Les 1 - week 5 - Thema 2 de Mensch T/H/V

Tijdvak 2
  • Huiswerk (3 min)
  • Leerdoelen Grieken: Mythen & Grieken (2 min) 
  • Thema: ‘Verkiezen’ (5 min) 
  • Uitleg (10 min) 
  • Zelfstandig Werken (25 min) 
  • Wat weet ik nu? (4 min)
  • Afsluiting (1 min)


1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo t, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Tijdvak 2
  • Huiswerk (3 min)
  • Leerdoelen Grieken: Mythen & Grieken (2 min) 
  • Thema: ‘Verkiezen’ (5 min) 
  • Uitleg (10 min) 
  • Zelfstandig Werken (25 min) 
  • Wat weet ik nu? (4 min)
  • Afsluiting (1 min)


Slide 1 - Tekstslide

Programma
  • Huiswerk (3 min)
  • Leerdoelen (2 min) 
  • Thema: ‘De Mensch’ (5 min) 
  • Uitleg (10 min) 
  • Zelfstandig Werken (25 min) 
  • Wat weet ik nu? (4 min)
  • Afsluiting (1 min)


Slide 2 - Tekstslide

Huiswerk
Volgende week:
  • Paragraaf 5.3 af 
  • Paragraaf 2.5 af


Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt verschillen tussen de bestuursvormen uit de Romeinse geschiedenis beschrijven en in chronologische (= oplopende) volgorde plaatsen.
  • Je kunt uitleggen waarom Julius Caesar zo populair was bij de Romeinse bevolking.
  • Je kunt beschrijven dat handel een voorbeeld is van de uitwisseling van de Grieks-Romeinse en de Germaanse cultuur.
  • Je kunt beschrijven hoe de Romeinen controle hielden over het imperium.


Slide 4 - Tekstslide

Hoe heet tijdvak 2?
A
Tijd van jagers en boeren
B
Tijd van de Griekse beschaving
C
Tijd van Grieken en Romeinen
D
Tijd van de tempels

Slide 5 - Quizvraag

Wat is het pictogram dat bij tijdvak 2 hoort?
A
B
C
D

Slide 6 - Quizvraag

Tijdvak 2 is de periode .....
A
1400-1500
B
3000 v Chr-500 na
C
1500- 1600
D
1700-1800

Slide 7 - Quizvraag

Hoe werd Athene bestuurd?
A
Door middel van Democratie
B
Door een Koning
C
Door een slimme mensen
D
Door arme boeren

Slide 8 - Quizvraag

Welke bestuursvorm had Athene in het oude Griekenland?
A
Aristocratie
B
Democratie

Slide 9 - Quizvraag

De Griekse kolonies zaten vooral langs de kust.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Wat betekent democratie?
A
Een koning regeert
B
Het volk regeert
C
Een boze man regeert
D
Een kleine groep rijken regeert

Slide 11 - Quizvraag

Een polis is:
A
Een stadstaat
B
Een Grieks dorp
C
Een stadstaat met het omliggende platteland
D
Glashelder.

Slide 12 - Quizvraag

Een Monarchie is:
A
Een bestuur zonder een keizer of koning
B
Geloven in 1 god
C
een kleine en rijke groep mensen, die de macht heeft
D
een koning of keizer heeft de macht

Slide 13 - Quizvraag

Hoe werd Sparta bestuurd?
A
Door slaven
B
Door een koning
C
Door rijke vrouwen
D
Door de bevolking

Slide 14 - Quizvraag

Een Aristocratie is:
A
Een bestuur zonder een keizer of koning
B
Geloven in 1 god
C
een kleine en rijke groep mensen, die de macht heeft
D
een koning of keizer heeft de macht

Slide 15 - Quizvraag

Wat is de Limes?
A
Een zwaard
B
Een grens
C
Een weg
D
Een keizer

Slide 16 - Quizvraag

Wat is GEEN onderdeel van imperialisme?
A
Het uitbreiden van grondgebied
B
Een keizer hebben
C
gebieden veroveren
D
volken overheersen

Slide 17 - Quizvraag

I. Athene lag in Griekenland, Sparta niet.

II. Athene was een stadstaat, Sparta niet.
A
stelling I is juist, stelling II is onjuist.
B
stelling I is onjuist, stelling II is juist.
C
Stelling I en II zijn allebei juist
D
Stelling I en II zijn allebei onjuist

Slide 18 - Quizvraag

Deze les
- Herhaling (10 min)
- Uitleg (10 min)
- Zelf werken (30 min)

Slide 19 - Tekstslide

Het Romeinse Rijk

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Caesar, generaal of dictator?
  • Burgeroorlog
  • Generaal
  • Hoogste senator
  • Dictator
  • Senaat

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Augustus
  • Aangenomen zoon
  • Eerste Keizer
  • Veroveringen
  • Germanen

Slide 24 - Tekstslide

Aan de slag!
  • Hoofdstuk 5 - Paragraaf 3

Slide 25 - Tekstslide