Eind Quiz schooljaar 2023/ 2024 vso1/2
1 / 32
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Winkels zoals: groenteboer, slager en bakker noemen we....
A
Buurtwinkels
B
Plattegrond
C
Wijken
D
Legenda
Slide 4 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
In welke rij staan alleen maar werkwoorden?
A
de, het , een
B
slimme, mooie, rode
C
fietsen, boek, volleybal
D
lopen, werken, denken
Slide 5 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
wat is de verleden tijd van het werkwoord ruiken?
A
ik rook
B
ik ruikte
Slide 6 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
De persoonsvorm is een werkwoord
A
Waar
B
Niet waar
Slide 7 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Het werkwoord 'hebben' is een..... werkwoord
(hebben- hadden )
(hebben- hadden )
A
sterk
B
zwak
Slide 8 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Zelfstandig naamwoord
Geen zelfstandig naamwoord
Kast
Prachtig
Honden
Vriendschap
Voor
Marjolein
Die
Alweer
Slide 9 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
lidwoord
werkwoord
zelfstandig naamwoord
de
driehoek
ziekenhuis
dromen
verwend
angst
het
school
docent
Slide 10 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoeveel geld heb je nu?
+
+
+
A
12 euro
B
15 euro
C
1 euro
D
10 euro
Slide 11 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Jet en Marjolein zijn uit eten geweest.
Het eten kost € 75,- .
Jet heeft €50,- mee. Hoeveel geld moet Marjolein
nog betalen?
Het eten kost € 75,- .
Jet heeft €50,- mee. Hoeveel geld moet Marjolein
nog betalen?
A
10 euro
B
25 euro
C
17 euro
D
Niets, Marjolein moet afwassen
Slide 12 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Henkie verdient € 30,- per dag.
Hiervan doet hij 15% in een spaarpot. Hoeveel geld gaat er dagelijks in de spaarpot?
Hiervan doet hij 15% in een spaarpot. Hoeveel geld gaat er dagelijks in de spaarpot?
A
3,00
B
1,50
C
4,50
D
5,50
Slide 13 - Quizvraag
Matthew koopt een kat. De kat kost €120 euro.
Hij betaalt met €500. Hoeveel geld krijgt Matthew terug?
Hij betaalt met €500. Hoeveel geld krijgt Matthew terug?
A
€240
B
€460
C
€380
D
€480
Slide 14 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoe heet deze Duitse taart ?
A
Schöne Kirschtorte
B
Berliner Kirschtorte
C
Schwarzwälder Kirschtorte
D
Frankfurter Kirschtorte
Slide 15 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat voor soort foto is dit?
A
Satellietfoto
B
Luchtfoto
C
Gewone foto
Slide 16 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
'De wereld is groter dan Nederland'
A
Waar
B
Niet waar
C
Ik weet het niet
Slide 17 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Waarom zitten er 13 beschuiten in een rol?
A
Het waren er ooit 12, maar ze zijn dunner geworden
B
'Een dozijn' was lang geleden 13 i.p.v. 12
C
Er pasten er 13 op een rij in de vroegere bakkersoven
D
De bedenker had 13 als geluksgetal
Slide 18 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Als je alle stippen van een dobbelsteen bij elkaar optelt, welk getal krijg je dan?
A
21
B
22
C
23
D
24
Slide 19 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
___ the afternoon we'll visit a shopping centre.
Rijnstroomcollege, interne school
A
On
B
At
C
In
Slide 20 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat doet de Tweede Kamer?
A
ze stemmen over de plannen van de ministers
B
ze controleren de ministers
C
ze stemmen over de plannen van de ministers en ze controleren de ministers
Slide 21 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Van welk product heb je
het minste nodig uit de schijf van vijf?
het minste nodig uit de schijf van vijf?
A
vetten
B
koolhydraten
C
eiwitten
D
vitamines
Slide 22 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
welke voedingsmiddelen horen niet bij de schijf van vijf?
A
gefrituurde kipstukjes en gewone appelmoes
B
appels en bananen
C
bruine boterham met 30+ kaas
D
gebakken kipstukjes met een beetje zout
Slide 23 - Quizvraag
In heel veel producten zit veel suiker of zout! Kies als het kan niet voor light-producten (dat is slecht voor je tanden) maar kies voor iets zonder suiker of zonder zout. Dan zit het vaak wel in de schijf van vijf. Kijk ook of er niet zoveel vet in zit. Kies bijvoorbeeld voor 30+ kaas in plaats van 45+ kaas.
4. Welk specerij zie je hier?
A
Gember
B
Nootmuskaat
C
Kaneel
D
Hop
Slide 24 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Mensen die voor de overheid werken zijn:
A
Arbeiders
B
Ambtenaren
C
Handelaren
D
Politici
Slide 25 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Het houden van dieren noem je:
A
Landbouw
B
Tuinbouw
C
Veeteelt
D
Akkerbouw
Slide 26 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Mensen bouwen......... om zichzelf te beschermen tegen het water
A
Huizen
B
Windmolens
C
Vuurtorens
D
Dijken
Slide 27 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
1
Tekst
2
3
4
Water en provincies
Waddenzee
Groningen
Drenthe
Friesland
Slide 28 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Waar liggen de provincies Flevoland en Overijssel?
Slide 29 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
De Tweede Wereldoorlog is van:
A
1940-1945
B
1914-1918
C
1902-1908
D
1950-1955
Slide 30 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoe herdenken we de slachtoffers van de tweede wereldoorlog?
A
Door twee minuten stil te zijn op 4 mei
B
Door twee minuten stil te zijn op 5 mei
C
Door samen te eten
D
We herdenken de slachtoffers niet
Slide 31 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 32 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
