Les 1. Wereldgodsdiensten

Wereldgodsdiensten
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wereldgodsdiensten

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geloof

Slide 2 - Woordweb

Is er iemand gelovig?

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zie je en wat hebben deze afbeeldingen met elkaar gemeen?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen:

- je kunt uitleggen welke monotheistische     
   godsdiensten er zijn. 

- Aan het eind van deze les kun je uitleggen wat het 
  Christendom, Jodendom en Islam inhoudt en
   waarom het Christendom zo belangrijk is
    geworden. 

- Je kent enkele overeenkomsten en verschillen
    tussen deze wereldreligies. 




Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wereldgodsdiensten
  • Jodendom
  • Christendom
  • Islam

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zie je hier?

Slide 8 - Tekstslide

Vraag de leerlingen of ze deze voorwerpen herkennen. (Je kan inzoomen op de afbeeldingen.)

Torarol: Vertel leerlingen dat zij op deze afbeelding een belangrijke tekst zien die hoort bij het Jodendom. Wie weet hoe deze rol (of dit boek) heet? In welke taal is het geschreven?
Antwoord: Het is een Tora; het is geschreven in het Hebreeuws.
Vertel eventueel meer over de Torarol: De Tora is het eerste deel van de Hebreeuwse bijbel (ook wel bekend als het Oude Testament). In de Tora staan verhalen en leefregels. De verhalen gaan over hoe de wereld is geschapen, wie de eerste mensen waren en hoe het Joodse volk is ontstaan. De Hebreeuwse tekst van de Tora is met de hand geschreven op een rol perkament. Dit lijkt op papier maar het is gemaakt van dierenhuid. Twee houten stokken houden het begin en het einde van de rol vast. Als een Torarol helemaal openligt, is hij wel zestien meter lang. In de synagoge wordt de Tora in een speciale kast bewaard.

Keppel: Vraag of iemand weet hoe dit voorwerp heet.
Antwoord: Vertel de leerlingen dat dit 'keppels' zijn. Dit is het hoofddeksel, waarmee Joodse mannen (en soms nu ook vrouwen) hun hoofd bedekken, om een onderscheid te maken tussen het aardse en het hogere.
Vertel eventueel meer: Bij bepaalde gelegenheden, zoals het bestuderen van heilige teksten en het bezoeken van de synagoge en van begraafplaatsen is het dragen een hoofdbedekking verplicht. Daarbuiten is het een persoonlijke keuze, net als de kleur, vorm en materiaal van de keppel, pet of hoed.

Bagel (Een recept dat met de migratie van Pools-Joodse bakkers in Amerika terecht kwam.)
Sportvaantje: Gymnastiekprijs, van de Joodse sportvereniging Maccabi uit 1960.

Vraag wat deze objecten vertellen.
Waar denk jij aan bij het woord Jood?

Slide 9 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Jodendom
Abraham was vanuit Mesopotamië naar Palestina gekomen om als nomade vee te drijven. Zijn kleinzoon Jakob kreeg twaalf kinderen.  Door een hongersnood waren zij gedwongen om naar Egypte af te reizen. Daar groeide zij uit tot een groot volk. Omdat de farao hen zwaar werk liet doen,
vluchtten ze uit Egypte. Onder leiding van Mozes ontsnapte het volk en kwamen ze uiteindelijk weer terug in Palestina.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Jodendom
  • Is monotheïstisch en gelooft dus in een God. 
  • 1000 v. onze jaartelling vertrek vanuit Egypte naar Judea. 
  • Tenach, De bijbel van de Joden.
  • Het oude testament zijn de verhalen uit de Tenach. 
  • Nieuwe testament staat in de bijbel en gaat over Jezus.
  • Judea (nu Israël en Palestina)

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zien jullie hier?

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

. Jodendom is het oudste geloof ter wereld. 
. Door de verovering van de Romeinen werd het een vazalkoninkrijk. een rijk wat niet meer zelfstandig is. 
. Joden komen in opstand maar werden neergeslagen door de Romeinen. 
. In Jeruzalem was geen tempel dus werd deze gebouwd dit heet een synagoge.
. Iemand die de joodse wetten kent is een rabbijn. 
. Later gingen de joden verspreid over de wereld leven. Dit noemen we een diaspora. 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herken je dit ook?

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zie je hier?

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Christendom

 In de eerste eeuw vertelde een joodse man in Judea, een gebied in het oosten van het Romeinse Rijk, over zijn nieuwe ideeën over de joodse god. Hij heette Jezus. Joodse priesters vonden hem een gevaarlijke bedrieger en waren bang voor een opstand tegen de Romeinen. Zij vroegen de Romeinen Jezus te doden. De Romeinen deden dat, door hem aan een kruis te spijkeren.
Na Jezus’ dood reisden zijn vrienden door het Romeinse Rijk en vertelden iedereen over zijn nieuwe ideeën. Ze werden christenen genoemd, en hun geloof het christendom. Maar christen zijn was soms gevaarlijk, vooral als het niet goed ging met het Romeinse Rijk.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Video

Deze slide heeft geen instructies


Heeft Jezus echt bestaan?


  • Historici denken van wel, al zijn er geen geschreven bronnen. 
  • Ook de Romeinen hebben niets opgeschreven over deze persoon. 
  • Alles wat wij van hem weten is (ongeveer 50 jaar) later opgeschreven, bijvoorbeeld in de Bijbel (Nieuwe Testament).






Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet jij al over
moslims/de Islam?

Slide 28 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

De opkomst van de islam
Ontstaan van de islam

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Islam, wat betekent onderwerping (aan God)

Mensen die geloven zijn moslims, wat betekent ‘iemand die zich onderwerpt’

 Allah, wat ‘(dé) God’ betekent. Mensen zeggen dus niet God maar Allah.
1/5 van de wereld gelooft in Allah.



.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ontstaan Islam
In de 7e eeuw van onze jaartelling ontstond de islam. Voor moslims is de koran het belangrijkste boek. Hierin staan veel dezelfde dingen als in de boeken van de joden en christenen. In de koran wordt geschreven over Mohammed. Moslims geloven dat een engel zich openbaarde aan Mohammed. Daardoor werd hij als profeet gezien. Ook Jezus
was in de islam een profeet.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

de Koran is een boek wat wordt gelezen door moslims. Deze heeft Mohammed laten schrijven rond het jaar 600.

Mohammed is volgens de moslims de laatste profeet Een profeet is iemand die namens God boodschappen doorgeeft.






Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aya Sophia (Istanboel)
Christelijke, Byzantijnse kathedraal  van 537 tot 1453
De rotskoepel (Jeruzalem)
Gebouwd tussen 688-692
Overeenkomsten en verschillen?

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Ga met een klasgenoot in gesprek:

1) Welk nut kan bidden hebben denk je?

2) Bespreek met elkaar: 
  • Bid jij soms? Waarom wel / niet? 
  • Wanneer? Waar? Hoe vaak? 
  • Welk effect heeft bidden (of als je niet bidt: stilte) op jou? 

3) Ken je iemand van wie het gebed al eens uitkwam? 

4)  Zou het zin hebben om te bidden als je niet in een God gelooft? 

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Check leerdoel
Heb jij de leerdoelen gehaald?
Beantwoord de volgende vragen!
Welke monotheïstische religies zijn er?
Wat is verschil tussen Christendom en Jodendom?

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies