Verzorgingsstaat H3 2024

Economische dimensie
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Economische dimensie

Slide 1 - Tekstslide


Economische dimensie

3 studiepunten PB
2 studiepunten HTV
Periode 4 is jullie laatste examen Burgerschap!

  • Toets (zie vakinhoud studiewijzer)
  • Vlog (2 personen)Global Goals

Slide 2 - Tekstslide

Opdracht 1 Toets
Opdracht 2 VLOG

Maak een vlog!
Tijd: plusminus 4 minuten

Onderwerp: 
Kies 1 onderwerp van de 17 Global Goals 

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Wat zijn de dilemma's waar de verzorgingsstaat mee te maken heeft?

Bespreek met degene naast je wat er met deze cartoon bedoeld wordt.
Vervolgens klassikaal een terugkoppeling


timer
2:00

Slide 5 - Tekstslide

Verzorgingsstaat
Een land waarin het de taak van de
overheid is om te zorgen voor de bevolking.
een inkomen bij werkloosheid, 
ouderdom en ziekte
recht op gezondheidszorg
recht op onderwijs


Slide 6 - Tekstslide

Wat is een verzorgingsstaat?
Delen van risico’s
Om een verzorgingsstaat te kunnen inrichten is solidariteit belangrijk. Mensen moeten bereid zijn kosten voor elkaar te dragen.
Solidariteit: Als er bereidheid is in een groep of samenleving om risico’s met elkaar te delen.

Bij een verzorgingsstaat heb je een collectief (gezamenlijk) belang:
 - Je maakt gebruik van gezamenlijke voorzieningen (collectieve goederen).
- Als je iets overkomt ben je verzekerd.

Collectieve voorzieningen kunnen ook leiden tot bewust passief gedrag. In dit geval spreken we van zogenaamde ‘free riders’.



Slide 7 - Tekstslide

Sociale zekerheid
Sociale voorzieningen
De Nederlandse verzorgingsstaat
Voor iedereen die niet zelf voor een eigen inkomen kan zorgen.

Slide 8 - Tekstslide

Sociale zekerheid
Sociale voorzieningen
  • WWB
  • Wajong
  • TW
De Nederlandse verzorgingsstaat
Wet werk en bijstand
Wet arbeidongeschiktheidsverzekering Jonggehandicapten
Toeslagenwet
Voor iedereen die niet zelf voor een eigen inkomen kan zorgen.

Slide 9 - Tekstslide

Sociale zekerheid
Sociale verzekeringen
Sociale voorzieningen
  • WWB
  • Wajong
  • TW
De Nederlandse verzorgingsstaat
Wet werk en bijstand
Wet arbeidongeschiktheidsverzekering Jonggehandicapten
Toeslagenwet
Voor iedereen die niet zelf voor een eigen inkomen kan zorgen.

Slide 10 - Tekstslide

Sociale zekerheid
Sociale verzekeringen
Sociale voorzieningen
Werknemersverzekeringen
  • WWB
  • Wajong
  • TW
De Nederlandse verzorgingsstaat
Voor iedereen die werkt
Wet werk en bijstand
Wet arbeidongeschiktheidsverzekering Jonggehandicapten
Toeslagenwet
Voor iedereen die niet zelf voor een eigen inkomen kan zorgen.

Slide 11 - Tekstslide

Sociale zekerheid
Sociale verzekeringen
Sociale voorzieningen
Werknemersverzekeringen
  • WIA
  • WW
  • ZW
Volksverzekeringen
  • WWB
  • Wajong
  • TW
De Nederlandse verzorgingsstaat
Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen
Werkloosheidswet
Ziektewet
Voor iedereen die werkt
Voor iedereen
Wet werk en bijstand
Wet arbeidongeschiktheidsverzekering Jonggehandicapten
Toeslagenwet
Voor iedereen die niet zelf voor een eigen inkomen kan zorgen.

Slide 12 - Tekstslide

Sociale zekerheid
Sociale verzekeringen
Sociale voorzieningen
Werknemersverzekeringen
  • WIA
  • WW
  • ZW
Volksverzekeringen

  • AOW
  • AWBZ
  • ANW
  • AKW
  • WWB
  • Wajong
  • TW
De Nederlandse verzorgingsstaat
Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen
Werkloosheidswet
Ziektewet
Algemene Ouderdomswet
Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten
Algemene nabestaandenwet
Algemene Kinderbijslagwet
Voor iedereen die werkt
Voor iedereen
Wet werk en bijstand
Wet arbeidongeschiktheidsverzekering Jonggehandicapten
Toeslagenwet
Voor iedereen die niet zelf voor een eigen inkomen kan zorgen.

