H4_les15_form_onjuisteherhalingen

Oefenen werkwoordspelling
  1. Sinds wanneer ... (rijden) je broer auto?

  2. De hond ... (leiden) de blinde man door het station.

  3. Hij heeft toch ... (erkennen) dat hij ongelijk had.




1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Oefenen werkwoordspelling
  1. Sinds wanneer ... (rijden) je broer auto?

  2. De hond ... (leiden) de blinde man door het station.

  3. Hij heeft toch ... (erkennen) dat hij ongelijk had.




Slide 1 - Tekstslide

Oefenen werkwoordspelling
  1. Sinds wanneer rijdt je broer auto?

  2. De hond leidde de blinde man door het station.

  3. Hij heeft toch erkend dat hij ongelijk had.




Slide 2 - Tekstslide

Formuleren
Aan het einde van de les:
  • Kun je onjuist woordgebruik herkennen en vermijden: verkeerd woord, contaminatie, vakterm, abstract of vaag woord, vreemd woord, neologisme, archaïsme, plat of grof woord

Slide 3 - Tekstslide

Planning deze les
  • theorie formuleren
  • werken aan de weekopdracht

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Wat klopt er niet aan deze advertentie?

Slide 6 - Tekstslide

1.1 Onjuiste herhaling
  • Een vast voorzetsel ten onrechte twee keer gebruiken

 
  • Daarin ben ik al jaren in geïnteresseerd.
  • Oplossing: verwijder het dubbel gebruikte voorzetsel




Slide 7 - Tekstslide

1.2 Tautologie
  • Twee keer hetzelfde zeggen met verschillende woorden (synoniemen) van dezelfde woordsoort
 
  • Misschien ben jij wellicht ook geïnteresseerd?
  • Oplossing: verwijder een van de synoniemen



Slide 8 - Tekstslide

1.3 Pleonasme
  • Een deel van de betekenis van een woord/woordgroep wordt nog eens door een ander woord uitgedrukt (meestal andere woordsoort).

  • In je betoog zijn sommige bronnen letterlijk geciteerd.
  • Oplossing: verwijder het woord dat de betekenis/eigenschap herhaalt



Slide 9 - Tekstslide

1.4 Contaminatie
  • Twee woorden/uitdrukkingen worden gemengd.
  • uitprinten -->
  • overnieuw -->
  • nachecken -->
  • omhoog stijgen -->
  • zich irriteren aan -->
  • Oplossing: verwijder een van beide woorden/uitdrukkingen

Slide 10 - Tekstslide

1.5 Dubbele ontkenning
  • Werkwoord met ontkennend karakter (voorkomen, misbruiken, verbieden, weerhouden, nalaten) met een extra ontkenning.
  • De regering raadt ons af het land Japan voorlopig niet te bezoeken.
  • Oplossing: verwijder de losse ontkenning



Slide 11 - Tekstslide

Weektaak deze week

  • Taalverzorging blok 6 deel 2 formuleren: maak opdr. 1-4, 6, 7, 12-14
  • Werken aan leesverslag II/lezen in leesboek

Slide 12 - Tekstslide