Why I love this book

Fictie
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Fictie

Slide 1 - Tekstslide

Iedereen een D-leesboek of roman? Genre: spanning?

Slide 2 - Tekstslide

Je geeft in anderhalve minuut je mening over je boek:
  • heeft het boek je aan het denken gezet? Geef argumenten.
  • heeft het boek je geraakt? Hoe dan? Geef argumenten.
  • wat was de mooiste scène? Leg uit.
  • hoe was het eind? Onverwacht?
  • saai of spannend? Hoe kwam dat?
  • welke open plekken?
Denk aan driedeling in je tekst:
  • originele beginzin.
  • in inleiding schrijver en titel noemen en korte mening geven.
  • midden: argumenten (zie hiernaast).
  • je moet af en toe zelf in beeld zijn.
  • slot: argumenten samenvatten en slotzin!

Slide 3 - Tekstslide

Round character
Flat character 
  • Belangrijke persoon in een verhaal.
  • Moet meestal een probleem oplossen.
  • Verandert daardoor.
  • Lijkt een echte persoon.
  • Heeft een duidelijk karakter.
  • Omschrijf met eventueel citaat.
  • Loopt rond in het verhaal maar is niet belangrijk.
  • Je weet weinig van deze persoon.
  • Soms weet je de naam maar van zijn/haar karakter weet je nauwelijks iets.
  • Omschrijf en leg uit.

Slide 4 - Tekstslide

Spanning in een verhaal
  • Je hebt vragen over de hoofdpersoon.
  • Er is een moord gepleegd. Wie heeft het gedaan?
  • Het is donker en slecht weer.
  • De personen vertrouwen elkaar niet.
  • Je krijgt informatie uit het verleden of de toekomst.
  • De schrijver speelt met tijd.
  • De schrijver gebruikt een cliffhanger. 
  • Gebruik van open plekken. Kijk naar het volgende filmpje!

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Wat zijn open plekken?
  • Open plekken roepen bij de lezer vragen op. 
  • Informatie wordt achtergehouden of is tegenstrijdig.
  • Waarom gedraagt een persoon zich op een bepaalde manier?
  • Open plekken zorgen voor spanning. 
  • Dus: het zijn nog niet ingevulde stukken van een verhaal die je als lezer zelf moet invullen. (Manipulatietechnieken).

Slide 7 - Tekstslide

Einde van verhaal: Open of gesloten?
  • Gesloten einde: alle vragen van de lezer zijn beantwoord.
  • Open einde: de lezer moet veel zelf bedenken. Niet alle vragen zijn beantwoord. 

Slide 8 - Tekstslide

Waar kun je nog meer naar kijken in een verhaal?
  • Perspectief: Vanuit wie wordt het verhaal verteld. (blz.57 boek).
  • Gebruik van tijd: flashback, flashforward, wisselingen tussen tijd.
  • Meerdere verhaallijnen in een boek. Waarom doet een schrijver dat? Komen ze bij elkaar?

Slide 9 - Tekstslide

Filmpje inleveren: Woensdag 16 juni, uiterlijk 16.00 uur.
(16-6-16).





via: flipgrid.com
enter code: af0e07de
Daarna inloggen via Microsoft met jouw Mendelmail en wachtwoord. Op deze site kun je meteen filmpje opnemen.

Slide 10 - Tekstslide