Management klas 23eoa en 23eob

Laatste les voor de toets 
Reader H1 t/m 5
Kennisquiz Management 
klas 23eoa en 23eob
NFP01
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
ManagementMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Laatste les voor de toets 
Reader H1 t/m 5
Kennisquiz Management 
klas 23eoa en 23eob
NFP01

Slide 1 - Tekstslide

Leg uit wat intrinsieke motivatie is?

Slide 2 - Open vraag

Leg uit wat extrinsieke motivatie is?

Slide 3 - Open vraag

Wat is de piramide van Maslov?
A
De grootste piramide van de wereld
B
Brengt de menselijke behoeften in kaart
C
Brengt de eenzaamheid van een cliënt boven tafel
D
Laat de waarden zien van een individu zoals familie

Slide 4 - Quizvraag

De piramide van Maslov geeft de behoeftes
van mensen weer in een bepaalde
rangorde. Wat hoort op nummer 1?
A
Zelfontplooiing
B
Lichamelijke behoeften
C
Behoefte aan veiligheid
D
Behoefte aan sociaal contact

Slide 5 - Quizvraag

De piramide van Maslov geeft de behoeftes
van mensen weer in een bepaalde
rangorde. Wat hoort op nummer 5?
A
Zelfontplooiing
B
Lichamelijke behoeften
C
Behoefte aan veiligheid
D
Behoefte aan sociaal contact

Slide 6 - Quizvraag

"Mensen zijn alleen te Motiveren
met Geld!" dit past bij:
A
X-theorie van Mc Gregor
B
Y-theorie van Mc Gregor

Slide 7 - Quizvraag

Welke management-by
techniek wordt hier
afgebeeld?
timer
0:20
A
Management by walking around
B
Management by direction and control
C
Management by objectives
D
Management by delegation

Slide 8 - Quizvraag

Welke management-by
techniek wordt hier
afgebeeld?
timer
0:20
A
Management by seduction
B
Management by direction and control
C
Management by exception
D
Management by delegation

Slide 9 - Quizvraag

Welke management-by
techniek wordt hier
afgebeeld?
timer
0:20
A
Management by seduction
B
Management by direction and control
C
Management by exception
D
Management by objectives

Slide 10 - Quizvraag

Welke management -by
techniek wordt hier
afgebeeld?
timer
0:20
A
Management by seduction
B
Management by direction and control
C
Management by exception
D
Management by Walking around

Slide 11 - Quizvraag

Welke 'management by'
techniek past
Gordon Ramsey toe?
A
Seduction
B
Walking around
C
Direction and control
D
Exception

Slide 12 - Quizvraag

'Zoek het zelf maar uit"
Dit is een kenmerk van welke leiderschapsstijl?
A
Democratisch
B
Laissez fair
C
Autoritair
D
Consultatief

Slide 13 - Quizvraag

Bij een autoritaire leiderschapsstijl past?
A
De student beslist
B
De groep zelfstandig aan het werk laten gaan
C
De docent beslist

Slide 14 - Quizvraag

De leiderschapsstijl 'Delegeren' lijkt het meeste op een?

A
Democratische leiderschapsstijl
B
Autoritaire leiderschapsstijl
C
Laissez-faire

Slide 15 - Quizvraag

De laissez-faire leiderschapsstijl kenmerkt zich door?
A
Veel structuur en regels
B
Veel ruimte en inbreng voor medewerkers

Slide 16 - Quizvraag

Wat voor type
organogram is dit?
A
Lijn-staf organisatie
B
Lijnorganisatie
C
Netwerkorganisatie

Slide 17 - Quizvraag

Wat voor type
organogram is dit?
A
Lijn-staf organisatie
B
Lijnorganisatie
C
Matrixorganisatie

Slide 18 - Quizvraag

Op welke type managementniveau wordt de strategie en het beleid vertaald naar de werkvloer?
A
Operationeel management
B
Strategisch management
C
Tactisch management
D
Situationeel management

Slide 19 - Quizvraag

Op welk managementniveau wordt de strategie en beleid bepaald voor de lange termijn.
A
Tactisch management
B
Operationeel management
C
Strategisch management

Slide 20 - Quizvraag

Wat verstaan we onder een organisatiecultuur?
A
De omvang van de markt waarin een organisatie opereert
B
De formele structuur van een organisatie
C
De gedeelde normen, waarden en gedragspatronen binnen een organisatie.
D
De financiële situatie van een organisatie

Slide 21 - Quizvraag

Uit welke elementen bestaat meestal een organisatiecultuur?
A
Normen en waarden, rituelen & uitingen
B
Uitingen, bewijsdrang & respect
C
Respect, rituelen & normen en waarden
D
Overtuigingen, respect & bewijsdrang

Slide 22 - Quizvraag

Uitingen binnen een organisatiecultuur worden verdeeld in verschillende aspecten. Welke is er hier GEEN van?
A
werkkleding
B
reclame
C
rituelen
D
huisstijl

Slide 23 - Quizvraag

Waar of niet waar?
Normen en waarden vormen de kern van een organisatiecultuur.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quizvraag

Waarom is een organisatiecultuur belangrijk?
A
Het beïnvloedt de prestaties en het gedrag van medewerkers.
B
Het heeft invloed op het weer in de organisatie.
C
Het bepaalt de prijs van producten in de organisatie.
D
Het beïnvloedt de lengte van vergaderingen.

Slide 25 - Quizvraag

Als een directeur alles alleen bepaalt - wat voor organisatiecultuur heerst er dan?
A
Machtscultuur
B
Persoonscultuur
C
Taakcultuur
D
Rollencultuur

Slide 26 - Quizvraag

In welke organisatiecultuur draait het vooral om afspraken en procedures?
A
Machtsgerichte cultuur
B
Rolgerichte cultuur
C
Taakgerichte cultuur
D
Persoonsgerichte cultuur

Slide 27 - Quizvraag

In welke organisatiecultuur zijn de resultaten belangrijker dan de regels?
A
Machtsgerichte cultuur
B
Rolgerichte cultuur
C
Taakgerichte cultuur
D
Persoonsgerichte cultuur

Slide 28 - Quizvraag

lesstof reader h1 t/m h5 & alles wat ik gedeeld heb 

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide