6.2 Gelijkvormige driehoeken

Hst 6.2 Gelijkvormige driehoeken
6.1 - Vergrotingsfactor = beeld : origineel.
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Hst 6.2 Gelijkvormige driehoeken
6.1 - Vergrotingsfactor = beeld : origineel.

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
In deze les leer je:
1. dat je de vergrotingsfactor bij driehoeken voor alle zijden moet gebruiken
2. wat overeenkomstige hoeken zijn
3. kun je de overeenkomstige hoeken op de juiste manier opschrijven

Slide 2 - Tekstslide

Welke vergrotingsfactor is hier van toepassing?
A
1,6
B
0,625
C
6,25
D
16

Slide 3 - Quizvraag

De vergrotingsfactor van een verkleining
A
is kleiner dan 0
B
ligt tussen 0 en 1
C
is groter dan 1
D
ligt tussen -1 en 1

Slide 4 - Quizvraag

Van een foto van twee watervogels maak ik een verkleining. Wat is de vergrotingsfactor?
A
1,78
B
0,56
C
35000
D
Deze kun je niet uitrekenen. Er is te weinig informatie

Slide 5 - Quizvraag

H6.2 Gelijkvormige driehoeken
Driehoek vergroten?
Gebruik dan voor alle zijden dezelfde vergrotingsfactor.
De hoeken blijven even groot

We zeggen driehoek ABC is gelijkvormig met driehoek DEF

Slide 6 - Tekstslide

H6.2 Gelijkvormige driehoeken
Van de driehoeken KLM en PQR zijn de hoeken even groot. Daarom zijn de driehoeken gelijkvormig.
De hoeken die even groot zijn heten:
overeenkomstige hoeken

Zo is 
K=Q,L=R,M=P

Slide 7 - Tekstslide

H6.2 Gelijkvormige driehoeken


Bij het opschrijven van driehoeken zet je de overeenkomstige hoeken op dezelfde plaats dus:  
K=Q,L=R,M=P
ΔKLM=ΔQRP

Slide 8 - Tekstslide

Aan de slag met:
Blz 69
Som 25 tot 32


Slide 9 - Tekstslide

Nakijken 25 tot 32

Slide 10 - Tekstslide

Vervolg 6.2
FOCUS NODIG!

- Je kunt in gelijkvormige driehoeken de lengtes van de zijde berekenen.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Link

Berekeningen in gelijkvormige driehoeken


Slide 13 - Tekstslide

Stap 1: toon de gelijkvormigheid aan.

Slide 14 - Tekstslide

Stap 2: vul de tabel in


Stap 3: bereken de vergrotingsfactor
Stap 4: Bereken de lengte van de zijden DE en EF


Slide 15 - Tekstslide

Aan de slag
Blz 74
Som 33 t/m 39

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

1. Afmaken paragraaf 6.4
2. Controleer of alle paragraven gemaakt zijn.
3. Begin aan herhaling op blz 93

Slide 18 - Tekstslide

Welke vergrotingsfactor is hier van toepassing?
A
1,6
B
0,625
C
6,25
D
16

Slide 19 - Quizvraag

De vergrotingsfactor van een verkleining
A
is kleiner dan 0
B
ligt tussen 0 en 1
C
is groter dan 1
D
ligt tussen -1 en 1

Slide 20 - Quizvraag

Van een foto van twee watervogels maak ik een verkleining. Wat is de vergrotingsfactor?
A
1,78
B
0,56
C
35000
D
Deze kun je niet uitrekenen. Er is te weinig informatie

Slide 21 - Quizvraag


Hoofdstuk 6 Vergroten en verkleinen
6.2 E Zijden berekenen in gelijkvormige driehoeken

Slide 22 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van de les kun je in gelijkvormige driehoeken de lengtes van de zijden berekenen.

Slide 23 - Tekstslide

Zijden berekenen
De driehoeken zijn gelijkvormig. We gaan zijde BC en QR uitrekenen.

Slide 24 - Tekstslide

Stappenplan
  1. Maak een tabel. Kleinste driehoek boven, grootste onder.
  2. Zet de overeenkomstige zijden onder elkaar.
  3. Vul de maten in die je weet.
  4. Bereken de vergrotingsfactor
  5. Reken de zijden uit. 

Slide 25 - Tekstslide