1.1 Hoe ontstond de industrie

1.1 Hoe ontstond industrie?
deel 1
1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

1.1 Hoe ontstond industrie?
deel 1

Slide 1 - Tekstslide

1. Introductie
2. Leervragen 1.1 (deel 1)
3. Uitleg
4. Werktijd
5. Afsluiting
Planning

Slide 2 - Tekstslide

Waar moet je aan
denken bij industrie?

Slide 3 - Woordweb

10 tijdvakken
8e tijdvak
Tijdvak 8: Tijd van burgers en stoommachines (1800-1900)

Slide 4 - Tekstslide

Leervragen
uitleggen hoe het productieproces verliep van textiel met huisnijverheid. 
Aan het eind van de les kan je...
uitleggen waarom we deze tijd de moderne tijd noemen. 
uitleggen welke nieuwe energiebron werd ontdekt in deze tijd. 
uitleggen in welk land en op welke plekken fabrieken ontstonden. 
de jaartallen van het tijdvak van Burgers en stoommachines noemen. 

Slide 5 - Tekstslide

De tijd vóór de Industriële Revolutie
Vanaf 1750 zijn er verbeteringen op de landbouw en neemt de bevolking toe in Engeland.

Katoen
: Materiaal (grondstof) wat wordt gebruikt voor het maken van kleding.

Koopmannen kopen het katoen op.
Boeren en ambachtslieden maken van dat materiaal textiel.
Een katoenplantage in de Amerika
Slaven
Katoenplant

Slide 6 - Tekstslide

De tijd vóór de Industriële Revolutie
Huisnijverheid: In je eigen huis producten maken zoals textiel.

Veel kleine bedrijfjes die het hele 
jaar door werken.

Het leven van de mensen werd moderner, daarom wordt deze tijd ook wel de moderne tijd genoemd. 
Een spinnenwiel
Textiel
Een familie die katoen spint
Eind 18e eeuw
Heel de familie werkte mee.

Slide 7 - Tekstslide

De tijd vóór de Industriële Revolutie

Oude energiebronnen:
  1. spierkracht
  2. dierkracht
  3. waterkracht
  4. windkracht

Slide 8 - Tekstslide

Uitvinding
Stoommachine: Door stoomkracht bewegen de apparaten.

Nieuwe energiebron: Steenkool en hout

Stoommachine werd in 1780 in Groot Brittannië uitgevonden 

Slide 9 - Tekstslide

Na de industriële revolutie: de stoommachine veranderde de landbouw
Dierkracht
Stoomtractor

Slide 10 - Tekstslide

Na de industriële revolutie: de stoommachine kan meer en sneller produceren... 
Huisnijverheid
Fabriek

Slide 11 - Tekstslide

Gevolgen stoommachine
  • Bouw van fabrieken door ondernemers.
  • Veel productie in korte tijd.
  • Goedkoop produceren, lage lonen.
  • Huisnijverheid stopt: kunnen niet concurreren met de fabrieken.  
  • Vervoer ging sneller!
  • Deze verandering heet de industriële revolutie

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Slide 14 - Tekstslide

Aandrijfriem
Brandstof voor stoommachine (steenkool)
Stoommachine

https://schooltv.nl/video/de-eerste-stoommachines-geen-handwerk-maar-machinewerk/#q=Stoommachine
Kinderarbeid
Weefmachine
Vrouwenarbeid
Gevaarlijke werkomstandigheden

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Afsluiting

Slide 17 - Tekstslide

Het tijdvak van burgers en stoommachines duurde van
A
1600-1700
B
1700-1800
C
1800-1900
D
1900-2000

Slide 18 - Quizvraag

Wanneer werd de stoommachine uitgevonden?
A
1789
B
1780
C
1815
D
1848

Slide 19 - Quizvraag

In welk land begon de Industriële revolutie?
A
Frankrijk
B
Duitsland
C
Verenigde Staten van Amerika
D
Groot Brittannië

Slide 20 - Quizvraag

Waarom wordt deze tijd de moderne tijd genoemd?
A
Door de komst van Koning Willem 1 veranderd er veel in het leven van de mensen.
B
Door de Bataafse revolutie veranderde er veel in het leven van de mensen.
C
Door de uitvinding van steenkool veranderd er veel in het leven van de mensen.
D
Door huisnijverheid en bedrijfjes veranderde er veel in het leven van mensen.

