Via Vooraf, Op weg naar 1 F, Thema 1 Hst 1 Moeilijke woorden

Via vooraf , Op weg naar 1F

H1 herhaling
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Via vooraf , Op weg naar 1F

H1 herhaling

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?

-woordenschat / moeilijke woorden
-spelling

Slide 2 - Tekstslide

Welk woord hoort op de stippellijn?

Je hebt een ............... gekregen voor mijn verjaardag.



A
gewoonte
B
contact
C
uitnodiging
D
kennis

Slide 3 - Quizvraag

Welk woord hoort op de stippellijn?

Boos zijn noem je een.................
A
gewoonte
B
aanpassen
C
eigenschap
D
emotie

Slide 4 - Quizvraag

Welk woord hoort bij het plaatje?
A
opvoeding
B
contact
C
afspreken
D
nationaliteit

Slide 5 - Quizvraag

Wat betekent het volgende spreekwoord:

De appel valt niet ver van de boom.
A
Mensen veranderen
B
Jouw eigen kind
C
Kinderen lijken vaak op hun ouders
D
Heel goede vrienden zijn

Slide 6 - Quizvraag

Wat betekent het volgende spreekwoord:

Oost west, thuis best.
A
Iemand enthousiast ontvangen
B
Het is nergens beter dan thuis
C
Verstandig genoeg zijn om eigen beslissingen te nemen
D
Geen last hebben van iemand

Slide 7 - Quizvraag

Wat betekent het volgende spreekwoord:

Kleine kinderen worden groot.
A
Mensen veranderen
B
Van iets wat je jong leert, heb je later veel voordeel
C
jouw eigen kinderen
D
Een familielid bezorgt je soms nadeel

Slide 8 - Quizvraag

Wij kunnen ........................ om morgen naar de bioscoop te gaan.
A
afspreken
B
dineren
C
respecteren
D
zwemmen

Slide 9 - Quizvraag

Welk woord hoort op de stippellijn?

Als je ............... hebt voor elkaar, dan laat je elkaar uitpraten.

Slide 10 - Open vraag

Welke woorden horen op de stippellijn?

In de klas moet je .............. ............ met elkaar.

Slide 11 - Open vraag

Iemand die je kent
A
herinnering
B
kennis
C
contact
D
relatie

Slide 12 - Quizvraag

Welk woord is GOED geschreven?
A
kennis
B
kenis

Slide 13 - Quizvraag

Welk woord is GOED geschreven?
A
aanpassen
B
aanpasen

Slide 14 - Quizvraag

Iets dat echt bij een persoon, dier of ding hoort
A
emotie
B
gewoonte
C
eigenschap

Slide 15 - Quizvraag

Welk woord is GOED geschreven?
A
vertrauwen
B
vertrouwen

Slide 16 - Quizvraag

Welk woord is GOED geschreven?
A
herinnering
B
herrinering
C
herinering

Slide 17 - Quizvraag

Welk woord is GOED geschreven?
A
contakt
B
contact

Slide 18 - Quizvraag

Welk woord is GOED geschreven?
A
nationalitiet
B
nationaliteit

Slide 19 - Quizvraag

Lees de woorden. Lees de zinnen. Sleep het woord naar de zijn met de juiste betekenis.
De vraag of iemand jouw gast wil zijn.
Op iemand kunnen rekenen.
Een afspraak maken met iemand.
Iets van vroeger waarje aan terugdenkt.
De waardering die je voor iemand hebt.
Vertrouwen
afspreken
De herinnering
uitnodiging
Het respect

Slide 20 - Sleepvraag

Alle opdrachten gemaakt?

Ga verder met:

Studiemeter- Starttaal online- Via vooraf op weg naar 1F-Thema 1- onderdeel "moeilijke woorden"

Ben je daar ook klaar mee?
Ga verder met score taalvaardigheid.

Slide 21 - Tekstslide