2.4 havo Megastad, krachtstad met groeistuipen

Hoofdstuk 2 Steden
2.4 Megastad, krachtstad met groeistuipen
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 2 Steden
2.4 Megastad, krachtstad met groeistuipen

Slide 1 - Tekstslide

Wat doen we vandaag
Terugblik Rotterdam en vorige paragrafen
Uitleg 2.4
Opdrachten 2.4

Slide 2 - Tekstslide

Westerse stad      Niet-westerse stad
Welke kenmerken horen waarbij?
verspreid liggende industrieter-reinen
Historische binnenstad (vooral in Europa)
Krottenwijken
Woonwijken voor de rijken
Central Business District
Oude woonwijken met veel immigranten
Weinig structuur door explosieve groei.
Suburbs rond de stad (hoge inkomens

Slide 3 - Sleepvraag

Sleep het begrip naar de juiste foto!
CBD
Centrale stad
Ring van suburbs
Getto
Downtown
Edge cities

Slide 4 - Sleepvraag

Leg uit: Wat betekent gentrificatie?

Slide 5 - Open vraag

Een welvarend land kent een laag verstedelijkingstempo en een lage verstedelijkingsgraad
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quizvraag

Wat zijn de gevolgen van gentrification?

Slide 7 - Open vraag

Leerdoelen
  • Je weet wat de belangrijkste redenen zijn voor de woon-, werk- en milieuproblemen in een megastad
  • Je begrijpt waarom de informele sector 'de smeerolie van de stedelijke economie' wordt genoemd.
  • Je kunt met een kaart of foto uitleggen hoe een krottenwijk verandert.

Slide 8 - Tekstslide

1

Slide 9 - Video

00:39
Wanneer noem je een wijk een krottenwijk?

Slide 10 - Open vraag

GB 257D

Slide 11 - Tekstslide

Wonen in een megastad in een arm land
In 1990 woonde 2,3 miljard mensen in steden, nu is dat ruim 4 miljard.

De verstedelijkingsgraad in Afrika is 11 keer zo hoog als in Europa.

Eén gevolg hiervan is dat?
  • Meer dan de helft van de stedelijke bevolking woont in slums, ofwel krottenwijken.








De oudste krottenwijken liggen in de stad

Slide 12 - Tekstslide

Werken in deze megasteden 
- In het rijke westen: 1850 ~1950 miljoenen plattelanders naar de stad
- Oorzaak: er was veel werk in industrie 

- Periferie nu: Plattelanders hebben dit geluk niet
- Oorzaak: Uitzichtloosheid, geen werk, geen huis.
- Stad niet heel veel beter, zeker niet als ongeschoolde 

Slide 13 - Tekstslide

Werken in een megastad in ontwikkelingsland
  • Tussen 1850-1950: plattelanders trekken naar de stad door opkomende industrie.
  • In arme landen op het platteland --> formele sector geen optie.
  • Laag geschoold --> geen werk --> ontstaan scharreleconomie, ofwel: informele sector.
  • Concurrentie --> afval sorteren, voedsel verkopen, drugshandel, sjouwer op de bouw..
  • Kinderen in stad krijgen onderwijs --> leren een vak en vinden wel werk --> Lima, Kinshasa, Meddelin --> toekomst verbetert

Slide 14 - Tekstslide

Welke problemen kent de megastad in de niet-westerse wereld?
Wonen
Infrastructuur overbelast
Vervuiling
Werken

Slide 15 - Tekstslide

Problemen in megasteden: vervuiling en verkeersproblemen 
- Infrastructuur in megasteden is niet aangepast aan groei
- Ernstige vervuiling door industrie
- Lozing chemische stoffen 
-milieu tweede plek, eerst economische groei

Slide 16 - Tekstslide

Herhaling leerdoel
Wat de zijn belangrijkste redenen voor de woon-, werk- en milieuproblemen in een megastad?

Slide 17 - Tekstslide

Hoofdstuk 2 Steden
2.4 Megastad, krachtstad met groeistuipen

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Leerdoelen

  • Je begrijpt waarom de informele sector 'de smeerolie van de stedelijke economie' wordt genoemd.
  • Je kunt met een kaart of foto uitleggen hoe een krottenwijk verandert.

Slide 20 - Tekstslide

Wat zal er bedoeld worden met scharreleconomie?

Slide 21 - Tekstslide

Scharreleconomie
- informele sector: niet geregistreerd dus geen belasting, maar ook: geen inkomen bij ziekte. Ongeschoold werk, lage inkomsten. Geld wordt bij elkaar gesprokkeld, springplank naar betere toekomst.
-concurrentie is moordend 
- 60 % afhankelijk hiervan 

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Link

De overheid zorgt steeds vaker voor basisvoorzieningen in sloppenwijken. Soms legaliseren ze het zelf. Waarom is het goed als deze huizen legaal worden?

Slide 24 - Tekstslide

Megastad 
Megasteden in arme landen groeien snel --> Niet genoeg huizen.
De arme mensen -->  slechte wijken met veel werkloosheid en criminaliteit. 
De rijke mensen --> villawijken met hekken en bewaking. 

Als groepen zo gescheiden van elkaar leven, heet dat segregatie. 

Slide 25 - Tekstslide

Opgeknapte krottenwijken
Oude krottenwijken liggen diep in de stad. 

De overheid zorgt steeds vaker voor basisvoorzieningen in zo'n wijk: wegen, riolering en elektriciteit. 
Zo'n slum wordt dan steeds meer een volksbuurt in de stad.

Hierdoor gaan mensen zelf hun huisje ook opknappen. 

Slide 26 - Tekstslide

Sloppenwijken
Arme mensen hebben vaak niet genoeg geld voor een woning. Ze gaan op zoek naar een plek om te wonen. 
In een megastad is vaak alleen nog plek op de plaatsen waar niemand wil wonen: langs een spoorlijn, bij een vuilnisbelt of langs een steile helling. 
Hier ontstaan sloppenwijken. 




Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Leerdoelen herhalen
  • Je weet wat de belangrijkste redenen zijn voor de woon-, werk- en milieuproblemen in een megastad
  • Je begrijpt waarom de informele sector 'de smeerolie van de stedelijke economie' wordt genoemd.
  • Je kunt met een kaart of foto uitleggen hoe een krottenwijk verandert.

Slide 29 - Tekstslide

Huiswerk 
-Lezen paragraaf 2.4
- maken: 1,2,3,4,6

Slide 30 - Tekstslide