WO 7 - Politieke partijen - les 3

WO 7 - Politieke partijen - les 3
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

WO 7 - Politieke partijen - les 3

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verkiezingen! Waar stem je op? 
Waar stem je eigenlijk op? 

  • Één persoon die jouw mening vertegenwoordigt 
  • Die persoon hoort bij een politieke partij 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Politieke Partijen 

Meerdere meningen

Dus meerdere partijen!

Welke ken jij :)? 

Wist je dat de Tweede Kamer....

  • In Den Haag zit? 
  • Er 150 mensen in die kamer zitten? 
  • We de stoelen zetels noemen?
  • Zij 5 dagen in de week wetten goedkeuren en afkeuren? 
  • De ministers controleren? 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe maak je een keuze voor een politieke partij? 
Veel mensen gebruiken een stemwijzer
Die helpt jou kiezen! 

Laten wij dit ook doen. 
Lastige woorden? 
Vraag klasgenoot of docent om hulp :) 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Iedereen klaar met de stemwijzer?
Doe de opdracht "wat vind jij belangrijk?" (oranje slides)
Of
Ga verder met een extra opdracht 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 Wat vind jij belangrijk? 
Stap 1: 
  • Kies twee onderwerpen die jij heel heel belangrijk vindt. Schrijf dit op op een blaadje. 
  • Kies één onderwerp dat jij het minst belangrijk vindt. Schrijf dit ook op een blaadje. 
Onderwerpen waar je uit kunt kiezen: 

  1. Milieu (vervuiling van ons klimaat) 
  2. Betere ziekenhuizen 
  3. In elk dorp meer sportclubs
  4. Betere scholen 
  5. Meer politiemensen in de wijk
  6. Uitbreiding spoorwegen en bussen 
  7. Hulp aan arme landen
  8. Werkloosheid in Nederland (hogere uitkeringen)
  9. Landbouw en visserij 
timer
2:00

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

En nu moet je samenwerken....
Welke onderwerpen krijgen heel veel aandacht? 
Stap 2 
  • Wissel je antwoorden uit 
  • Besluit nu in je groepje welke onderwerp jullie het belangrijkste vinden 
  • Leg uit  waarom jullie dat onderwerp veel aandacht en geld gaan geven 
  • Welk onderwerp geven jullie geen geld aan? Geef ook argument. 
Onderwerpen waar je uit kunt kiezen: 

  1. Milieu (vervuiling van ons klimaat) 
  2. Betere ziekenhuizen 
  3. In elk dorp meer sportclubs
  4. Betere scholen 
  5. Meer politiemensen in de wijk
  6. Uitbreiding spoorwegen en bussen 
  7. Hulp aan arme landen
  8. Werkloosheid in Nederland (hogere uitkeringen)
  9. Landbouw en visserij 
timer
8:00

Slide 7 - Tekstslide

maak terwijl kids bezig zijn vergadergroepen (groepjes van drie) 

Leerlingen moeten zo in de groepjes bepalen welke onderwerpen het belangrijkste zijn. Dit is het moment waarop de leerlingen in discussie gaan met elkaar. Kijk af en toe in de vergaderruimte hoe het gaat....Help discussie op gang. 

("als jij in de politiek zit, waar gaat dan al jouw aandacht heen?")

Wijs per groepje één vertegenwoordiger aan...doe dit als docent! 

Roep kids na 7 minuten terug...Dan bespreken
Hoe ging het samenwerken?
  • Welke keuzes hebben jullie gemaakt? 
  • Hoe hebben jullie de keuze gemaakt?
  • Was het makkelijk om de keuze te maken? Ja/nee, leg uit!

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Extra opdracht 1

Kies een van onderstaande dictators 

  1. Mugabe
  2. Gaddafi
  3. Kim Jung Un
  4. Mao Zedong
  5. Fidel Castro
  6. Pinochet
  7. Lukashenko
  8. Saddam Hoessein 
Beantwoord deze vragen over de door jouw gekozen dictator in Word. 

  • Welk land regeerde de dictator over? 
  • Wanneer geboren en eventueel overleden? 
  • Wanneer was/is hij aan de macht? 
  • Noem twee feitjes/weetjes over deze dictator. 
  • Zoek een foto en plak die in jouw bestand erbij 
  • Plak de bron van de foto er ook bij (de internetsite  waar de foto vandaan komt) 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Extra 2. 
Extra moeilijk :) 

Heel veel onderwerpen over de Nederlandse politiek hebben we nog niet besproken en dat kan ook bijna niet in de korte tijd die we hebben. Daarom ga je zelf op onderzoek uit.  is.





Beantwoord daarom de onderstaande vragen in Word. Gebruik hiervoor het internet
 
  1. . Wanneer wordt er een nieuwe regering gevormd?
  2. Noem minimaal 3 verschillen tussen de Tweede en Eerste Kamer?
  3. Wat is een kabinet?
  4. Wat wordt er bedoeld met een coalitie? En noem twee politieke partijen die nu in de coalitie zitten. 
  5. Wat is een oppositie? Noem hierbij  twee partijen die in de oppositie zitten.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Extra 3
Maak het werkblad "Democratie en dictatuur!"

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies