Thema 4 Werken les 1

Thema 4
Les 1 werken
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Thema 4
Les 1 werken

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
1. Het nieuws
2. Waarom mensen werken
3. Ondernemer, werkgever en werknemer

Slide 2 - Tekstslide

Eerst het nieuws

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Onlangs is Sidney Smeets uit de Tweede Kamer opgestapt, omdat hij jonge jongens seksueel heeft geïntimideerd. Dat werd pas bekend gemaakt toen hij al in de Tweede Kamer zat.

Slide 5 - Tekstslide

Moet het verleden van de politici beter onderzocht worden voordat ze in de Kamer gaan werken? En waarom?

Slide 6 - Open vraag

Slide 7 - Video

Deze mensen demonsteren tegen anti-Aziatisch racisme. Denken jullie dat dit nodig is? En waarom?

Slide 8 - Open vraag

Deze rapster zegt dat het discriminerend is toen het "Chineze" verjaardagliedje werd gezongen. Maar is er wel echt sprake van discriminatie?

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Video

In Ruinerwold (gemeente in Nederland) heeft een vader jaren lang zijn kinderen opgesloten en mishandeld. Zijn vader zou waanideeën hebben over de wereld en heeft daarom zijn gezin vastgehouden. Een maand geleden kon hij niet veroordeeld worden, omdat hij door een hersenbeschadiging niet meer kan praten en kan hij nu niet meer bestraft worden.

Slide 11 - Tekstslide

Een aantal dagen geleden werd bekend dat zijn kinderen hem strafbaar willen stellen, omdat ze gerechtigdheid willen. Hoe denk jij hierover?

Slide 12 - Open vraag

Les 1 Werk

Slide 13 - Tekstslide

Waarom werken jullie eigenlijk?
Als je geen baantje hebt, leg dan uit waarom je wel zou werken.

Slide 14 - Open vraag

Stelling:
De enige motivatie om te werken is geld verdienen, anders zou niemand werken.

Slide 15 - Open vraag

Waarom werken mensen?
De meeste mensen werken om geld te verdienen. Wanneer je voor een baas werkt ben je in loondienst. Je bent dan de werknemer. Je hebt vaste werktijden, en een vast salaris, dezelfde taken en je hebt veel collega's. Jouw baas is dan de werkgever
Je kan het zo onthouden:
Een werkgever geeft het werk en de werknemer neemt het werk.

Slide 16 - Tekstslide

Ondernemer
Sommige mensen beginnen zelf een bedrijf of een winkel en die mensen noemen we een ondernemer. Zij hebben geen vaste werktijden en hebben geen vaste collega's. Ook hebben ze een wisselend salaris, maar ze hebben wel veel vrijheid in de taken die zij verrichten.

Slide 17 - Tekstslide

Vrijwilligerswerk
Niet iedereen werkt voor geld. Sommige mensen werken voor een organisatie die hen niet uitbetaald. Dit heet vrijwilligerswerk
Mensen die dit werk doen, willen iets betekenen voor andere mensen of de samenleving. Denk maar aan vrijwilligerswerk in de ouderenzorg, of helpen bij de voorbereidingen van een wedstrijd. Maar stage je kan je ook zien als vrijwilligerswerk, maar dan doe je dat werk op ervaring op te doen.

Slide 18 - Tekstslide

Stelling:
Iedereen zou verplicht een periode in z'n leven vrijwilligerswerk moeten doen.

Slide 19 - Open vraag

Opdracht
Ik laat jullie zo een aantal stellingen zien en dan moeten jullie kijken of het om een ondernemer gaat of een werknemer.
Daar gaan we dan.

Slide 20 - Tekstslide

"Ik heb vaste werktijden."

A
Ondernemer
B
Werknemer

Slide 21 - Quizvraag

Ik heb meer keuzevrijheid in taken die ik uitvoer
A
Ondernemer
B
Werknemer

Slide 22 - Quizvraag

Ik heb een wisselend inkomen
A
Ondernemer
B
Werknemer

Slide 23 - Quizvraag

Huiswerk
Maak voor volgende week les 1 van thema 4.

Slide 24 - Tekstslide