Maak van 3.3 in je werkboek opdracht 6, 7, 8 en 9.
Gebruik daarbij de tekst van 3.3 in je leerboek.
Je hebt 20 minuten de tijd.
Je mag samenwerken.
Klaar?
Lees 3.4 in je leerboek en maak opdracht 8, 9 en 10 in je werkboek.
3.3: 6, 7, 8 en 9 + 3.4: 8, 9 en 10 is samen het huiswerk.