Opsporingsambtenaren hoofdstuk 2

• WKPV1
• MBO
• Studiejaar 1

Hoofdstuk 2

Opsporingsambtenaren

Aan het einde van deze les kan je:

- benoemen wat het verschil is tussen de bevoegdeheden van een buitengewoon- en een algemeen opsporingsambtenaar.

- benoemen met welke taak de buitengewoon opsporingsambtenaar is belast (opsporing van strafbare feiten, aanvullende bevoegdheden en domeinindeling).

Tips

- Gebruik naast deze opdracht een schriftje waarin je alle woorden en termen die je niet kent opschrijft.

- Zorg dat je er achter komt wat deze woorden en termen betekenen (google is je vriend).

- Schrijf alleen dingen in de antwoorden waarvan je weet wat ze betekenen. 

Open vragen

De vragen op de groene dia's kan je maken met gebruik van je boek.

Welke twee verschillende opsporingsambtenaren zijn er volgens het WvSv en in welk artikel worden deze benoemd?

Wie zijn er algemeen opsporingsambtenaar?

Zoek een afbeeldingen van de verschillende algemeen opsporingsambtenaren.

Wie zijn er buitengewoon opsporingsambtenaar?

Wat is het verschil tussen een algemeen opsporingsambtenaar en een buitengewoon opsporingsambtenaar?

Gebruik paragraaf 2.2.1

Sleep op de volgende dia de juiste begrippen bij de juiste categorie. 

Individuele aanwijzing

Categoriale aanwijzing

Aanwijzing bij of krachtens bijzondere wet of verordening

Verleend door de minister van veiligheid en justitie of door het college van procureurs-generaal.

Met name BOA's in kleinere gemeente of kleinere instanties. 

Aangewezen door minister van justitie of een eenheid van functionarissen binnen een organisatie.