Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
NOVA H4.1 Verhoudingsformules van zouten(1)
H4.1 Verhoudingsformules (1)
1 / 38
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Scheikunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
In deze les zitten
38 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Lesduur is:
45 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
H4.1 Verhoudingsformules (1)
Slide 1 - Tekstslide
Deze les
opfrissen voorkennis ionen en zouten
uitleg naam en verhoudingsformule van een zout
Slide 2 - Tekstslide
Zouten zijn opgebouwd uit
voorkennis
A
metaal atomen en niet-metaal atomen
B
metaal atomen
C
niet-metaal atomen
D
moleculen
Slide 3 - Quizvraag
voorkennis
Slide 4 - Tekstslide
Welke stoffen zijn zouten ?
sleep deze formules naar de afbeelding van zoutwinning.
voorkennis
NaCl
HCl
H
2
S
P
2
O
5
CaO
CO
2
Fe
2
O
3
SO
3
BaF
2
ZnS
SnCl
2
K
2
O
Slide 5 - Sleepvraag
Waar hoort wat?
voorkennis
18
8
2
M
L
K
Schil:
Schil:
Schil:
Aantal e
-
Aantal e
-
Aantal e
-
Slide 6 - Sleepvraag
Kijk goed naar deze afbeelding
boven:
magnesium-atoom wordt magnesium-ion
onder:
zwavel-atoom wordt sulfide-ion
tip, tel het aantal e- in de buitenste schillen
Slide 7 - Tekstslide
Wat betekent (III) in ijzer(III)oxide?
oefenen
A
er zijn 3 ijzerionen
B
er zijn 3 oxide-ionen
C
de lading van Fe is 3+
D
de lading van oxide is 3-
Slide 8 - Quizvraag
Leg uit waarom het magnesium-atoom graag twee elektronen afstaat
Slide 9 - Open vraag
Leg uit waarom het zwavelatoom graag twee elektronen opneemt
Slide 10 - Open vraag
Welke lading krijgt een atoom als hij 2 elektronen afstaat?
voorkennis
A
2+
B
2-
Slide 11 - Quizvraag
Welke lading krijgt een atoom als hij 2 elektronen opneemt?
voorkennis
A
2+
B
2-
Slide 12 - Quizvraag
Leerdoelen& succescriteria
Na afloop van deze les kun je de naam en verhoudingsformule van een zout geven:
het postieve ion staat vooraan
een Romeins cijfer in de naam als het ion meerdere ladingen kan hebben
de verhouding van de ionen is zó gekozen dat de som van de positieve lading gelijk is aan de som van de negatieve lading (zout = neutraal)
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Enkelvoudige ionen
bestaan uit één atoomsoort bijv. Na
+
, Cu
2+
, Fe
3+
, Br
-
, O
2-
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Formules van zouten
In zouten trekken de positieve en negatieve ionen elkaar aan.
In het ionrooster dat ontstaat zijn alle ionen gestapeld.
Er zijn dus geen zoutmoleculen aan te wijzen.
VERHOUDING van de ionen
in het ionrooster =
verhoudingsformule
NaCl bestaat uit Na+ en Cl- ionen
MgCl2 bestaat uit Mg2+ en Cl- ionen
Slide 17 - Tekstslide
formules van zouten
Zouten zijn
ongeladen = neutraal.
Er is dus altijd in totaal evenveel postieve lading als negatieve lading.
1000 Na+ ionen met 1000 Cl- ionen = neutrale stof.
1000 Mg2+ ionen met
.....
Cl- ionen = neutrale stof.
Slide 18 - Tekstslide
Schrijf de naam van het zout op.
Schrijf de
ionen
met
ladingen
in symbolen.
Bereken de verhouding van de ladingen, zodat het samen 0 is.
Schrijf de verhoudingsformule op
Schrijf de zoutformule op
zonder
ladingen en
met
de fase.
Hoe stel je een
zoutformule
op?
Slide 19 - Tekstslide
Enkelvoudige ionen
Leer deze tabel uit je hoofd
Slide 20 - Tekstslide
De systematische naam van een zout
is afgeleid van de namen van de ionen
positieve ion staat altijd voorop.
Dat levert dan de naam van het zout op.
NOOIT
telwoorden als di/tri/tetra etc.. Telwoorden zijn voor moleculen en niet voor zouten.
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Video
Opstellen zoutformule:
noteer naam van het zout
zet de ionen met lading in symbolen
zet de verhouding eronder, de totale lading moet nul zijn
schrijf de verhoudingsformule op. Aantallen noteer je rechtsonder, laat het cijfer 1 weg
schrijf de zoutformule op zonder lading
Voorbeeld 1:
magnesiumchloride
Mg
2+
Cl
-
1 : 2 (1x
2+
) + (2x
1-
) = 0
Mg
2+
Cl
-
2
Mg Cl
2
Slide 25 - Tekstslide
Schrijf de naam van het zout op.
