Test je kennis: neusmaagsonde en sondevoeding

Test je kennis: neusmaagsonde en sondevoeding
Test je kennis: neusmaagsonde en sondevoeding
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2,3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Test je kennis: neusmaagsonde en sondevoeding
Test je kennis: neusmaagsonde en sondevoeding

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al van een neus-maagsonde?

Slide 2 - Open vraag

Holle buis
voorbeeldmateriaal met en zonder 

Het inbrengen van een neus-maagsonde is een voorbehouden handeling. Dat wil zeggen dat de handeling alleen mag worden uitgevoegd door een bevoegd en bekwaam persoon, in opdracht van een arts en onder toezicht van de opdrachtgever.
Noem enkele indicaties op voor een maagsonde

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Auscultatie is betrouwbaar als controle van de ligging van de neusmaagsonde
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat doe je als je weerstand voelt tijdens het inbrengen van de sonde

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Leg uit hoe je de lengte van de neusmaagsonde bepaalt

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Moet het hoofd van de zorgvrager naar voren of naar achteren met het inbrengen van de sonde
A
Hoofd moet naar voren
B
Hoofd moet naar achter
C
Hoofd moet gewoon rechtop
D
Zorgvrager moet liggen

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een PEG-J sonde
A
Een dikke maagsonde via de buikwand naar de maag
B
Een neusmaagsonde via de neus naar de 12-vingerige darm
C
Een neusmaagsonde via de neus naar de dunne darm
D
Een maagsonde via de buikwand naar de dunne darm

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat kan een indicaties zijn voor het plaatsen van een PEG-sonde of PEG-J-sonde

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Contra-indicaties voor het plaatsen van een PEG-sonde of PEG-J-sonde zijn:
A
Hartritmestoornissen
B
Stollingsstoornissen
C
Maagverkleining
D
Gastromie syndroom

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat doe je wanneer een zorgvrager tijdens de inloop van sondevoeding moet hoesten en benauwd wordt

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoelang is sondevoeding houdbaar na openen
A
4 uur
B
8 uur
C
12 uur
D
24 uur

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn contra-indicaties voor het geven van sondevoeding via de neusmaagsonde

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent: aspiratiepneumonie

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Benoem verschillende vormen hoe je sondevoeding kan toedienen

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Je trekt aspiraat op en de ph-waarde is 7,5. Wat betekent deze waarde?

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom is mondverzorging belangrijk bij een zorgvrager die sondevoeding krijgt

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke controles voer je uit bij iemand met een neusmaagsonde
A
PH bepalen
B
Bloed prikken
C
Bloeddruk meten
D
Visuele controle

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoelang kan een neusmaagsonde blijven zitten?
A
Voor altijd.
B
1 maand.
C
6 weken.
D
6 maanden.

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Met minstens hoeveel ml water spuit je de neusmaagsonde door?
A
5 ml
B
10 ml
C
20 ml
D
40 ml

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een neusmaagsonde moet steriel worden ingebracht.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 21 - Quizvraag

nee. Wel zo schoon mogelijk. Je eten is ook niet altijd steriel. Het maagzuur doodt ook bacteriën. 
In welk neusgat breng je de neusmaagsonde in?
A
Links
B
Rechts
C
Voorkeur van de zorgvrager
D
Voorkeur van de verpleegkundige

Slide 22 - Quizvraag

Voorkeur van de patiënt. Als één van de neusgaten drukplekken of andere schade heeft kies je het andere neusgat. Bij wisselen van een sonde wissel je vaak met de neusgaten. Je vraagt ook of de zorgvrager een gebroken neus gehad heeft of een scheefstaand neustussenschot.
Welke instructie geef jij de zorgvrager als je de neusmaagsonde gaat verwijderen.

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies