kleinbrood kneden/bereiden
1 / 26
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Waarom kneden?
Slide 2 - Woordweb
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Video
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Waaraan kun je zien dat een deeg afgekneedt is?
timer
0:30
A
vliesje trekken
B
kruimelig deeg
C
los van de kuip
D
kort deeg
Slide 16 - Quizvraag
Welke gluten zijn de onoplosbare
timer
0:30
A
Albumine
B
Gliadine
C
Glutenine
D
Globuline
Slide 17 - Quizvraag
In welke kneedfase zijn de eiwitten nog half opgerold?
timer
0:30
A
Los van de kuip
B
In de kruim
C
Elastisch deeg
D
Kort deeg
Slide 18 - Quizvraag
Lossen van deeg uit de deegkuip moet met kunststof materiaal.
timer
0:30
A
goed
B
fout
Slide 19 - Quizvraag
Enzymen zorgen voor het omzetten van zetmeel in vergistbare suikers.
timer
0:30
A
goed
B
fout
Slide 20 - Quizvraag
De oploopwarmte tijdens het maken van het deeg ontstaat o.a. door de wrijving van het deeg.
timer
0:30
A
goed
B
fout
Slide 21 - Quizvraag
Hoe meer broodverbetermiddel je gebruikt, hoe minder gist je nodig hebt voor een kleinbrooddeeg.
timer
0:30
A
goed
B
fout
Slide 22 - Quizvraag
Krenten voor deeg voor krentenbollen moeten altijd warmer zijn dan het 'blanke' deeg.
timer
0:30
A
goed
B
fout
Slide 23 - Quizvraag
Welke fases kennen we tijdens het bereiden van gistdeeg kleinbrood?
timer
1:00
