THEO Les: Mimische spieren deel 2

MIMISCHE SPIEREN  
Algemene theorie Gezicht
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
SchoonheidsverzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 135 min

Introductie

Eerste les van de module harsen gezicht en lichaam.

Instructies

De student gaat veel zelfstandig de lesstof herhalen.

Onderdelen in deze les

MIMISCHE SPIEREN  
Algemene theorie Gezicht

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vandaag
Herhalen spierwerking

Nieuwe lesstof over spieren van het gezicht



Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mimische spieren hechten zich aan aan het bot.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de aanhechting van een spier?
A
Begin
B
Buik
C
Einde

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk deel is het meest beweeglijk?
A
Oorsprong
B
Aanhechting

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke spier is het sterkst?
A
Skeletspier
B
Mimische spier

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke 2 spieren hechten aan het schedelpeesblad?
A
Achterhoofd spier en voorhoofdspier
B
Voorhoofdspier en wenkbrauwrimpelaar
C
Voorhoofdspier en oogkringspier

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Verticale voorhoofdsrimpels boven de neus worden veroorzaakt door...
A
De voorhoofdspier
B
De wenkbrauwrimpelaar
C
De oogkringspier

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke spier zorgt voor het verwijden van de neusgaten
A
De slanke neusspier
B
De neusspier

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Je weet welke spieren de mondhoeken opzij trekken 
Je weet welke spieren de bovenlip omhoog trekt. 
Je weet hoeveel spieren actief zijn bij het geven van een zoen



Bij het geven van een zoen zijn er ongeveer 34 mimische spieren actief betrokken. Deze spieren zorgen voor de fijne motoriek in het gezicht, waaronder het vormen van de lippen en het aansturen van gelaatsuitdrukkingen.
Daarnaast worden ook de kauwspieren ingezet, waarvan er ongeveer 8 zijn. Dus in totaal kunnen er meer dan 40 spieren samenwerken tijdens een zoen, afhankelijk van de intensiteit en het type zoen (bijvoorbeeld een luchtkus versus een passionele zoen). De belangrijkste spier die direct betrokken is bij het zoenen, is de musculus orbicularis oris = mondkringspier, die verantwoordelijk is voor het sluiten en tuiten van de lippen.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spieren deel 2
  1. bovenlip- en neusvleugelheffer
  2. bovenlipheffer
  3. kleine jukbeenspier
  4. grote jukbeenspier
  5. mondhoekheffer
  6. Mondkringspier
  7. lachspier
  8. trompetspier

De meeste spieren hebben een relatie met de mondhoek of bovenlip: opzij of omhoog

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bovenlip- en neusvleugelheffer
O: Neusooghoek
A: Neusvleugels en bovenlip
W: Trekt de neusvleugels en bovenlip omhoog

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bovenlipheffer
O: Oogkasrand
A: Bovenlip
W:
- Trekt bovenlip omhoog
- Verdiept de neuslippenplooi

Slide 13 - Tekstslide


Verslapping rond de aanhechtingsplaatsen -> verdieping neuslippenplooi

Kleine jukbeenspier
O: Jukbeen
A: Bovenlip
W: Trekt bovenlip omhoog

Slide 14 - Tekstslide

Musculus zygomaticus minor
W: trekt buitenste gedeelte van de bovenlip omhoog

Grote jukbeenspier
O: Jukbeen

A: Mondhoek
W: Trekt mondhoek naar boven en buiten


Slide 15 - Tekstslide

Musculus zygomaticus major
O: aan het jukbeen, onder de oogkringspier
A: aan de huid van de mondhoeken

Mondhoekheffer
O: Bovenkaak

A: Mondhoek
W: Trekt mondhoek naar boven


Slide 16 - Tekstslide


A: aan de huid van de mondhoeken

Lachspier
O: wanggedeelte mondholte
A: Mondhoek
W: 
- Trekt mondhoek opzij

Kuiltje in wangen



Slide 17 - Tekstslide


O: bij mondholte aan de bindweefselvliezen van de oorspeekselklier (die in het wanggedeelte van de mondhoek liggen)
W: Trekt mondhoek opzij tot een speet. Kuiltje in de wangen doordat de spier vergroeid is met de wanghuid.
O: bij mondholte aan de bindweefselvliezen van de oorspeekselklier (die in het wanggedeelte van de mondhoek liggen)
W: Trekt mondhoek opzij tot een speet. Kuiltje in de wangen doordat de spier vergroeid is met de wanghuid.

Trompetspier
O: Bovenkaak en onderkaak
A: Mondhoek
W: Trekt wanghuid tegen de kiezen, mondhoeken opzij. 

Veroorzaakt hangwangen.



Slide 18 - Tekstslide


Is ook een gedeeltelijke voortzetting van de brede halsspier

Opdracht
Maak de opdracht
 
Gezichtsspieren deel 2

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Je weet welke spieren de mondhoeken opzij trekken 
Je weet welke spieren de bovenlip omhoog trekt. 
Je weet hoeveel spieren actief zijn bij het geven van een zoen



Bij het geven van een zoen zijn er ongeveer 34 mimische spieren actief betrokken. Deze spieren zorgen voor de fijne motoriek in het gezicht, waaronder het vormen van de lippen en het aansturen van gelaatsuitdrukkingen.
Daarnaast worden ook de kauwspieren ingezet, waarvan er ongeveer 8 zijn. Dus in totaal kunnen er meer dan 40 spieren samenwerken tijdens een zoen, afhankelijk van de intensiteit en het type zoen (bijvoorbeeld een luchtkus versus een passionele zoen). De belangrijkste spier die direct betrokken is bij het zoenen, is de musculus orbicularis oris = mondkringspier, die verantwoordelijk is voor het sluiten en tuiten van de lippen.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk cijfer geef je jezelf voor deze les?
5
7
6
9
8

Slide 21 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Volgende les: spieren deel 3. 
Neem weer je kleurpotloden mee!

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies