Van Draaischijftelefoon tot Smartphone: De Evolutie van Telecommunicatie

Van Draaischijftelefoon tot Smartphone: De Evolutie van Telecommunicatie
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Van Draaischijftelefoon tot Smartphone: De Evolutie van Telecommunicatie

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van de les zullen jullie de evolutie van telecommunicatie begrijpen, vanaf de draaischijftelefoon tot aan de smartphone.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over de geschiedenis van telefoons?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

De Draaischijftelefoon
Een telefoon met een roterende schijf om nummers te kiezen, uitgevonden in de jaren 20.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Vaste Telefoon
Een telefoon die verbonden is met een fysieke telefoonlijn, populair in huizen en kantoren.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Mobiele Telefoon
Een draagbare telefoon die werkt via mobiele netwerken, ontwikkeld in de jaren 70 en 80.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Opkomst van de Smartphone
Een geavanceerde mobiele telefoon die ook functies heeft van een computer, zoals internettoegang en apps.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Interactieve Quiz: Soorten Telefoons
Laat de leerlingen in groepen een quiz maken over de geschiedenis van telefoons en de verschillende soorten telefoons.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Toekomstige Technologieën
Bespreking van mogelijke toekomstige ontwikkelingen in telecommunicatie, zoals 5G-netwerken en holografische communicatie.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Reflectie
Wat heb je vandaag geleerd over de evolutie van telecommunicatie?

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.