maak de cirkel 'rond'. Dat wil zeggen dat je in het slot terugkomt op wat je in de inleiding hebt verteld;
  • Houd het slot kort (ongeveer 5 à 10 zinnen);
  • Probeer de tekst af te sluiten met een krachtige zin;

  • NIET DOEN :-(

  • Een nieuw deelonderwerp introduceren;
  • Zet geen EINDE onder je tekst.

Slide 21 - Tekstslide

LET OP! In een alinea schrijf je de zinnen achter elkaar door!

:-(

Klimaatverandering is een van de grootste bedreigingen voor de natuur.

IJskappen smelten en woestijnen rukken op.

Het zeeniveau is de afgelopen honderd jaar vijfentwintig centimeter gestegen.

In sommige gebieden hebben planten en dieren niet genoeg tijd zich aan te passen.

_________________________________________________________________________

:-)

Klimaatverandering is een van de grootste bedreigingen voor de natuur. IJskappen smelten en woestijnen rukken op. Het zeeniveau is de afgelopen honderd jaar vijfentwintig centimeter gestegen.  In sommige gebieden hebben planten en dieren niet genoeg tijd zich aan te passen.


Slide 22 - Tekstslide

ALINEA'S VERBINDEN
  • Zorg ervoor dat jullie de alinea's met signaalwoorden/verwijswoorden aan elkaar verbindt. Dit is erg belangrijk, want op die manier wordt de tekst een logisch geheel.

Middenstuk: 

  • Alinea 2: Pietje Puck vindt dat ...
  • Alinea 3: Jannie Peeters geeft eveneens aan dat zij...
  • Alinea 4: Jos Bos van de Plastic Soup Foundation is het hier helemaal niet mee eens...
  • Alinea 5:  Ook Joop Jansen is van mening dat...

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

DE LAATSTE TIPS :-)

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

GA NU MAAR AAN DE SLAG
  • Lees nogmaals de theorie als jullie die nodig hebben;
  • Kijk eventueel een filmpje terug;
  • Praat zachtjes met elkaar;
  • Stel gerust vragen aan de docent;

HEEL VEEL SUCCES!

Slide 27 - Tekstslide

PROEFBESCHOUWING 
  • Jullie gaan in tweetallen een proefbeschouwing schrijven;
  • De proefbeschouwing heeft maximaal 500 woorden (marge 10%).
  • Jullie krijgen een aantal artikelen van de docent;
  • Ga die bestuderen;
  • Haal er 2 argumenten voor en 2 argumenten tegen uit (met toelichting: van wie, uitleg...);

Slide 28 - Tekstslide

PROEFBESCHOUWING (2)
  • Jullie krijgen een papieren schrijfplan;
  • Jullie gaan het schrijfplan invullen; 
  • inleiding, middenstuk (4 alinea's) slot;
  • Totaal 6 alinea's! 
  • Vraag aan jullie docent of het in orde is;
  • Zo ja, dan gaan jullie de proefbeschouwing schrijven;
  • De proefbeschouwing schrijven jullie op een laptop;
  • Sla de proefbeschouwing zorgvuldig op (proefbeschouwing.naam+naam)

Slide 29 - Tekstslide

PROEFBESCHOUWING (3)
  • Elk tweetal mailt de proefbeschouwing naar een ander tweetal:
  • Jullie lezen de proefbeschouwing goed door;
  • Jullie gaan feedback geven aan de hand van het formulier in de volgende dia;
  • Schrijf de feedback erbij;
  • Stuur de proefbeschouwing terug;


  • Aan de hand van de feedback die jullie hebben gekregen, verbeteren jullie de proefbeschouwing;
  • Daarna kan jullie docent er nog naar kijken.

Slide 30 - Tekstslide

Feedback geven op een beschouwing  

Heeft de tekst een titel? 

INLEIDING 
  1. Duidelijke inleiding: bv. anekdote, actualiteit?
  2. Inleiding sluit af met vraagzin (zonder mening)

MIDDENSTUK: GEEF DE VOLGENDE FEEDBACK PER ALINEA:
  1. Begint de alinea met een argument voor/tegen?
  2. Is de rest uitleg/toelichting bij het argument?
  3. Wordt er niet over een ander deelonderwerp geschreven?
  4. Geven de schrijvers niet hun eigen mening?
  5. Zijn de zinnen in de alinea achter elkaar doorgeschreven?
  6. Zijn de alinea's met elkaar verbonden met bv. signaal- of verwijswoorden?

SLOT  

  1. Wordt er een conclusie/samenvatting gegeven?  
  2. Wordt er geen nieuw deelonderwerp beschreven?
  3.  Wordt de beschouwing afgesloten met een goede afsluitende zin?  

TAAL EN VERZORGING

  1. Zijn alle zinnen duidelijk? Zijn er zinnen die niet goed lopen? Onderstreep ze!  
  2.  Markeer de spellingfouten (geel maken) Let ook op werkwoorden, hoofdletters, punten etc. 
  3.  Worden er verkeerde woorden gebruikt in de tekst? Geef aan welke woorden niet goed of niet duidelijk zijn. 
  4.  Ziet de tekst er netjes en overzichtelijk uit?  







 

Slide 31 - Tekstslide

EN NU DE ECHTE...
  • Jullie hebben een onderwerp gekozen;
  • Jullie hebben artikelen gezocht;
  • Ga de artikelen samen bestuderen, geprinte versie of digitaal;
  • Maak aantekeningen van de argumenten voor (2) en tegen (2) die jullie willen gaan gebruiken;
  • Maak aantekeningen van de toelichting per alinea;
  • Ga zorgvuldig het schrijfplan invullen;
  • Tijdens het schrijven van de beschouwing gebruiken jullie het schrijfplan;
  • Zorg dat er voldoende informatie op staat.

Slide 32 - Tekstslide

DE TOETS (1)

  • Vandaag schrijf je de KLADVERSIE van de beschouwing;
  • Je gebruikt daarvoor het schrijfplan; 
  • De tekst bestaat uit maximaal 500 woorden (marge 10%);
  • Totaal 6 alinea's;
  • Vergeet de titel niet!
  • Zet jullie naam, achternaam en klas op het toetsblaadje;
  • Lever de tekst + schrijfplan in bij de docent;

Slide 33 - Tekstslide

DE TOETS (2)

  • Jullie gaan de beschouwing overschrijven op laptop (nette versie);
  • Jullie mogen nog kleine verbeteringen aanbrengen;
  • Je schrijft de beschouwing in een WORD-document; 
  • Zet jullie namen (naam) bovenaan het document;
  • De tekst bestaat uit maximaal 500 woorden (marge 10%);
  • Je mag NIET van scherm wisselen!
  • Sla de beschouwing goed op;
  • VOEG DE BESCHOUWING ALS BIJLAGE TOE IN DE MAIL;
  • Mail de beschouwing naar jullie docent -> wko@hetstreek.nl                                     
  • Vergeet de TITEL niet!

  • VEEL SUCCES :-)  

Slide 34 - Tekstslide