Slide 21 - Quizvraag

Welke nieuwe energiebron werd er ontdekt?
A
waterkracht
B
olie
C
steenkool
D
stoom

Slide 22 - Quizvraag

Welke 2 grondstoffen waren veel nodig bij de eerste frabrieken?
A
Steenkool en ijzer
B
olie en ijzer
C
bakstenen en olie
D
olie en bakstenen

Slide 23 - Quizvraag

voor de
industriële revolutie
Na de industriële revolutie
huisnijverheid
spierkracht
stoomkracht 
waterkracht
boeren en ambachtslieden 
steenkool
spoorwegen
kanalen
fabrieken
kleine bedrijfjes

Slide 24 - Sleepvraag

Aan de slag
STAP 1
Klaar?
Vooruitblik
Huiswerk! 
Maken:
  • BK: bladzijde 8-9-10-11-12
  • KGT: bladzijde 8-9-10-11-12

Hoe?
  • Alleen
  • Vraag? Steek je vinger op
Goed zo!
Laat het zien aan de docent.  

Daarna: Lezen in je leesboek
Geen industrie in Nederland? 

Nederland krijgt een koning.

Slide 25 - Tekstslide

1.1 Het leven van jager-verzamelaars
deel 
1.1 Hoe ontstond industrie?
deel 2

Slide 26 - Tekstslide

1. Herhaling vorige les
2. Leervragen 1.1 (deel 2)
3. Uitleg
4. Werktijd
5. Afsluiting
Planning

Slide 27 - Tekstslide

Herhaling vorige les

Slide 28 - Tekstslide

Het tijdvak van burgers en stoommachines duurde van
A
1600-1700
B
1700-1800
C
1800-1900
D
1900-2000

Slide 29 - Quizvraag

Wanneer werd de stoommachine uitgevonden?
A
1789
B
1780
C
1815
D
1848

Slide 30 - Quizvraag

In welk land begon de Industriële revolutie?
A
Frankrijk
B
Duitsland
C
Verenigde Staten van Amerika
D
Engeland

Slide 31 - Quizvraag

Waarom wordt deze tijd de moderne tijd genoemd?
A
Door de komst van Koning Willem 1 veranderd er veel in het leven van de mensen.
B
Door de Bataafse revolutie veranderde er veel in het leven van de mensen.
C
Door de uitvinding van steenkool veranderd er veel in het leven van de mensen.
D
Door huisnijverheid en bedrijfjes veranderde er veel in het leven van mensen.

Slide 32 - Quizvraag

Welke nieuwe energiebron werd er ontdekt?
A
waterkracht
B
olie
C
steenkool
D
stoom

Slide 33 - Quizvraag

Welke 2 grondstoffen waren veel nodig bij de eerste frabrieken?
A
Steenkool en ijzer
B
olie en ijzer
C
bakstenen en olie
D
olie en bakstenen

Slide 34 - Quizvraag

voor de
industriële revolutie
Na de industriële revolutie
huisnijverheid
spierkracht
stoomkracht 
waterkracht
boeren en ambachtslieden 
steenkool
spoorwegen
kanalen
fabrieken
kleine bedrijfjes

Slide 35 - Sleepvraag

Leervragen
 2 redenen noemen waarom in NL de industrialisatie er nog niet was in de 
 18e eeuw.
Aan het eind van de les kan je...
 uitleggen hoe en wanneer NL weer een koninkrijk werd en over welke  
 gebieden. 
 uitleggen hoe en wanneer de industrialisatie in NL op gang kwam. 
 2 veranderingen noemen door de industriële revolutie en 1 ding dat hetzelfde 
 bleef.
 uitleggen wat continuïteit is. 

