In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.
Lesduur is: 15 min
Onderdelen in deze les
4 Basis & Kader
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we doen vandaag?
Hoofdstuk 1 Hoe consumeer jij?
Wat weet je nog van de leerdoelen van 1.1 & 1.2
Uitleg paragraaf 1.3 Vergelijk jij voor je koopt?
Zelf aan de slag
Leerdoelen behaald?
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen 1.1
Wat weet je nog van ...
Wat voor behoeften kun je hebben
Waarom je keuzes moet maken
Hoe kun je zelf in je behoeften voorzien?
Kader (extra)
Wat betekent 'schaarste' in de economie?
Slide 3 - Tekstslide
Leerdoelen 1.2
Wat weet je nog van ....
Wat is een doelgroep?
Hoe word je beïnvloed?
Welke marketinginstrumenten zijn er?
Slide 4 - Tekstslide
Leerdoelen 1.3
Na deze les weet je ...
Hoe je een vergelijkend warenonderzoek kunt gebruiken
Welke consumentenorganisaties zijn er
Wat keurmerken zijn
Slide 5 - Tekstslide
0
Slide 6 - Video
Consumentenorganisaties geven onafhankelijke informatie over een product
A
waar
B
niet waar
Slide 7 - Quizvraag
Welke hoort NIET tot de consumentenorganisaties?
A
ANWB
B
Vereniging Eigen Huis
C
IKEA
D
Consumentenbond
Slide 8 - Quizvraag
Consumentenorganisaties
Eerlijke en onpartijdige informatie geven
Komen op voor de belangen v/d consument
Informatie over rechten en plichten
Actie voeren bij fabrikanten of de overheid
Slide 9 - Tekstslide
Hoe noem je een onafhankelijk onderzoek naar producten?
A
producten onderzoek
B
consumenten onderzoek
C
warenonderzoek
D
vergelijkend warenonderzoek
Slide 10 - Quizvraag
Vergelijkend warenonderzoek
Consumentenorganisaties doen vaak onafhankelijk onderzoek. Ze vergelijken gelijksoortige producten van verschillende merken.
Dat heet een vergelijkend warenonderzoek
Slide 11 - Tekstslide
Vergelijkend warenonderzoek
Consumentenorganisaties
Bijvoorbeeld: ANWB & Vereniging Eigen Huis
Onderzoek naar prijs en kwaliteit van producten
Slide 12 - Tekstslide
Consumer power
De invloed van grote groepen consumenten heet consumer power.
Een consument heeft in zijn eentje weinig invloed op wat producenten maken of verkopen. Maar als veel consumenten samen protesteren tegen een product of weigeren een product te kopen, luisteren de producenten eerder naar hun wensen.
Slide 13 - Tekstslide
Wat is dit voor een keurmerk?
A
Biologisch keurmerk
B
Beter leven keurmerk
C
Ecologisch keurmerk
D
Fairtrade keurmerk
Slide 14 - Quizvraag
0
Slide 15 - Video
Keurmerken
Een keurmerk is een logo op een product waarmee de fabrikant aangeeft dat het product aan bepaalde eisen voldoet.
Geeft de consument zekerheid dat het product of de producent aan bepaalde eisen voldoet
Maar soms verzinnen producenten zelf een keurmerk. Zulke keurmerken zijn niet betrouwbaar.
Slide 16 - Tekstslide
biologische producten
Biologische producten
Slide 17 - Tekstslide
eerlijke producten
Slide 18 - Tekstslide
0
Slide 19 - Video
Prijsverschil in procenten
Stappenplan
1. Reken het prijsverschil in euro's uit
2a. Deel door de prijs waar je mee vergelijk
2b. Let op het woordje dan
3. Vermenigvuldig je dit met 100 en zet er % achter
Slide 20 - Tekstslide
Voorbeeld
Een shirt van Puma is €30 bij de Footlocker, datzelfde shirt kost bij de Perry sport €40.
Hoeveel procent is de Footlocker goedkoper dan de Perry sport?
Slide 21 - Tekstslide
Stappenplan
1. Prijsverschil in € => €40-€30 = €10
2. Deel waarmee je het vergelijkt (Let op DAN).
€10/€40 = 0,25
3. Vermenigvuldig met 100 en zet er % achter:
0,25 * 100 = 25%
Slide 22 - Tekstslide
Zelf aan de slag
Ga verder met daar waar je bent gebleven.
Kijk je gemaakte vragen na !!
Op its learning staat wat je voor deze week af moet hebben.
Slide 23 - Tekstslide
Mag iedereen een keurmerk beginnen?
A
ja
B
nee
Slide 24 - Quizvraag
Is een keurmerk altijd betrouwbaar?
A
ja
B
nee
Slide 25 - Quizvraag
Wie geeft de beste 'koop' informatie over een iPad?
A
de docent
B
een vriend
C
de consumentenbond
D
apple store
Slide 26 - Quizvraag
Welke hoort NIET tot de consumentenorganisaties?
A
ANWB
B
Vereniging Eigen Huis
C
IKEA
D
Goede Waar & Co
Slide 27 - Quizvraag
Een vergelijkend warenonderzoek is een onderzoek naar...
A
verschillende producten
B
dezelfde soort producten
Slide 28 - Quizvraag
Welk keurmerk is er voor webshops?
A
FSC
B
Toegankelijkheid
C
Thuiswinkel Waarborg
D
Veilig online shoppen
Slide 29 - Quizvraag
Dit keurmerk laat zien dat er eerlijke prijzen zijn betaald aan de boeren.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 30 - Quizvraag
Het EKO keurmerk staat voor
A
Duurzaam, biologisch & dierenwelzijn
B
Kwaliteit, veilig, lekker
C
producten die onder eerlijke voorwaarden zijn geproduceerd
D
zo goedkoop mogelijke producten
Slide 31 - Quizvraag
Consumentenorganisaties geven onafhankelijke informatie over een product
A
waar
B
niet waar
Slide 32 - Quizvraag
Welk keurmerk hoort er in het rijtje niet thuis?
A
Fairtrade
B
Ik kies bewust
C
ongezonde keuze
D
EKO
Slide 33 - Quizvraag
Categorie: WEBWINKELS
Je wilt iets kopen bij een webwinkel. Hoe controleer jij of deze webwinkel wel betrouwbaar is?
A
Ik kijk naar de reviews en of ik een keurmerk zie.
B
Dat doe ik eigenlijk nooit en het is nog nooit misgegaan.
C
Ik kijk naar de reviews en of ik een keurmerk zie.
Ik winkel alleen bij webwinkels die ik ook op een fysieke plek kan bezoeken.
D
Als ik de eerste keer een onbekende webwinkel bezoek dan controleer ik het KvK nummer en het keurmerk, zoek naar wat reviews en voor de zekerheid check ik ook of de website niet als frauduleus bekend staat bij de politie.
Slide 34 - Quizvraag
Hoe heet het onderzoek naar de prijs en kwaliteit van producten dat wordt uitgevoerd door consumentenorganisaties?