2.3 In beweging

• Biologie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

2.3 in beweging

Leerdoelen

• Je kan de beenverbindingen omschrijven.
• Je kan de gewrichten van het skelet en hun werking omschrijven. 
• Je kan de bouw van een gewricht uitleggen.

Het skelet bestaat uit botten. Een ander woord voor botten is _____________.

1. Ruggengraat
2. Beenderen
3. Benen
4. Schedel

Welk bot is het bot dat roodgekleurd is?

1. Ellepijp
2. Opperarmbeen
3. Dijbeen
4. Spaakbeen

Van welke botten heeft deze persoon last (roodgekleurde botten)

1. bekkengordel
2. borstwervels
3. halswervels
4. lendenwervels

De botten van een bejaarde hebben meer kalkzouten dan de botten van een baby.

1. juist
2. onjuist

Welke gewrichtsonderdelen gaan slijtage bij botbewegingen tegen?

1. kraakbeenlaagjes op gewrichtskom en gewrichtskogel en het door het gewrichtskapsel geproduceerde gewrichtssmeer
2. het door de kapselbanden en gewrichtskapsel geproduceerde gewrichtssmeer
3. kraakbeenlaagjes op gewrichtskom en gewrichtskogel en het door de kapselbanden geproduceerde gewrichtssmeer
4. het door het gewrichtskapsel geproduceerde gewrichtssmeer

Beenverbindingen

Botten zitten op vier verschillende manieren aan elkaar:

- Een naadverbinding

- Een vergroeiing

- Een gewricht

- Een kraakbeenverbinding 

Aan het werk 

Maak opdracht 1 t/m 12 op blz. 85

les 2

Leerdoelen

• je kan de opbouw van spieren uitleggen.
• Je kan de werking van spieren uitleggen.

Wat voor beenverbinding is de knie?

1. Kraakbeenverbinding
2. Vergroeid
3. Gewricht
4. Naden (naadverbinding)

Wat is geen beenverbinding?

1. naad
2. vergroeid
3. kraakbeen
4. bindweefsel

In de afbeelding hiernaast is een beenverbinding aangegeven met Q.

Welke beenverbinding is aangegeven met Q?

1. vergroeide beenverbinding
2. naadverbinding
3. kraakbeenverbinding
4. gewricht

Soort beenverbinding?

1. koppelgewricht
2. scharniergewricht
3. kogelgewricht
4. rolgewricht

Hoe noem je deze beenverbinding?

1. Gewricht
2. Vergroeid
3. Kraakbeen
4. Naad

Spierstelsel

Spieren 

0

Aan het werk

maak opdracht 13 t/m 22 op blz 93