Schrijf de
ionen
met
ladingen
in symbolen.
Zet de verhouding van de ladingen eronder, zodat het samen 0 is.
Schrijf de verhoudingsformule op.
Schrijf de zoutformule op zonder ladingen en de fase.
Hoe stel je een
zoutformule
op?
Neem dit over in je schrift!
Slide 26 - Tekstslide
1. ijzer(III)oxide
2.
3. 2 : 3
4.
5.
Hoe stel je een
zoutformule
op?
Voorbeeld
F
e
3
+
O
2
−
(
F
e
3
+
)
2
(
O
2
−
)
3
F
e
2
O
3
(
s
)
Slide 27 - Tekstslide
Wat is de juiste naam van het zout FeO?
Tip: kijk naar de lading van oxide om te weten wat de lading van het ijzerion moet zijn
oefenen
A
ijzeroxide
B
ijzer(II)oxide
C
ijzerdioxide
D
di-ijzeroxide
Slide 28 - Quizvraag
Wat is de juiste verhoudingsformule van natriumchloride ?
oefenen
A
2
N
a
C
l
B
N
a
2
C
l
C
N
a
C
l
2
D
N
a
C
l
Slide 29 - Quizvraag
Wat is de juiste verhoudingsformule van kaliumoxide ?
oefenen
A
K
2
O
2
B
K
2
O
C
K
O
2
D
K
O
Slide 30 - Quizvraag
Wat is de juiste verhoudingsformule van tin(II)jodide ?
oefenen
A
S
n
2
I
2
B
S
n
2
I
C
S
n
I
2
D
S
n
I
Slide 31 - Quizvraag
Wat is de juiste verhoudingsformule van lood (IV) oxide ?
oefenen
A
P
b
2
O
2
B
P
b
2
O
C
P
b
O
2
D
P
b
O
Slide 32 - Quizvraag
Geef de verhoudingsformule van:
1. magnesiumoxide
2. aluminiumoxide
3. uraan(VI)fluoride
4. koper(I)sulfide
Slide 33 - Open vraag
Geef de juiste naam van de volgende zouten:
H
g
2
O
F
e
2
S
3
A
g
2
S
P
b
B
r
4
Slide 34 - Open vraag
Ik kan de verhoudingsformule van een zout met enkelvoudige ionen geven
leerdoelencheck
A
nee, ik weet niet wat een verhoudingsformule is
B
nee, ik snap niet wat die getallen boven en onder het ion betekenen
C
nee, ik snap niet hoe je de verhouding kunt weten
D
als ik de lading van de ionen heb geleerd, lukt me dit wel
Slide 35 - Quizvraag
Ik kan de naam van een zout geven als ik de formule zie
leerdoelencheck
A
nee, ik ken de namen van de ionen niet
B
nee, ik weet niet wat die Romeinse cijfers betekenen
C
nee, ik begrijp niet waarom je geen telwoorden gebruikt
D
ja, als ik de formules van de ionen heb geleerd, lukt me dit wel
Slide 36 - Quizvraag
Eigen werk
Maak
opgave 8 (online)
Leer
de lading van de
ionen uit tabel 1 (blz 111)
oefenen
#100%
leren
Slide 37 - Tekstslide
Heb je nog een vraag over deze les? Stel hem dan hier
Slide 38 - Open vraag
Meer lessen zoals deze
NOVA H4.1 Verhoudingsformules van zouten(1)
December 2020
- Les met
41 slides
Scheikunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
NOVA H4.1 Verhoudingsformules van zouten_2021
Januari 2021
- Les met
35 slides
Scheikunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Opstellen van zouten
September 2024
- Les met
20 slides
Scheikunde
Natuurkunde / Scheikunde
Middelbare school
vmbo t, mavo, havo, vwo
Leerjaar 4-6
Nova H7.1 opfrissen voorkennis les 1b
Augustus 2024
- Les met
27 slides
Scheikunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
4.1 Zoutformules en namen
Januari 2024
- Les met
23 slides
Scheikunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
zouten Hoofdstuk 4 .1 NOVA MAX
Maart 2023
- Les met
12 slides
Scheikunde
Middelbare school
Voortgezet speciaal onderwijs
havo
Leerroute H
Leerjaar 4
H9.1 deel 3 Zouten herkennen les 3
December 2021
- Les met
18 slides
Scheikunde
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
9.1 Zouten herkennen
November 2021
- Les met
34 slides
Scheikunde
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4