Het bijvoeglijk naamwoord
Het bijvoeglijk naamwoord zegt iets over het zelfstandig naamwoord. Het past zich in het Frans aan, aan het zelfstandig naamwoord waar het achter (of voor staat).
Een blauwe hond. - Un chien bleu.
Een blauwe koe. - Une vache bleue.
Twee blauwe honden. - Deux chiens bleus.
Twee blauwe koeien. - Deux vaches bleues.