BLOK 4 Fictie Anette

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k, g, t
• Leerjaar 1

Blok 4 Fictie 

4.1. Lekker Lezen 

opdracht 

- Lees het verhaal of laat het voorlezen via de online methode. 

- Maak opdracht 1 in je schrift. (huiswerk) 

Nakijken opdracht 1 vr 1 t/m 5 

1. Verzonnen verhalen noem je fictie.
   
2. De weddenschap gaat over het zingen. Ilse denkt dat haar broer zingt. De anderen geloven dat niet.
   
3. Het bewijsmateriaal wordt een filmpje dat Ilse maakt met het mobieltje van Roos.
   
4. De weddenschap wordt gewonnen door Ilse.
   
5. Dit verhaal speelt zich waarschijnlijk af in het voorjaar rond Pasen. Dat denk ik, omdat er in gewed wordt met paaseitjes

Nakijken opdracht 1 vr 6 t/m 10 

• 6. Heb je in je antwoord twee beoordelingswoorden verwerkt? Bijvoorbeeld: Ik vind dit verhaal grappig en spannend.
• 7. Dit verhaal past het best bij de verhaalsoort ‘spanning en avontuur’. Humor is ook goed. Of allebei.
• 8. De superster is Maikel.
• 9. Hij schrijft ‘Su-su-superster’, omdat Maikel, die waarschijnlijk de superster wordt, stottert.
• 10. Je eigen mening die je goed uitlegt.

4.2. Over Lezen blz 142

Noem een hoofdpersoon uit een stripboek of ander boek wat je kent.

Noem een hoofdpersoon uit een film.
Noem ook een bijfiguur.

(huis)werk voor donderdag 

Maken opdracht 2 blz 142
Maken  opdracht 3 blz 143 

nakijken opdracht 2

1. De hoofdpersoon is Ilse.
   
2. Eén van de volgende zinnen. Maar ik weet het zeker: dit is Maikel! (regel 5). Ze denken zeker dat ik gek ben geworden. (regel 7) Waarom moet ik dit zien? vraag ik mezelf af. (regel 82)
   
3. Eigen antwoord. Heb je het duidelijk uitgelegd?
   
4. Ilse weet heel zeker dat haar broer Maikel zingt. Ze is vast van plan het bewijs te leveren!
   
5. In het verhaal staat dat Ilse ziet hoe haar broer zingt. Ze maakt een filmpje. Of het filmpje als bewijs kan doorgaan, is de vraag. Ze valt met de ladder achterover in het zwembad van meneer en mevrouw Visser.
   
6. De bijfiguren zijn: Roos (zus van Ilse en Maikel),  Simone  (vriendin) Maikel (broer van Ilse en Roos),  de moeder (van Ilse, Roos en Maikel),  meneer Visser (de buurman van Ilse)

nakijken opdracht 3 

Welk boek zou je willen lezen? leg uit waarom.