Waterkringloop (+opdrachten)

Water
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo t, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Water

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen


  • Je weet hoe het water op aarde verdeeld is over zoet water, zout water en ijs.
  • Je kunt de korte kringloop beschrijven.
  • Je kunt de lange kringloop beschrijven.

Slide 2 - Tekstslide

Wat voor water is er?
  • Veel water op aarde

  • Zoet water

  • Zout water
> ongeschikt om te drinken


Slide 3 - Tekstslide

Landijs
Antartica
Gletsjers

Slide 4 - Tekstslide

Water, waar?
- Grondwater
> stroomt langzaam
> is vernieuwbaar

- Oppervlakte water
> Zeewater
> rivierwater 

Slide 5 - Tekstslide

Opdracht 1
Gebruik de afbeelding en vul de juiste percentages in. Gebruik hele getallen.

 1. Ongeveer ...  van al het water op aarde is zoet.

 2. Ongeveer ... van al het water op aarde is zout

 3. Ongeveer ... van al het zoete water is grondwater en oppervlaktewater.

 4. Ongeveer ... van al het zoete water is ijs

Slide 6 - Tekstslide

Opdracht 2
Gebruik de afbeelding over de verdeling van het water op aarde. Maak de zinnen kloppend:

1. Van al het zoete water op aarde is het grootste deel bevroren/grondwater. 

2. Dat is voor ons moeilijk/makkelijk te bereiken. 

3. Drinkwater maken we van gletsjers/oppervlaktewater en ondiep grondwater. 

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht 3
Leg uit hoe het komt dat mensen maar 1% van al het water gebruiken.

Slide 8 - Tekstslide

Opdracht 5
We gebruiken zoet water om het land mee te bevloeien. Leg uit wat daarmee wordt bedoelt. 

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Waar komt water vandaan?
Waterkringloop
Bestaat uit korte en lange kringloop

Korte kringloop:
1. verdamping zeewater
2. condensatie -> wolken
3. neerslag in zee

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht 6
Schrijf alle woorden op die bij het "oppervlaktewater" horen.

Leg dat uit.

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht 7
Gebruik de tekst en de afbeelding van de waterkringloop. 

Zet de zinnen in de juiste volgorde door er nummers voor te zetten. 

De eerste zin is al voorgedaan.

Slide 13 - Tekstslide

Waar komt water vandaan?
Waterkringloop
Bestaat uit korte en lange kringloop

Lange kringloop:
1. verdamping zeewater
2. condensatie -> wolken
3. neerslag op land
4. Via gletsjers, rivieren, grondwater naar zee.

Slide 14 - Tekstslide

Opdracht 8
Gebruik de onderstaande woorden om de lange kringloop van water te omschrijven. 

Je mag hier ook een tekening maken.

Rivieren - wolken - grondwater - verdamping - regen - sneeuw.

Slide 15 - Tekstslide