Week 9 Chap 4 Les 4 p.vnw met nadruk

H3 - Chap 4 - Le Canada
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H3 - Chap 4 - Le Canada

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt het onbepaald voornaamwoord tout in een Franse zin gebruiken.

Je kunt het persoonlijk voornaamwoord met nadruk gebruiken

Slide 2 - Tekstslide

Programma
Terugblik vorige les: opdracht onbepaald voornaamwoord nakijken

En nu de vertaling...

Uitleg persoonlijk voornaamwoord met nadruk

Slide 3 - Tekstslide

Correctie opdracht
1 Vous avez vu TOUT LE pays avec TOUTES LES villes et TOUS LES villages.
2 Oui, j’ai TOUT vu.
3 TOUT homme a deux pays : le sien et puis la France.
4 Ils sont TOUS partis.
5 TOUT est possible.
6 J’ai dormi pendant TOUTE LA nuit.


Slide 4 - Tekstslide

Correctie opdracht
7 TOUT LE monde était content.
8 Le dimanche, TOUS LES bureaux sont fermés.
9 Dans ce village, TOUTES LES maisons sont blanches.
10 De TOUTE façon, je ne veux pas rester ici.

Slide 5 - Tekstslide

Oui, j’ai TOUT vu.
Hoe vertaal je TOUT ?

Slide 6 - Open vraag

Ils sont TOUS partis.
Hoe vertaal je TOUS ?

Slide 7 - Open vraag

TOUT est possible.
Hoe vertaal je TOUT ?

Slide 8 - Open vraag

Dans ce village, TOUTES LES maisons sont blanches.
Hoe vertaal je TOUTES LES ?

Slide 9 - Open vraag

Vous avez vu TOUT LE pays ?
Hoe vertaal je TOUT LE ?

Slide 10 - Open vraag

Het persoonlijk voornaamwoord met nadruk
Als je het persoonlijk voornaamwoord wilt beklemtonen / benadrukken dan gebruik je:
moi / toi / lui / elle / nous / vous / eux / elles

Moi, je le crois.
Tu viens aussi, toi?
Lui, il prend un café.
Et elle, elle prend un thé.
Nous, nous lisons un livre.
Vous, vous regardez un film.
Eux, ils prennent un dessert.
Elles, elles prennent du fromage.

Slide 11 - Tekstslide

Kies uit: moi / toi / lui / elle / nous / vous / eux / elles

Tu fais du foot aussi, ..............?

Slide 12 - Open vraag

Kies uit: moi / toi / lui / elle / nous / vous / eux / elles

................... il fait toujours la grasse matinée.

Slide 13 - Open vraag

Kies uit: moi / toi / lui / elle / nous / vous / eux / elles

...... ils sont toujours en retard!

Slide 14 - Open vraag

Kies uit: moi / toi / lui / elle / nous / vous / eux / elles

............, nous faisons toujours nos devoirs!

Slide 15 - Open vraag

Kies uit: moi / toi / lui / elle / nous / vous / eux / elles

Je n'y crois pas, ........!

Slide 16 - Open vraag

Maak nu online: chapitre 4 Les 4 opdrachten 46 + 49

Slide 17 - Tekstslide

Les devoirs 
Maken:
chapitre 4 Les 4 
opdrachten 46 + 49

Leren:
Alvast leren voor de toets van 11 maart

Slide 18 - Tekstslide