Slide 36 - Tekstslide

Ook industrie in Nederland?
Nederland liep achter op andere landen. De redenen hiervoor waren:
  • Geld voor steenkool of andere investeringen was op.
  • Ondernemers waren tevreden over hun molen.
  • Er waren nauwelijks fabrieken.
  • Er was geen goede infrastructuur.

Slide 37 - Tekstslide

Koning Willem
  • Zoon van stadhouder Willem V die gevlucht was naar het Verenigd Koninkrijk tijdens de Bataafse revolutie. 
  • Zag hoe het Verenigd Koningrijk zich snel ontwikkelde. 
  • Werd in 1815 gevraagd om koning van Nederland te worden. 
  • Koning Willem I van het Koninkrijk der Nederlanden -> NL geen republiek meer.
  • Koning over Nederland en kolonies in Azië, Midden-Amerika en België. 

Slide 38 - Tekstslide

Ontwikkeling industrie Nederland
Rond 1850 probeerde Koning Willem de Nederlandse handel en industrie te ontwikkelen. Dit deed hij door:
  • Aanleg spoorlijnen, kanalen en bruggen. 
  • Hierdoor konden grondstoffen beter vervoerd worden. 

Slide 39 - Tekstslide

Op de werkvloer
  • Machines doen het meeste werk. 
  •  Machines worden bestuurd door mensen. 
  • Slechte en onveilige arbeidsomstandigheden.
  • Kinderarbeid.
  • Ondernemers werden werkgevers.
  • Werkgevers betaalden de werknemers het liefst zo min mogelijk. 
  • Als dingen hetzelfde blijven wordt dat continuïteit genoemd. 

Slide 40 - Tekstslide

Afsluiting

Slide 41 - Tekstslide

door oorlogen was er weinig geld om te investeren
Ondernemers vonden molens nog prima werken
Er was geen ijzererts in NL
Er waren niet voldoende boten voor het vervoer van grondstoffen
er was geen steenkool in NL
Napoleon gebruikte de grondstoffen voor Frankrijk
Om welke 2 redenen wat NL begin 18e eeuw nog niet geïndustrialiseerd?

Slide 42 - Sleepvraag

Waarom liet Koning Willem 1 spoorlijnen aanleggen, kanalen graven en bruggen bouwen?
A
om grondstoffen te vervoeren
B
om snel naar zijn paleizen te kunnen reizen
C
Om de bevolking tevreden te houden
D
Om werk te geven aan de werkloze mensen

Slide 43 - Quizvraag

Hoe werd NL weer een koninkrijk?
A
Door de Bataafse revolutie in 1785 werd de regering afgezet
B
Napoleon vraagt de zoon van Willem V in 1815 om terug te keren als koning van NL.
C
De overwinnaars op Napoleon vragen in 1815 aan de zoon van Willem V om koning van NL te worden.
D
In 1815 komt de zoon van de gevluchte Willem V naar NL om de macht op te eisen als Koning van NL.

Slide 44 - Quizvraag

Wat betekend continuïteit?
A
Iets wat steeds in het nu is.
B
Iets wat veranderd
C
Iets dat op dezelfde plek blijft.
D
Iets wat hetzelfde blijft.

Slide 45 - Quizvraag

ondernemer met klein bedrijf en weinig personeel
werkgever met grote fabriek met veel personeel
Baas kent zijn werknemers niet persoonlijk
Baas kent zijn werknemers
meeste mensen zijn arm
meeste mensen zijn arm
voor de industriële revolutie
na de industriële revolutie

Slide 46 - Sleepvraag

Aan de slag
STAP 1
Klaar?
Vooruitblik
Huiswerk! 
Maken:
  • BK: bladzijde 13-14-15-16
  • KGT: bladzijde 13-14-15-16-17

Hoe?
  • Alleen
  • Vraag? Steek je vinger op
Goed zo!
Laat het zien aan de docent.  

Daarna: Lezen in je leesboek
De kolonies van Europese landen

Slide 47 - Tekstslide