Regelmatige/ zwakke werkwoorden en alfabet
Heute Montag der 9. Mai 2022
Themen:
Wiederholen feesttenten und idewis.
Das Alfabeth und was sonst noch so dazu kommt.
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 1
In deze les zitten 13 slides, met interactieve quiz en tekstslides.
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Heute Montag der 9. Mai 2022
Themen:
Wiederholen feesttenten und idewis.
Das Alfabeth und was sonst noch so dazu kommt.
Slide 1 - Tekstslide
Verben kurz wiederholen
feesttenten
idewis
i d ese w i sS
Slide 2 - Tekstslide
Persoonlijke voornaamwoorden+ uitgang
NL
ik
jij
hij/zij/het
wij
jullie
zij(mv)/u
DE
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
uitgang
stam
stam + t
stam + t
stam + en
stam + en
stam + enge +stam + t/d
N(ormaal)
uitgang
stam + e
stam + st
stam + t
stam + en
stam + t
stam + en
S-klank
uitgang
stam + e
stam + t
stam + t
stam + en
stam + t
stam + en
T-klank
uitgang
stam + e
stam + est
stam + et
stam + en
stam + et
stam + en
ge + stam + t ge + stam + t ge+stam+et
Slide 3 - Tekstslide
FE
FE E T T EN T EN =S
FE E EST ET EN ET EN =T
=N
Slide 4 - Tekstslide
Schreibt komplett im Heft.
machen melden mopsen
(=maken) (=melden) (=jatten)
NL DE=
ik ...
jij ...
hij/zij/het ...
wij ...
jullie ...
zij(mv)/u ...
Slide 5 - Tekstslide
Andere Buchstaben/Form/Klang
ä ö ü äu ß u z
Großbuchstabe
Warum?
Slide 6 - Tekstslide
Alle Buchstaben
a i (ie) p w ß (ss) Fuß
b j (jot) q (koeh) x eu (oi) neun
c (tsee) k r y (upsilon) äu (oi) Kräuter
d l (ell) s (s of z) z (tset) ei (ai) Ei
e m t ä (ea) Bär sch (sj) chokolade
f n u (oe) ö (eu) Brötchen ch (g)
g (!!!) o v (vouw) ü (uu) Gemüse
h -n (duidelijk uitspreken)
Slide 7 - Tekstslide
3 Groβbuchstabe
Sehe dir den Text 5 Seite 14 an.
Wann bei Deutsch?
Slide 8 - Tekstslide
Großbuchstaben
Wann bei Niederländisch? Wann bei Deutsch?
-Satz anfang <- gleich
-Namen <- alle Namen
-nach ":" <- gleich
- ? <- bei Substantiv
(zelfstandig nw)
Kleine Übung->
Slide 9 - Tekstslide
Wieviel Großbuchstaben?
hallo, ich heiße manon. wie heißt du? ich heiße peter. ich gehe in die erste klasse. ich habe achtzehn klassenkameraden, neun mädchen und neun jungen. in unsere klasse ist es gemütlich (=gezellig)
Slide 10 - Tekstslide
Hausaufgaben 1-2 Vmbo-GT/havo
Lernen: Grammatik Kapitel 2 C Seite 76 (machen/kommen/(fahren)/wohnen)
Kapitel 3 C Seite 112
Kapitel 4 E Seite 146
Wörter: Kapitel 1 A und B
Machen: Aufgabe 7 S. 50 + 9 S. 51 + 7 S.86 + 18 S. 126
Vorbereiten: Grammatik E Seite 42 Was stimmt mit feesttenten überein/
Wat gaat hetzelfde als bij feeststenten.
Slide 11 - Tekstslide
Wat heb je deze les gedaan?
Slide 12 - Open vraag
Bedankt voor jullie aandacht!
Herzlichen Dank für eure Andacht!
Tot de volgende keer.
Bis zum nächsten Mal.
Vragen via de mail.
Vragen via de mail.
Fragen, sende eine E-Mail.
