1F/2F Thema 1 H5 Schrijven

Thema 1 H5 schrijven
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Thema 1 H5 schrijven

Slide 1 - Tekstslide

Onderwerp
Thema 1 In je vrije tijd

Slide 2 - Tekstslide

Doelstellingen
- schrijfdoelen
- invullen van formulieren
- schrijven van teksten voor social media
- schrijven van korte en eenvoudige teksten

Slide 3 - Tekstslide

H5 Schrijven
Je krijgt informatie over het invullen van formulieren en het schrijven van krote en eenvoudige teksten.

Slide 4 - Tekstslide

Schrijfdoelen
Wat wil je met je tekst bereiken? Hiermee ga je je schrijfdoel bepalen. Het kan namelijk zijn dat je meerdere hebt. 
Doelen zijn: informeren, overtuigen, activeren, amuseren

Slide 5 - Tekstslide

schrijfdoel: informeren
Je wilt de lezer ergens van op de hoogte brengen. Je wilt informatie geven of nieuws overbrengen.
Tekstsoort: informatieve tekst, zoals een krantenartikel, website of gebruiksaanwijzing

Slide 6 - Tekstslide

schrijfdoel: overtuigen
 Je wilt jouw lezer overtuigen.
Tekstsoort: overtuigende tekst, zoals een recensie over een boek of een klachtenbrief over de vakantie

Slide 7 - Tekstslide

schrijfdoel: activeren
Je wilt jouw lezer aanzetten tot actie.
Tekstsoort: activerende tekst, zoals reclamefolder of advertentie

Slide 8 - Tekstslide

schrijfdoel: amuseren
Je wilt de lezer vermaken. 
Tekstsoort: amuserende tekst, zoals een gedicht, een roman, een stripverhaal of een liedtekst.

Slide 9 - Tekstslide

Maken
Maak de opdrachten 5.01- 5.03 
blz. 108-110

Slide 10 - Tekstslide

Formulier

Slide 11 - Tekstslide

Een formulier
Een formulier is een gedrukt of digitaal document waarop je bepaalde gegevens moet invullen.
Formulieren gebruik je bijvoorbeeld voor een bestelling, een inschrijving, een klacht, een adreswijziging, een sollicitatie, etc.

Slide 12 - Tekstslide

Een formulier invullen
Een formulier vul je juist en volledig in. 
Schrijf duidelijk leesbaar, als je een formulier met de pen invult. 

Slide 13 - Tekstslide

Een formulier invullen
Op een formulier hoeft je meestal niet alle velden in te vullen. Vaak zie je aan een sterretje ( * ) welke gegevens verplicht zijn. Soms moet je ook iets aankruisen ( X ), omcirkelen 0 of onderstrepen.  (wel/niet)

Slide 14 - Tekstslide

Een formulier invullen
Als er om een toelichting gevraagd wordt, schrijf je in eigen woorden op wat er is gebeurd of waarom je iets wilt of vindt. 
Gebruik daarvoor korte en duidelijke zinnen.

Slide 15 - Tekstslide

Formulier

Slide 16 - Tekstslide

Wat voor een formulier is dit?

Slide 17 - Open vraag

Leg uit waar dit formulier voor is -->

Slide 18 - Open vraag

Wat doe je met een formulier?

Slide 19 - Open vraag

Wat is een formulier?

Slide 20 - Open vraag

Maken
Maak de opdrachten 5.04 t/m 5.05 
blz. 111-113

Slide 21 - Tekstslide

Schrijven voor social media
Via social media kun je snel met een bedrijf communiceren. Communiceren via social media is ook makkelijk.
Voordelen: je kunt een grote groep lezers bereiken.
Nadelen: iedereen kan de berichten zien.

Slide 22 - Tekstslide

Schrijven voor social media
Het is belangrijk bij het gebruik social media om na te denken over:
- wat je op social media zet
- hoe je berichten op social media reageert

Slide 23 - Tekstslide

Schrijven voor social media
Tips:
- wees open en eerlijk
- zorg ervoor dat de gebruiker regelmatig terugkomt
- reageer respectvol
- ga geen discussies aan
- bedank klanten voor reacties
- denk na voordat je iets plaatst

Slide 24 - Tekstslide

Maken
Maak de opdrachten 5.06-5.08 
blz. 115-116

Slide 25 - Tekstslide

korte eenvoudige teksten schrijven
- Het gaat erom dat je probeert goed onder woorden te brengen wat je bedoelt

Slide 26 - Tekstslide

Maken
Maak de korte schrijfoefeningen
opdrachten 5.09-5.12 
blz. 117-120

Slide 27 - Tekstslide