Slide 13 - Tekstslide

1. Mensen die werken betalen                          waardoor de                           in de verzorgingsstaat betaald kunnen worden.
2. Een                            is een bedrag dat wordt ingehouden op je loon. Je bent daardoor                             voor bepaalde gebeurtenissen zoals ziekte of ontslag.
3. Iedereen die werkt betaalt premie voor volksverzekeringen, zoals de                      . De                      is een werknemersverzekering.                     
WW
AOW
verzekerd
premie
belastingen
voorzieningen

Slide 14 - Sleepvraag

Voor alle verzorgingsstaten geldt dat ze gebaseerd zijn op twee belangrijke waarden. Welke waarden zijn dat?
A
Gezondheid, gelijke kansen
B
Werkgelegenheid, solidariteit
C
Solidariteit, gelijke kansen
D
Vrijheid, gelijkheid

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

Wat is geen wettelijke verplichting binnen de Nederlandse verzorgingsstaat?
A
Tot je zestiende naar school gaan.
B
Belasting betalen over inkomen
C
Een zorgverzekering hebben
D
Vakbondslidmaatschap.

Slide 17 - Quizvraag

Functies van de verzorgingsstaat
De verzorgingsstaat zorgt voor welvaart en welzijn. Dit zie je terug in vier belangrijke functies:
  
Verzorgen > zorg bieden voor wie door fysieke of psychische aandoeningen hulp nodig heeft.
Verzekeren > verzekert tegen verlies van inkomen (socialezekerheidsstelsel).
Verheffen > kans om talent te ontplooien en je te ontwikkelen.
Verbinden > zorgt voor binding tussen mensen en versterkt sociale cohesie.

Slide 18 - Tekstslide

Koppel de juiste functie aan het plaatje
Vezorgen
Verbinden
Verheffen
Verzekeren

Slide 19 - Sleepvraag

Participatie samenleving

Slide 20 - Tekstslide

In een participatiesamenleving verwacht de overheid bijvoorbeeld dat mensen de zorg voor een ziek familielid op zich nemen en een eigen spaarpot aanleggen voor als ze arbeidsongeschikt raken. Wat vind jij?
Ik ben het er mee eens
Ik ben het er mee oneens

Slide 21 - Poll

Inwoners van een verzorgingsstaat betalen belasting, waarmee de overheid de voorzieningen in de verzorgingsstaat kan betalen. Welke belastingen kun je opnoemen?

Slide 22 - Open vraag

Belastingen
Inkomstenbelasting
  • De belasting die je betaalt over het geld dat je verdient
Btw
  • De belasting die je betaalt over de producten en diensten die je koopt.
Accijns
  • Een extra belasting op producten die schadelijk kunnen zijn voor de gezondheid of voor het milieu

Slide 23 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het einde van de les :
Weet ik hoe Nederland van een verzorgingsstaat naar een participatiesamenleving is gegaan en kan ik dit vertellen.
Kan ik voor- en nadelen benoemen van een participatiesamenleving en wat ik daar van vind.



Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Link

Bedankt!

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Opdracht 1:

1. Wat zijn de gedragsregels op school?

2. En heb je ook een gedragscode voor
je bijbaantje?
Er zijn in Nederland verschillende regels waar werknemers zich aan moeten houden.

A:  Gedragscode   
B:  Arbeidsrecht  
C:  Tuchtrecht
D:  Strafrecht


Slide 28 - Tekstslide

Opdracht 2: 
Bekijk bij elk voorbeeld waar dit onder zou kunnen vallen. 
Meerdere antwoorden zijn mogelijk:
A. Gedragscode
B. Arbeidsrecht
C. Tuchtrecht
D. Strafrecht
Vul het werkblad in: 

Soorten recht

15 minuten
stopwatch
00:00

Slide 29 - Tekstslide

Antwoorden:
1. Een voetballer rijdt onder invloed en veroorzaakt een dodelijk ongeluk. (A, D)


2. Werknemer ontvangt ongewenst dickpics van haar leidinggevende. (B, D)

Slide 30 - Tekstslide

Antwoorden:
3.  Een arts gaat een relatie aan met een patiënt.  (C)

4.  Een minister heeft aandelen in een bedrijf waar haar ministerie subsidie aan geeft.  (A)

5. Een advocaat geeft criminele berichten door voor zijn cliënt, die in de gevangenis zit.  (C, D)

Slide 31 - Tekstslide

Antwoorden:
6. Een voetbaltrainer roept in de media dat een scheidsrechter expres zijn ploeg benadeelt. 
 (A)

7.  Een maaltijdbezorger die in een krantenartikel klaagt over zijn baas wordt ontslagen. (A)

Slide 32 - Tekstslide

Antwoorden:
8. Een notaris steelt miljoenen van cliënten en gaat naar de gevangenis. Zijn collega’s worden ervan beschuldigd dat ze hem niet goed hebben gecontroleerd. (C)
9.  Een verpleegkundige deelt vertrouwelijke informatie over patiënten op sociale media. (B)
10.  Een docent en een meerderjarige leerling hebben een relatie.  . (A, B)

Slide 33 - Tekstslide

Antwoorden:
11.  Een lid van de Tweede Kamer roept op tot burgerlijke ongehoorzaamheid. (A)

12 Tijdens een talentenjacht krijgt een minderjarige deelnemer seksueel getinte opmerkingen van medewerkers van de show.
 (A, B)  

Slide 34 - Tekstslide

Huiswerk
Ga naar Deviant Studiemeter Schokland Niveau 2

Economische dimensie
Oefeningen
Thema 2 Werk en de Samenleving
Hoofdstuk 2 
Succes!

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Video