Hfst 3 Goederen ontvangen en opslaan

Goederen ontvangen en opslaan

hoofdstuk 3 
Assistent verkoop/retail
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
RetailMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 5 min

Onderdelen in deze les

Goederen ontvangen en opslaan

hoofdstuk 3 
Assistent verkoop/retail

Slide 1 - Tekstslide

Inleiding
Dagelijks worden er veel goederen verkocht in winkels. De schappen worden dan ook telkens aangevuld. Om er voor te zorgen dat de goederen op tijd in de winkel liggen, worden goederen besteld. Nadat de goederen besteld zijn, worden ze met een vrachtwagen vervoerd. Bij de winkel worden de goederen ontvangen, gecontroleerd en opgeslagen.

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet jij al over goederen ontvangen en opslaan?

Slide 3 - Woordweb

Doel:

In deze les kom je meer te weten over:
  • Het ontvangen van goederen
  • Het controleren van goederen

Slide 4 - Tekstslide

Voordat goederen geleverd worden is er een bestelling geplaatst. Een bestelling kan handmatig of automatisch ingevoerd worden. Wat betekent handmatig? en wat betekent een automatische bestelling?

Slide 5 - Open vraag

Ontvangstruimte
 Veel winkels hebben een aparte ruimte waar de goederen worden ontvangen. Dit is de ontvangstruimte. In deze ruimte worden de goederen neergezet. Hier worden de goederen gecontroleerd en gesorteerd. Daarna worden ze naar het magazijn gebracht. In het magazijn kunnen de goederen worden opgeslagen voordat ze in de winkel verkocht worden aan de klanten.

Slide 6 - Tekstslide

Welke vragen kun je jezelf stellen voordat je goederen ontvangt?

Slide 7 - Open vraag

Met antwoorden op deze vragen weet je hoe de goederen moet lossen en waar je de goederen in het magazijn kunt neerzetten.
A
Waar
B
Niet-waar

Slide 8 - Quizvraag

Zodra de leverancier de goederen komt brengen, krijg je te maken met een vrachtbrief en een pakbon.
Wat is een vrachtbrief? en wat is een pakbon?

Slide 9 - Open vraag

Vrachtbrief
Op een vrachtbrief staat:
- specifieke informatie over het vervoer van de bestelling
- algemene informatie over de inhoud van de bestelling

De chauffeur kan met deze brief bewijzen dat de vracht geleverd is en in ontvangst genomen is. De vrachtbrief wordt dan ook getekend door de chauffeur maar ook door de ontvanger.

Slide 10 - Tekstslide

Welke verschillende gegevens zie je op de vrachtbrief staan?

Slide 11 - Open vraag

Colli/ collo
Met het woord colli wordt aangegeven in hoeveel dozen, pallets of kisten de goederen verpakt zijn. De ontvanger kan snel zien of de geleverde colli met de vrachtbrief klopt. Als alles klopt, zet je een handtekening.

Een collo is dus de verpakkingseenheid waarin de artikelen bij elkaar zitten.

Slide 12 - Tekstslide

Voorbeeld:
Daniek ontvangt vandaag een nieuwe levering.
2 pallets met daarop 24 dozen. Op de vrachtbrief staat dat er 2 colli wordt geleverd.

Dit klopt, dus Daniek zet een handtekening.

Over hoeveel collo praten we dan?



Slide 13 - Tekstslide

Pakbon
De leverancier heeft ook een pakbon mee. Deze gebruik je om de inhoud van de goederen te controleren. 
Op een pakbon staan specifieke informatie over de goederen zoals:
- artikelnummers
- artikelomschrijvingen
- aantallen

Slide 14 - Tekstslide

Ook staat er op de pakbon:
Wie de bestelling verzendt -> de afzender
Wie de bestelling ontvangt -> de ontvanger

Met de pakbon controleer je of je levering compleet is. Je kijkt of alle goederen geleverd zijn en of de aantallen kloppen. Ook let je op of er geen beschadigen zijn. Als er iets niet klopt, ontbreekt of beschadigd is, meldt je dit aan je leidinggevende.


Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Waar staat de prijs van de geleverde goederen?

Slide 17 - Open vraag

Factuur
De prijs van de geleverde goederen staan niet op een pakbon. Die staan op een factuur. Hierop staat hoeveel, waarvoor en aan wie je wat moet betalen. Het is een rekening van gekochte goederen. De factuur wordt vaak apart via de post of via de mail verstuurd.

Slide 18 - Tekstslide

Goederen controleren
Als jij goederen ontvangt, heb je de taak om de goederen  te controleren. Je wilt weten of ze met de juiste kwaliteit en kwantiteit geleverd zijn. 
Je gebruikt hiervoor de pakbon en je stelt de volgende vragen:
- Zijn het de juiste aantallen?
- Zijn het de juiste goederen?
- Wat is de kwaliteit van de goederen?

Slide 19 - Tekstslide

Kwantitatieve controle

Bij een kwantitatieve controle let je op de hoeveelheid. Je telt de goederen en kijkt of dat overeenkomt met wat er op de pakbon staat.

Slide 20 - Tekstslide

Kwalitatieve controle
Bij een kwalitatieve controle kijk je naar de kwaliteit van de goederen. Je bekijkt of:
- de verpakkingen van de goederen beschadigd zijn
- artikelen beschadigd of kapot zijn
- het de juiste artikelen zijn
- de houdsbaarheidsdatum klopt
- de goederen niet beschimmeld of rotte plekken hebben

Slide 21 - Tekstslide

Wat moet je doen als er bij de kwantitatieve en kwalitatieve controle iets niet klopt?

Slide 22 - Open vraag

Verschillende manieren van controleren
Het controleren van de goederen is heel belangrijk en kan op verschillende manieren:
- bij een 100% controle controleer je alle goederen op kwantiteit en op kwaliteit
- Bij een steekproef controle controleer je een aantal goederen. er wordt een selectie van het totaal aantal goederen gecontroleerd.

Slide 23 - Tekstslide

Derving
Als je goederen niet goed controleert op kwaliteit, kan er derving ontstaan. Dit betekent dat je de goederen niet meer kunt verkopen.

Derving hoeft niet altijd door de leverancier te komen. Het kan ook komen wanneer je goederen opslaat of per ongeluk kapot laat vallen. 

Ook dit geef je door aan je leidinggevende, de aantallen worden dan in het  voorraadsysteem aangepast.

Slide 24 - Tekstslide

Wat betekent derving?

Slide 25 - Open vraag

Derving kan onderverdeeld worden in 2 vormen. Welke?

Slide 26 - Open vraag

Criminele derving


Diefstal of het kapot maken van goederen door klanten, personeel of leveranciers.
Niet- criminele derving


Onzorgvuldig omgaan met de goederen bij de controle of bij het uitpakken/aanvullen.

Slide 27 - Tekstslide

Volgende les:
Gaan we het hebben over:

- goederen verplaatsen
- goederen opslaan in het magazijn
- retourneren en emballage


Slide 28 - Tekstslide

Huiswerk:
Lees en maak de opdrachten van blz. 77- blz. 90

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide