Schrijven in stappen les 1 (29/02)

Welkom!
Ga rustig op je plek zitten en leg je boeken op tafel
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom!
Ga rustig op je plek zitten en leg je boeken op tafel

Slide 1 - Tekstslide

10 minuten stil lezen

Slide 2 - Tekstslide

Schrijven in stappen les 1 

Slide 3 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?
- Verkennen
- Theorie
- Werken aan de opdracht

Aan het einde van de les heb je geleerd dat een schrijfproces in stappen verloopt 

Slide 4 - Tekstslide

Verkennen

Slide 5 - Tekstslide

Verkennen
Wat? Maak opdracht 1, 2 en 3 op bladzijde 72
Hoe? Zelfstandig
Tijd? 10 minuten
Vragen? Steek je hand op en ik kom bij je langs 
Klaar? Lees verder in je leesboek 
timer
10:00

Slide 6 - Tekstslide

Theorie 
Het schrijfproces kan je verdelen in drie fases:
  1. Voorbereiden
  2. Schrijven
  3. Evalueren 

  • Voorbereiden: Verzamelen van ideeën over het onderwerp door bijvoorbeeld brainstormen. Denk na over wat je wilt vertellen over het onderwerp en welke deelonderwerpen daarbij passen. 

Slide 7 - Tekstslide

Theorie 
  • Schrijven: Je verplaatst je in een ander en vraag je steeds af wat de ander wel en niet weet. Jij probeert antwoorden te geven.
    Je houdt een logische volgorde aan en verdeelt de tekst over alinea's, paragrafen en hoofdstukken.

  • Evalueren:  De tekst controleren (door een proeflezer). Je verbetert je foutjes en maakt je tekst nog beter. Je zorgt voor een passende opmaak. 

Slide 8 - Tekstslide

Werken aan de opdracht
Wat? Opdracht 4, 5 en 6 op bladzijde 72 en 73
Hoe? Zelfstandig (behalve opdracht 5)
Tijd? Tot het einde van de les, het is huiswerk voor 07/03/24
Vragen? Steek je hand op en ik kom bij je langs
Klaar? Lees verder in je leesboek of maak ander huiswerk
timer
10:00

Slide 9 - Tekstslide

Huiswerk
Voor volgende week donderdag 07/03/24 moet opdracht 4, 5 en 6 op bladzijde 72-73 af zijn.

Schrijf dit op in je plenda!

Morgen heeft iedereen zijn leesboek en boeken mee. 

Slide 10 - Tekstslide