Les 5. Las preposiciones
1 / 26
Lesduur is: 80 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Hoe is jouw antwoord op de vraag:
¿Adónde fuiste?
¿Adónde fuiste?
Slide 8 - Open vraag
Hoe is jouw antwoord op de vraag:
¿Con quién fuiste?
¿Con quién fuiste?
Slide 9 - Open vraag
Hoe is jouw antwoord op de vraag:
¿Cómo fuiste alli?
¿Cómo fuiste alli?
Slide 10 - Open vraag
Hoe is jouw antwoord op de vraag:
¿Qué tiempo hacía?
¿Qué tiempo hacía?
Slide 11 - Open vraag
Hoe is jouw antwoord op de vraag:
¿Qué hiciste en las vaciones?
¿Qué hiciste en las vaciones?
Slide 12 - Open vraag
Hoe is jouw antwoord op de vraag:
¿Qué fue el más interesante / divertido / aburrido de tus vacaciones?
¿Qué fue el más interesante / divertido / aburrido de tus vacaciones?
Slide 13 - Open vraag
Hoe is jouw antwoord op de vraag:
¿Qué quieres hacer este fin de semana?
¿Qué quieres hacer este fin de semana?
Slide 14 - Open vraag
Hoe is jouw antwoord op de vraag:
¿Adónde quieres ir?
¿Adónde quieres ir?
Slide 15 - Open vraag
Hoe is jouw antwoord op de vraag:
¿Con quién vas a hacer algo?
¿Con quién vas a hacer algo?
Slide 16 - Open vraag
Hoe is jouw antwoord op de vraag:
¿Siempre haces lo mismo en los fines de semana?
¿Siempre haces lo mismo en los fines de semana?
Slide 17 - Open vraag
Hoe is jouw antwoord op de vraag:
¿Qué no te gusta hacer en los fines de semana?
¿Qué no te gusta hacer en los fines de semana?
Slide 18 - Open vraag
Slide 19 - Tekstslide
Verbeter de zin (schrijf de hele zin op):
Mi padre es 47 años
Mi padre es 47 años
Slide 20 - Open vraag
No bien conozco la música clásica
Slide 21 - Open vraag
Es al lado de la estación
Slide 22 - Open vraag
Es una grande casa
Slide 23 - Open vraag
Tiene los pelos marrón (2 foutjes)
Slide 24 - Open vraag
Me gusta los animales
